Hoofdstuk 33

380 19 12
                                    

Alles is donker, maar Fenna hoort wel piepjes. Verder is het stil, alleen dat regelmatige gepiep. Ze probeert haar ogen te openen, maar het lukt niet. Is ze dood? Ze probeert diep adem te halen, en er schieten steken van pijn door haar lichaam. Als ze dood zou zijn zou ze geen pijn meer voelen toch? Opnieuw probeert ze haar ogen te openen. Het lukt dit keer, een heel klein stukje. Heel langzaam en heel voorzichtig opent ze haar ogen verder. Ziekenhuis. Ze ziet Evert, en hij ziet haar. "Hey," haar stem klinkt raar, het woord komt er nauwelijks uit, maar haar bedoeling is duidelijk. Evert staat op en grijpt haar rechterhand vast met allebei zijn handen. "Hey lieverd," fluistert hij schor. Tranen lopen over zijn wangen als hij zich naar haar toebuigt en haar heel voorzichtig kust.

"Hoe voel je je, Fen?" Zachtjes streelt Evert haar wang. Ze kijkt hem aan terwijl ze over de vraag nadenkt. "Duf," mompelt ze. Ze heeft ook nog steeds overal pijn, maar daar wil ze het liever niet over hebben. Evert knikt, hij ziet heus wel aan haar dat ze pijn heeft, maar als ze er niet over wil praten is dat ook prima. Hij is allang blij dat ze er nog gewoon is. Fenna kijkt rond in de kamer, en haar blik valt op Liselotte. "Lies," een kleine glimlach vormt op haar lippen. Liselotte glimlacht terug. "Hey Fen. Goed om je weer te zien." Fenna kijkt verder door de kamer, en dan wendt ze zich weer tot Liselotte. "Waar is Bram?" Vraagt ze zacht. Haar keel doet pijn als ze te hard praat. "Bram moest even iets met Van Zijverden bespreken. Ik zal hem wel halen." Liselotte glimlacht naar Fenna en staat dan op.

Langzaam draait Fenna haar hoofd weer naar Evert toe. Hij is bleek, en zijn ogen zijn rood van het huilen. Zachtjes knijpt ze in zijn hand. "Hoe voel jij je?" Hij haalt zijn schouders op en schudt zijn hoofd. "Ik was zo bang, Fenna." Hij zucht. "Ik was zo bang dat ik je kwijt was. Ik had je nooit alleen mogen laten." Met een hand wrijft hij de tranen uit zijn ogen. "En nu lig je hier en-en-en-," de brok in zijn keel zorgt ervoor dat hij nauwelijks kan praten, "- de dokter heeft me net allemaal dingen uitgelegd over je verwondingen en ik weet het niet meer, maar het is zo veel. En als ik-" Fenna knijpt in zijn hand en onderbreekt hem dan met zachte stem. "-Als jij niet was gegaan hadden we hier niet gezeten. Je hebt ons gered. Ik kom er wel weer bovenop, maak je daar alsjeblieft geen zorgen over."

Bram staat even stil voordat hij Fenna's kamer binnenloopt. Hij kijkt door het raampje in de deur en ziet dat ze in gesprek is met Evert. Dan kijkt hij naar Liselotte. "Hoe gaat het met haar?" Vraagt hij voorzichtig. Hij vindt het lastig om Fenna zo te zien. Dat hoort niet. Liselotte haalt haar schouders op. "Ze is zwak, maar ze praat en het lijkt wel redelijk met haar te gaan." Bram knikt, en duwt dan langzaam de deurklink naar beneden. Fenna kijkt verschrikt op, maar ontspant iets als ze ziet dat het Bram en Liselotte zijn. Langzaam loopt Bram richting het bed. Hij gaat aan het voeteneinde zitten, en kijkt dan nerveus naar Fenna. Ze ziet er bleek en breekbaar uit. Maar ze glimlacht naar hem. Hij glimlacht terug. "Kan ik je knuffelen?" Vraagt hij zacht.

Fenna knikt gelijk. Ze duwt zichzelf omhoog, en voelt dan Brams armen om haar heen. Ze slaat haar armen ook om hem heen, en leunt dan tegen hem aan. Evert ziet aan Fenna's gezicht dat ze veel pijn heeft nu. Ze heeft haar ogen stijf dichtgeknepen, en haar kaken op elkaar geklemd. Maar toch houdt ze zich aan Bram vast, en maakt ze geen aanstalten om weer te gaan liggen. Fenna vindt het fijn om weer zo met Bram te knuffelen, ze heeft haar jongere collega gemist. Als hij haar uiteindelijk teruglegt in de kussens merkt ze wel dat de knuffel veel van haar gevraagd heeft. De striemen op haar buik branden, haar buikspieren voelen pijnlijk aan, haar schotwonden trekken, en de slang die tussen haar vierde en vijfde rib uitkomt steekt vervelend. Ze merkt dat ze door de pijn een beetje wegzakt, ze probeert haar ogen open te houden, maar het is lastig.

"Liefje," Evert aait zachtjes door haar haren, "ga maar slapen, het is oké. Ik blijf hier." Vermoeid knikt ze. Ze wil haar hoofd nog draaien om afscheid te nemen van Bram en Liselotte, maar voordat ze dat voor elkaar krijgt zakt ze al weg. Als ze slaapt, kijkt Bram naar Evert. "Van Zijverden wil je nog spreken. Hij wilde nu niet storen, maar hij komt vanavond nog even langs als je dat oké vindt." Evert knikt. Het maakt hem niet zo veel uit. Ze zijn veilig, dat is het belangrijkste.

-------------------------

Bijna vakantie en dan kan ik lekker veel gaan schrijven yaaaasssss 🙌🏼

xoxo Laura

GevaarWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu