~17~

7 0 0
                                    

Ik heb de hele nacht wakker gelegen en gestaard naar het plafond. Ik kon niet slapen door mijn gedachten die ik met geen mogelijkheid uit kon zetten. Allerlei flashbacks met hem schoten door mijn gedachten. De leuke flashbacks. De minder leuke flashbacks.

Ik zuchtte en keek op mijn telefoon om te kijken hoe laat het was. Ik zuchtte nog dieper toen ik de tijd zag. Over 5 minuten ging mijn wekker. Dan kon ik er net zo goed nu uit gaan. Ik stapte uit bed en liep richting de badkamer waar ik mezelf bekeek in de spiegel. Ik blaas een plukje haar uit mijn gezicht en haal mijn schouders op. Ik draai me om naar de douche maar besluit het niet te doen. Een beetje extra deo kan ook geen kwaad voor een keer. Ik trek mijn trainingspak uit de kast met een paar makkelijke gympies.

Beneden maakte ik een bakje cornflakes voor mezelf. Ik roerde erin en zag mijn weerspiegeling in de melk. Er zaten zelfs stukjes fruit in. Mijn lievelings. Het enige wat ik deed was erin roeren. 'Hey Lena! Goedemorgen.' Ik kijk op en kijk weer terug naar het bakje dat voor me staat. 'Wat ben je vroeg?' vraagt Martijn die naar me staart. Ik haal mijn schouders op. 'Lena. Ik weet dat het niet leuk is dat je lievelings docent weg is. Ik kan me voorstellen dat jij het niet eerlijk vind dat die geen afscheid heeft genomen maar zo werkt dat gewoon niet in de grote mensen wereld schat.'

'Het zal wel' zeg ik zachtjes zonder op te kijken van mijn cornflakes.

Martijn ging het toch niet begrijpen hoe ik me echt voelde. Ik wil heel graag met iemand erover praten maar ik weet gewoon niet met wie. Niemand zou het echt begrijpen. Zelfs Sophie niet. Sophie wist dat ik verliefd op hem was maar ik denk niet dat zij zal begrijpen hoe het voelt om iemand op deze manier te verliezen. Anthony zou het helemaal niet begrijpen. Zeker weten van niet. Hoe ga ik hem uitleggen dat ik me zo voel omdat zijn oom ontslag heeft genomen? Dat is zo vreemd. Dat gaat die me ook echt niet vergeven.

Ik sta op en pak mijn spullen boven. Martijn roept me nog terug voor mijn ontbijt. 'Ik zit vol' zeg ik schouderophalend. Ik denk er nog eens over na. Ik voel me hier erg verantwoordelijk door. Wat nou als ik gewoon met hem had gesproken? Wat nou als ik niet weg was gegaan? Wat als ik het met hem had uitgepraat? Misschien was dit dan allemaal niet gebeurt. Helaas kan ik de tijd niet terugdraaien. Ik laat me neerploffen op bed en scrol door mijn contacten. Ik druk wederom op zijn telefoonnummer maar helaas zonder succes.

"De persoon die u probeert te bellen is op dit moment niet beschikbaar. Probeert u het later nog eens."

Zuchtend scrol ik verder naar whatsapp. Ik type zijn naam in bij het zoekbalkje. Ik druk op ons gesprek maar zonder resultaat. Geen profielfoto, geen status en 1 vinkje. 1 vinkje betekent dat mijn berichten wel verstuurd zijn maar nooit zijn ontvangen. Waar is die toch? Op Google was er ook niet veel over hem te vinden. De enige foto die ik van hem heb is die van zijn LinkedIn account.

Ik besef me dat ik echt op moet gaan staan. Ik loop naar beneden met mijn veel te zware boekentas. Ik loop de trap af waar ik bijna struikel over mijn eigen voeten. Ik kreeg al een appje van Sophie of ik samen wilde fietsen met haar. Ik sta bij de tuindeur en houd met 1 hand de deurklink vast. Met de andere hand app ik Sophie. Ik schrik me dood en kruip in 1 als er een steen door het raam vliegt. De glasscherven vliegen in het rond. Voorzichtig kijk ik op. Ik word beetgepakt door Martijn die voor me staat. 'Lena? Wat gebeurt er? Gaat het wel? Heb je niks?' 'Ik heb geen idee wat er gebeurde. Het raam werd ingegooid.'

