#26

11 3 0
                                    

Wat een vieze man.' hoor ik Gratham zacht. 'Ik weet het, maar als ik iets deed, wist ik dat dit fout ging aflopen.' zeg ik met de stem van Ying. Gratham kijkt me raar aan. 'Ik heb 2 wolven. Dat komt omdat ik speciaal ben.' zeg ik. 'Wauw! Wil je mij dan helpen met mijn krachten?' vraagt Gratham. 'Tuurlijk. Gaat wel wat moeilijker maar ik help je.' zeg ik met een glimlach. Ik hoor Wolfje opeens hard piepen en met een ruk kijk ik zijn kant op. 'Hoe durf je!! En nog wel tegen een wolf!!' roep ik en ren naar Lars. Ik geef hem een harde kopstoot in zijn buik en hij vliegt naar achter. Ik hurk me bij Wolfje neer en laat een paar tranen op zijn wond vallen. Het geneest en ik huil van blijdschap. Ik knuffel hem voorzichtig en voel Lars naar ons toekomen. 'Gratham!' roep ik en in een seconde is hij bij mij. Ik sta op en houd Gratham dicht bij me. 'Laat hun met rust.' sis ik zo dodelijk als het maar kan. Hij grijpt naar zijn arm en ik zie dat het er anders uitziet. 'Het gif druipt er vanaf.' zegt Gratham en dan zie ik dat Wolfje in zijn mens is veranderd. Dan kijk ik naar Lars en ik zie zijn zilveren mes in zijn hand en inderdaad, het gif druipt er vanaf. Ik brul naar hem. Hij vliegt weg en dan teleporteer ik Gratham en Wolfje samen met mij naar het huisje.

We staan samen bij het huisje en ik knuffel de jongens voorzichtig. 'Dankjewel Wolfje.' zeg ik zacht en ik laat hun los. 'Ik ben er altijd voor je.' zegt hij en geeft me een kus op de wang, wat mij laat blozen. 'Ieuw.' hoor ik Gratham en kijk zijn kant op. 'Jullie kussen elkaar, mama en papa doen dat ook al.' zegt hij en Wolfje en ik grinniken. Ik kijk achter me want ik voelde iets op me afkomen en dan springt er iemand op me. We vallen op de grond en ik hoor Wolfje zacht grommen. Is hij onbekend dan? Dan hoor ik Wolfje niet meer en kijk ik naar de jongen. 'Doe dat nooit meer!' roept hij en dan staat hij op. 'Mason?' vraag ik en hij helpt me omhoog. 'Wie anders? En wat is er gebeurd?' vraagt hij bezorgd. 'Het bos was betoverd, ik wou dat nog zeggen, maar Madison zei dat er niks aan de hand was dus ik dacht misschien heb ik het me verbeeld. Uiteindelijk bleek dit niet zo te zijn en werden Gratham en ik geteleporteerd naar de wereld van Lars in de Oneindige Bossen.' zeg ik. 'Lars?' vraagt Mason. 'Ja, gelukkig was Wolfje mee. Hij laat me nooit alleen, wat soms irritant is maar meestal heel handig.' zeg ik en knuffel Wolfje. Hij knuffelt me voorzichtig terug en dan bekijk ik even zijn wond. 'Het is al goed hoor, het doet geen pijn meer.' zegt hij. Ik knik en laat hem los. 'Maar Mason, waar papa en mama?' vraagt Gratham. 'Die zijn binnen. Kom, dan gaan we even naar binnen.' zegt Mason en we knikken. Gratham rent al naar binnen. 'Hoe wist je dat er iets met mij was?' fluister ik naar Mason. 'Die grom van jou was tot hier te horen, maar pap en mam zeiden dat je waarschijnlijk aan het jagen was met Gratham.' fluistert hij terug. Ik knik en we lopen het huisje binnen.

'En toen kuste die meneer tante en daarna hoorde ik een hele luide grom die blijkbaar van oom was.' hoor ik Gratham als ik binnen kom en loop naar de woonkamer. 'Oh, en daarna?' vraagt Madison zacht. 'Oom sprong op de man en ging met hem vechten, maar de man had een zilver mes en deed er gif op. Hij stook het in ooms zij en oom piepte hard. De rest weet tante ook nog wel.' zegt Gratham en kijkt mijn kant op. Ik glimlach waterig naar hun en ze kijken me boos aan. 'Zila, ga maar met Wolfje naar de kelder. Ik regel het hier wel.' hoor ik Mason en hij verschijnt naast me. 'Bedankt.' zeg ik zacht en loop met Wolfje naar de kelder toe.

