Ik voel de spanning steeds hoger worden doordat we steeds dichterbij raken. Ik kan het gele hekje vanaf hier al zien staan. 'Waar is het eigenlijk?' vraagt Nikki die naast me komt lopen. Ik stop meteen met lopen waardoor Joris tegen me op botst. 'Zie je dat gele hekje daar?' 'Uhuh.' 'Nou ja. Daar is het.' Nikki knikt begrijpend en we vervolgen onze weg. 'Ik wist niet dat het zo dichtbij was.' 'Voor mijn gevoel ook niet. Maar toch is het zo' geef ik als antwoord aan Joris. Het huis is in zicht. In eerste oogopslag lijkt er niets mis mee. De achterkant van het huis is nog helemaal in tact op een paar donkere plekken na. Als we de hoek omlopen staan we voor het huis. Ik doe een stapje dichterbij en kijk nog eens goed. Als ik nog een stapje dichterbij zet loop ik naar het hek en streel er rustig overheen met mijn linkerhand. Tussen de tralies van het hek door kijk ik naar het huis waar ik jaren heb gewoond. 'Dit was ooit mijn thuis.' Joris pakt me vast en knikt. Als ik mijn ogen over het huis laat glijden zie ik de deur die naar mijn moeders slaapkamer leidde. Ik zucht. Joris en Nikki slaan hun arm om me heen. Als ik nog een keer goed kijk krijg ik flashbacks. Flashbacks van wat ik allemaal heb meegemaakt in dit huis. Het overlijden van mijn ouders bijvoorbeeld of de simpele filmavonden die we hadden.
'Leen. Gaat het?' 'Prima. Laten we gaan' zeg ik terwijl de tranen in mijn ogen prikken. Joris trekt me in een knuffel terwijl Nikki over mijn rug wrijft. 'Wie steekt er nou een huis in brand?' 'Alleen mensen die gek in hun hoofd zijn Leen. Alleen zulke mensen. Zulke mensen zijn ziek.' Ik knik en loop weer terug naar het huis waar ik nu woon. Mijn nieuwe thuis. Ik woon er al bijna een jaar maar het went nooit.
Als we voor het huis zijn doet Joris de deur open. We staan oog in oog met Martijn. 'Hoe was het?' vraagt hij aan ons. Ik denk dat die vraag meer naar mij is gericht. Ik schud mijn hoofd en glip langs Martijn de trap op naar mijn kamer en laat me neerploffen op bed. Even later hoor ik de deur kraken. 'Ga weg' zeg ik zonder te kijken wie er voor de deur staat. Als ik geen antwoord krijg kijk ik op van mijn kussen. 'Oh. Hey. Jij bent het.'
Ik ga rechtop in bed zitten en kijk toe hoe Sam steeds dichterbij komt. Sam kijkt me aan en laat een lichte piep horen. 'Kom je me troosten? Wat ben je toch een lief hondje he Sammy' zeg ik terwijl ik Sam aai. Hij maakt smak geluiden en komt naast me zitten op bed. Sam kruipt dicht tegen me aan en maakt zich heel klein. Ik glimlach en aai hem over zijn rug. Sam is zo lief. Wat ik zo leuk aan hem vind is dat hij 1 oor heeft dat rechtop staat en 1 oor dat hangt. Ik vind het er gewoon grappig uit zien.
Van schrik kijk ik op als er ineens op de deur word geklopt. 'Hey. Mag ik binnenkomen?' glimlacht Deborah lichtjes. Ik knik en klop 2 keer op het bed. Deborah komt binnen met een dienblad met 2 kopjes en een pot thee. Het doet me denken aan mijn date met Dennis. Ik moet glimlachen om die flashback. 'Wil je thee?' Ik knik. Deborah schenkt het voor me in en zet het op mijn nachtkastje. 'Dankjewel.' Deborah gaat zitten aan het voeteneinde en kijkt me aan.
'Binnenkort weer naar school he? Heb je er zin in?' 'Aan de ene kant wel. Ik ga mijn vrienden weer zien en ik heb ook een hele lieve mentor. Maar aan de andere kant ook weer niet want het blijft school. Huiswerk enzo.' Deborah knikt begrijpend en begint te lachen. 'Tja. Dat had ik ook toen ik jullie leeftijd had.' 'Hoe gaat het met je vrienden? Jeffrey en Sophie?' Ik haal mijn schouders op. 'Ik weet niet. Ik kan ze niet zo goed peilen op het moment.' Deborah knikt begrijpend. 'Vond je het leuk in Frankrijk?' Ik knik. 'Ik vond Frankrijk echt super. Ik wilde eigenlijk nooit meer weg. Ik voelde me gelukkig daar met Anthony, Sander en Denise. Met jullie. Het was gewoon fantastisch.'