Deborah staat binnen een fractie van een seconde ook beneden en kijkt geschrokken mijn kant op. 'Lena! Gaat het wel?' Ik knik. 'Ik ben ongedeerd. Ik ben oke.' Ik kijk Martijn aan. 'Ik denk dat jij een beetje minder oke bent. Je staat met je blote voeten in het glas.' 'Ik moest zeker weten of jij wel veilig was.' Martijn steekt zijn hand naar me uit. Ik schud mijn hoofd. 'Ga eerst dat glas uit je voeten halen.' Ik trek mezelf op aan de deurklink en kom met moeite overeind. Martijn gaat zitten op een stoel en legt zijn benen op een andere stoel. Deborah kijkt er goed naar en trekt een moeilijk gezicht. 'Het valt wel mee. Het komt er vanzelf wel uit.' 'Martijn. Je moet naar het ziekenhuis. Dit kan echt ontstekingen veroorzaken.' 'Wel nee.' Hij probeert erop te staan maar je ziet aan zijn gezicht dat het pijn doet. 'Martijn. Ga in de auto zitten. We gaan naar de huisarts. Nu.' Martijn wilt nog tegenspraak geven maar Deborah kijkt hem aan met een waarschuwende blik. 'Goed. Best. Lena? Jij gaat niet naar school vandaag hoor!' Martijn loopt moeilijk door de gang naar de auto. Ik sta nu alleen met Deborah in de keuken. 'Het is vandaag de laatste lesdag voor de examens. Ik moet er echt bij zijn.' Deborah zucht. 'Goed. Alleen naar school en daarna gelijk naar huis. Afgesproken?' Ik knik. 'Lena. Als er iets gebeurt. Ook al is het iets heel kleins. Je belt meteen mij en je komt direct naar huis. Is dat duidelijk?' 'Ja. Dat is duidelijk Deborah.' 'Goed. Dat is dan afgesproken.'

Ik zie Deborah de gang uit verdwijnen. In de deuropening blijft ze nog even staan en draait zich naar me om. Ze glimlacht flauw waardoor ik hetzelfde doe. Ze trekt de deur dicht. Ik wacht tot ik de auto weg hoor rijden van de inrit voor het huis. Ik ga zelf ook via de tuin weg. Ik pak mijn fiets en draai de tuindeur dicht met mijn sleutel. Ik fiets richting school en ben eigenlijk helemaal de situatie met Dennis vergeten.

Ik kom Sophie tegen bij het gele hekje die al staat te wachten. 'Waarom duurde het zo lang? Ik begon me zorgen te maken. Ik sta hier al 10 minuten te wachten op je Leen.' 'Sorry Sooph. Er kwam even iets tussen.' 'Laten we nu vertrekken. Dan vertel je me onderweg alles.' Ik knik. Zo gezegd zo gedaan. Onderweg vertel ik haar alles wat er gebeurt is. 'Dat meen je niet?' vraagt ze als we op school aangekomen zijn. Ik knik. 'Leen. Je moet echt aangifte doen. Dit kan niet zo langer. Dat begrijp je toch wel?' Ik trek de sleutel uit mijn fiets en kijk Sophie aan. 'Dat weet ik ook wel.' 'Maar?' 'Ik weet niet eens wie het is.' 'Dat kan de politie allemaal voor je uitzoeken he?' 'Sooph. Als ik naar de politie stap en mijn stalker komt daar achter he. Misschien kunnen er dan hele vervelende dingen gebeuren en dat wil ik echt niet.' Ze schud haar hoofd. 'Ik snap dat wel.' We lopen in stilte over het plein en stappen het gebouw in. 'Weetje wat we gaan doen? We gaan het samen uitzoeken. Jij en ik. We gaan samen gewoon uitzoeken wie het is door alle bewijzen bij elkaar te houden. Net zoals in die films.' 'Sophie. Dit is geen film. Dat begrijp je toch?' 'Ik weet het. Maar we kunnen het hooguit proberen. Niet geschoten is altijd mis.' Ik knik.