Als we in de kelder zijn, zie ik een mini wasbak en ren er naartoe. Ik pak een scrubding en scrub mijn mond even goed schoon en gebruik ook zeep. 'Meen je dat?' vraagt Wolfje lachend. 'Hij is echt goor! Zomaar mij kussen!! Hoe durft hij!!' roep ik kwaad en ga ruwer over mijn mond. Wolfje komt bij me staan en pakt mijn polsen. Ik stop en laat de dingen in de wasbak vallen. Hij maakt de wasbak leeg en pakt mijn handen. Dan draait hij me om en staan we een paar centimeter van elkaar verwijderd. Ik kijk hem diep in zijn ogen aan en hij in de mijne. Zijn blik flitst van mijn ogen, naar mijn lippen, naar mijn ogen. Ik bijt op mijn onderlip en Wolfje gromt speels. 'Doe dat niet.' gromt hij. 'Wat niet?' vraag ik speels en bijt weer op mijn onderlip. 'Dat.' gromt hij en hij kust me. Ik kus al te graag terug. Hij vraagt om toestemming, die alleen hij krijgt. Mijn handen verplaats ik naar zijn nek en zijn handen blijven rusten op mijn onderrug. Hij tilt me langzaam op zonder de zoen te verbreken en draagt mij naar ons bed. Hij legt me voorzichtig neer en nog steeds is de zoen niet verbroken. Ik haal mijn handen door zijn haar en hij gaat met zijn handen naar mijn haar en wangen. Hij daalt met zijn mond naar mijn hals, waar hij kusjes plant. Bij een speciaal plekje kan ik een kreun niet onderdrukken. Hij gromt speels en zet er een zuigzoen, wat mij weer een kreun oplevert. Ik pak zijn gezicht en zet mijn lippen op de zijne. Zo zijn we even bezig en dan komt Wolfje naast me liggen, stoppen we en kijken we elkaar hijgend aan. 'Mine.' gromt hij speels en knuffelt me stevig. Ik knuffel hem stevig terug, snuif zijn geur op en grom sexy: 'Mine.' Hij gromt speels terug en ik blaas in zijn oor. Ik hoor een grom van genot en blaas weer in zijn oor. 'Stop.' zegt hij en hij laat me los. 'Waarmee?' vraag ik speels en kijk hem met een grijns aan. Wolfje kijkt me opeens aan met een speelse grijns. 'Wat?' vraag ik en kijk hem serieus aan. 'Wat?' vraag ik een beetje bang en duw hem langzaam van me weg. Hij transformeert zich in zijn wolf en ik zie nog steeds de grijns. Wat wil je? vraag ik grommend. Hij gromt wat, maar ik versta het niet. Ik transformeer in mijn wolf en vraag in het wolfs wat hij zei. Ik zei ik wil jou. gromt hij en ik bloos. Bloosje. gromt hij en ik bloos nog erger. We transformeren allebei terug en gaan richting de trap. Voor de deur draait Wolfje me ruw om en duwt me tegen de deur. Hij plant zijn lippen op de mijne en ik ga er dolgraag met mee. Hij vraagt om toestemming die hij krijgt en zelf woel ik door zijn mooie haar.

We schrikken van geklop op de deur en stoppen meteen. 'Zilarian? Wolfje?' hoor ik Mathias. 'Ja meneer?' vraagt Wolfje. 'Madison, Gratham en ik gaan zo. We willen graag afscheid nemen.' zegt Mathias. 'We komen.' zeg ik zacht. Ik voel hem knikken en dan loopt hij weer de trap op. 'Laten we dan maar even naar boven gaan.' zegt Wolfje en ik knik. Ik maak de deur open en Wolfje volgt me op de voet.

'Dag tante, dag oom. Tot de volgende keer.' zegt Gratham en geeft mij en Wolfje een knuffel. 'Tot de volgende keer Gratham.' zeggen ik en Wolfje en dan komen Madison en Mathias. Madison ziet er niet echt vrolijk uit... 'Uhm, tot de volgende keer jongens.' zegt Mathias en ik knik, net zoals Wolfje en laten hun uit. We zwaaien en in een flits zijn ze weg. 'Gratham, als je me hoort, ik help je met je krachten zodra je ze hebt, dat beloof ik je.' zeg ik. 'Kom.' zegt Wolfje. 'Beloofd.' hoor ik Gratham zacht en kijk glimlachend naar achter. Dan kijk ik weer voor me en gaan we naar binnen.