'Martijn en ik hebben het er even over gehad. Je leek nogal overstuur toen je terug kwam van je oude huis.' Ik knik. 'Het waren gewoon de flashbacks.' Deborah knikt, loopt naar beneden en komt al snel weer terug met Martijn. 'Ik moet jullie iets vertellen en ik zal maar bij het begin beginnen.' Martijn en Deborah kijken me serieus aan.
'Toen ik klein was waren we altijd een leuk en knus gezinnetje. We deden dingen die andere ook deden. Ik ging naar school. Ik werd best gepest op school. Ik had niet zoveel vrienden. Toen ik in groep 8 kwam overleed mijn vader aan kanker. Dat had hij al 3 jaar. Hij was kaal en heel moe. Ik weet nog dat als ik thuis kwam hij elke dag op de bank lag te rusten. Ik maakte hem dan zachtjes wakker. Ik fluisterde dan altijd "Papa. Papa. Wakker worden." Hij noemde me altijd Leentje winter peentje. Ik ging naar groep 8 en het was zondag avond. Ik kan me het nog herinneren als de dag van gisteren. Ik was thuis met mijn vader omdat mijn moeder naar een vriendin was. Mijn moeder had me geleerd dat als er een noodgeval was dat ik haar moest bellen of 112. Mijn vader lag zoals gewoonlijks op de bank te slapen. Ik wilde hem wakker maken maar hij werd niet wakker. Hij lag daar maar. Ik twijfelde geen moment en deed wat mijn moeder mij geleerd had. Ik belde 112. Ik weet nog heel goed dat ze vroegen of hij adem haalde. Ik voelde niks. Geen ademhaling. Geen hartslag. Ze stelde vragen over waar ik woonde. Ze zeiden dat ik de deur open moest doen en daar te blijven staan. Ik heb volgens mijn gevoel daar echt uren staan wachten maar in werkelijkheid waren het maar 5 minuten. Ze namen mij en mijn vader mee. Ik heb de hele avond op een stoel gezeten naast het ziekenhuisbed waar mijn vader in lag. Het was heel eng en ik was ongelofelijk bang. Hij had allemaal draden door zijn neus, buisjes in zijn arm en zakjes naast zijn bed. Ik ben in slaap gevallen en toen overleed hij. Ik kan me niet veel meer herinneren van de begrafenis. Ik weet nog dat ik bij het graf stond en dat ik de kist zag zakken in de grond. Mijn ouders waren allebei wees. Ik ben ook een wees. Ik heb al tegen Nikki en Joris gezegd dat ik me een bijvoegsel voel en dat ik het een vervelend idee vond als ik jullie van hun afpakte.'
'Lena. Ik vind het echt heel erg voor je met alles wat je hebt meegemaakt. Je bent zo jong en absoluut geen bijvoegsel. Je bent onze dochter. Je hoort bij dit gezin en wij houden evenveel van jou als van Nikki en Joris' zegt Deborah. Martijn knikt bevestigend.
'Vinden jullie het erg dat ik jullie geen mam en pap noem?' vraag ik voor de zekerheid. Martijn schud zijn hoofd en kijkt Deborah aan. 'Jij mag ons noemen zoals je ons wilt noemen. Als jij ons mam en pap wilt noemen mag dat maar als jij dat niet wilt begrijpen we dat ook. We begrijpen dat jij je ouders mist en dat wij niet als ouders aanvoelen.'
Ik glimlach en zucht van opluchting. 'Ik wil echt niet naar mijn tante. Ze is niet eens mijn echte tante. Ik heb maar 1 oom en tante en dat zijn tante Esther en ome Bram.'
Martijn knikt begrijpend en geeft een aai over mijn hoofd. Ik geef Deborah en Martijn een knuffel. 'Bedankt dat jullie het begrijpen en voor mij willen zorgen. Bedankt voor Frankrijk. Dat was echt de leukste vakantie ooit' glimlach ik.
'Ga maar lekker slapen nu. We zullen elkaar snel weer spreken. Oke?'
Ik knik. 'Truste.'
JE LEEST
I need you
Teen FictionLena gaat alleen met de trein naar haar oom en tante. zij hebben nog fotoboeken liggen van Lena. Lena's droom komt uit! Meneer Golf (Dennis) word haar nieuwe mentor! maar wat eerst een droom leek word later een nachtmerrie....... of toch niet?