We lopen door de gang. 'En hoe gaan we dat aanpakken dan?' 'We verzinnen wel iets. Ik heb een plan. Laat mij de voorbereidingen doen. App me alles wat je weet van je stalker. Daarna gaan we verdere stappen ondernemen.' Ik knik. 'Oke.'

We stappen het lokaal in waar Dennis normaal gesproken hoort te zitten. 'Goedemorgen klas. Welkom bij jullie laatste lesdag voor de examens. Jullie gaan een spannende periode tegemoet. Het gaat een stressvolle periode worden. Een periode met pieken en dalen. Maar met de juiste voorbereidingen slaan we ons er wel doorheen.'

Ik word afgeleid van de uitleg van de docent als ik mijn telefoon voel trillen in mijn broekzak. Ik leg mijn telefoon op mijn bovenbeen en kijk stiekem wie mij geappt heeft. Ik stoot Sophie aan. 'Ja Lena?' zegt ze hardop. Ik sein haar dat ze stil moet zijn en schuif mijn telefoon haar kant op. Haar ogen worden groot. 'Plan ontmasker de stalker is van start gegaan Leen.' Ik rol met mijn ogen. Het is een appje van mijn stalker. D.E.L.

"De volgende keer is die steen raak. Je zal het wel jammer vinden dat je vriendje weg is he? Of niet soms?"

Ik voel me boos worden. Sophie ziet het aan me. 'Lena. Hou je in. Komt goed. We gaan het uitzoeken. Jij en ik. We gaan ervoor zorgen dat niemand jou meer lastig kan vallen. Ik beloof het je' fluistert Sophie naar me.

'Dames. Willen jullie iets delen met de klas?' 'Nee. Hoezo?' vraagt Sophie. 'Jullie waren aan het praten samen. Het is blijkbaar belangrijker dan mijn uitleg?' Sophie kijkt mij aan. 'Niets Mevrouw. We hadden het over niks belangrijks. We hadden het over de examens. Verder niets. U kunt doorgaan met uw uitleg.' 'Nou. Goed dan. Vooruit. Maar laat het niet nog eens gebeuren. Oke?' Ik knik. Ik zie Sophie ook knikken. We luisteren naar de saaie uitleg van onze onderwijsleider. Ik verveel me enorm door haar saaie uitleg. Ik kan me er ook niet op concentreren. Het enige waar ik me op kan focussen zijn die appjes en aan Dennis die weg is. Ik mis hem nog steeds. Ik weet niet meer wie het tegen me zei maar zij of hij had wel gelijk. Je kan niet iets missen wat je niet hebt. Toch?

We mogen zelfstandig werken en ik zie Sophie naar me staren in mijn ooghoek. Ik kijk haar vragend aan. 'Waar zit je over na te denken?' fluistert Sophie naar me. 'Niets. Ik mis Dennis gewoon. Het voelt gewoon niet goed dat er nu iemand anders voor het lokaal staat terwijl Dennis daar hoort te staan.' Sophie knikt begrijpend en knijpt in mijn hand. 'Ik weet het Leen. Ik weet het.'

Als we school uitlopen zie ik 3 gemiste oproepen van Anthony. Ik stop met lopen en kijk peinzend naar mijn telefoon. 'Leen?' 'Hmm?' 'Wat is er?' 'Niks.' 'Er is wel iets. Ik zie het aan je. Ik ken je.' Ik zet mijn neppe glimlach op. 'Er is echt niets Sooph. Kom. We gaan.' Ik loop door naar de fietsen en negeer Sophie haar vragen. Ik weet dat ik Anthony niet voor altijd kan ontlopen. Dat word leuk vanavond. Ik krijg er een knoop in mijn maag van. Wat ga ik in vredesnaam tegen hem zeggen? En misschien wel belangrijker. Waar wilt hij mij over spreken? Wat als die erachter gekomen is dat ik verliefd ben geworden op zijn oom? Dat kan echt niet. Dat mag niet. Dalijk wilt die me nooit meer spreken of aankijken. Ik schud die gedachten snel van me af en stap op me fiets. Op weg naar huis. 

I need youWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu