droom mijn droom

het gevecht

(cathleen)

Yanniek kan de klap niet meer ontwijken. ik zie de vuist tegen zijn oog komen. ik schrik. ik wil helpen maar sharon houdt me tegen. 'laat de jongens het maar uitvechten en anders kan kimberley wel helpen.' zegt ze gerust stellend terwijl ze kimberley aankijkt. ik zie dat kimberley knikt. voor me zie ik vuisten heen en weer gaan. 'kim doe iets!' schreeuw ik bijna. kimberley springt direct van het spinnenweb af en gaat achter ian staan. ze tikt op zijn rug en zodra hij omkijkt ligt hij op de grond. toch wel handig zo'n vriendin die aan judo doet. ian lijkt zo hard op de grond terecht gekomen te zijn dat hij out is. ik zie yanniek op zijn knieën vallen. ik spring van het spinnenweb en ga naast hem zitten.

(yanniek)

ik zak op mijn knieën, met mijn handen pak ik mijn hoofd vast. die klap was goed raak. ik voel cathleen's arm om me heen. ze kijkt me bezorgd aan. ik voel dat ik bijna omval. cathleen houdt me stevig vast. 'ga anders even tegen die boom zitten.' zegt sharon lief. cathleen helpt me opzij zodat ik tegen de boom kan zitten. ik blijf rustig zitten. ik zie mannen op ons af komen lopen. ze dragen een politie uniform. ik wist niet dat ze politie hadden gebelt. 'blijf hier zitten ik ben zo terug.'zegt cathleen. ze komt overeind en loopt naar de politie mannen.

(cathleen)

'hallo mevrouw. wij zijn gebeld omdat er spraken was van overlast.' zegt een van de mannen. 'ja dat klopt. wij werden lastig gevallen door een dronken jongen. gellukig kwam mijn vriend net langs en die heeft ons geholpen.' ik wijs naar yanniek. 'oke dat is in elk geval mooi. maar waar is deze jongenman die u lastig viel?' vraagt de andere man. kimberley is me voor en wijst naar ian. 'ik sprong er net optijd bij en kon hem met een judo worp op de grond krijgen.' zegt ze. 'oke en heeft u enig idee wie deze jongeman is?' vraagt de eerste man weer. 'ja dat is ian van lozen. hij is 15 jaar en woont ergens hier in de buurt.'zeg ik snel. 'ooh dus hij mag nog niet eens drinken ook. nou ik denk maar dat we hem mee moeten nemen naar het bureau. en hoe gaat het met die jongeman daar.' hij wijst naar yanniek. 'niet heel goed volgensmij. hij heeft een paar flinke klappen gehad.' de mannen lopen naar hem toe. op dat moment zakt hij in elkaar. ik val op mijn knieën naast hem neer en sla mijn armen om hem heen.