'Zila?' hoor ik Mason en loop naar hem toe. 'Hm?' zeg ik en sta in de deuropening naar de woonkamer. 'Hoorde jij dat ook?' vraagt hij opeens zacht. Ik schud mijn hoofd en Wolfje loopt me voorbij. 'Misschien was het Wolfje.' zeg ik en Mason knikt. Ik kom bij Mason en Wolfje op de bank zitten. Wolfje tilt me op zijn schoot en ik giechel even. Mason zet de televisie aan en we kijken een of andere serie.

Net nadat de serie is afgelopen, horen we de deurbel. 'Ik ga wel.' zegt Mason en hij verdwijnt uit de woonkamer. 'Heeft een van jullie iets afgesproken?' vraag ik zacht. 'Ik niet.' zegt Wolfje. 'Zila!' roept Mason. 'Juww.' zeg ik en sta op. Ik geef Wolfje nog een kus op zijn lippen en ik hoor iemand geïrriteerd uitademen. 'Wat the...' zeg ik en loop naar Mason toe. 'Ja?' vraag ik en kijk naar Mason en kijk daarna naar de deuropening. Een of andere jongen staat er. 'Hij wou je spreken.' zegt Mason zacht. Ik vertrouw hem niet. Ik ook niet Nial, dadelijk is het een of andere gek. Ying, rustig maar. En ik dan? Ik informeer Wolf, ga maar. Dankje. Ik loop naar hem toe en Mason kijkt me vragend aan. 'Ga maar, het komt goed.' zeg ik op een bepaalde toon zodat hij snapt dat Wolfje achter me staat, letterlijk. Hij is onzichtbaar en onopmerkbaar. Mason knikt met een grimas en loopt terug naar de woonkamer.

'Wie ben je en waarom moet je me spreken?' vraag ik. Hij kijkt me grijnzend aan. 'Je hoeft alleen te weten dat ik jou ken, Zilarian.' zegt hij zacht. Ik schrik, bijna niemand noemt me Zilarian, te moeilijk voor mensen. Ik hoor Wolfje heel zacht grommen. 'Maar als je het echt wilt weten, mij ken jij ook. Ik ben namelijk je mate.' zegt hij. Ik bekijk hem beter en kijk hem diep in zijn ogen. Ik probeer me wat te herinneren en langzaam komt hij dichterbij. Doe niks, ik heb een idee. stuur ik naar Wolfje en ik kijk hem nog steeds aan. Hij staat nu een paar centimeter verwijdert van mijn gezicht. Nu pas herken ik zijn ogen, alleen hij heeft die glinstering. Ik ga met mijn hoofd dichterbij. Hij wil me kussen, maar ik ben hem voor en geef hem een harde kopstoot. Hij kreunt en valt achterover. Ik hoor Wolfje en Mason zacht grinniken en zelf sta ik daar met een zelfvoldane grijns. 'Wat doe je! Ik ben je mate!' roept hij en wrijft over zijn hoofd. 'Dat ben je niet, dat is deze gast.' zeg ik kalm en sla een arm over Wolfje heen terwijl hij nog steeds onzichtbaar is. De jongen snuift een beetje in de lucht. 'Jullie hebben je matingsproces nog niet afgerond.' zegt hij met een grijns. Wolfje gromt, laat zich zien en gaat beschermend voor me staan. Ik schrok van wat de jongen zei. 'Maar je kent mij toch wel? Want Jace vergeet je niet zomaar.' zegt hij met een grijns en staat op. Wolfje gromt wat en gaat in gevechtshouding staan. 'Ik wil je hier niet hebben Jace.' zeg ik. 'Te laat want ik ben er toch.' zegt hij. 'Jij blijft met je poten van haar af.' gromt Wolfje dreigend naar Jace. 'Ze is van mij dus blijf jij maar eens van haar af, mate-steler!!' roept Jace. 'Mate-steler?' vraag ik niet-begrijpend. 'Je bent mijn mate!' roept Jace. Ik kijk naar Wolfje, hij schudt zijn hoofd, zeker van zijn zaak. 'Ik kan me nog goed onze geboorte herinneren. We zijn toen al aangewezen als maangod en maangodin en samen zijn wij elkaars mate. Ik kan me niks herinneren van 2 mates. Wij hebben elk 2 wolven, maar Ying en Yang zijn de maangodin en Nial en Wolfje zijn onze wolven. Nial en Wolfje horen bij elkaar en Ying en Yang horen bij elkaar.' zegt Wolfje. 'Ik en Zila horen samen!!' brult Jace en verandert in zijn wolf. 'Nee! Niet doen!' roep ik en Wolfje verandert in zijn wolf. En dan...

Wat ben ik?Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu