Z I J

73 5 0
                                    

Hij stond dichtbij, té dichtbij, mensen hoorde niet bij een eerste ontmoeting op twintig centimeter bij elkaar te staan, dus stapte ze verbijsterd achteruit en duwde hem van haar weg.
De mauw van haar jas gleed langzaam omlaag en toonde haar een rij rode, rafelige littekens over de hele lengte van haar onderarm.
De tijd leek vast te lopen in zijn kast, terwijl ze langzaam naar hem opkeek.
Zijn ogen waren groot, overdonderd, geschokt, verast, bezorgt, angstig. De emoties schoven op zijn gezicht voorbij.
Ze slikte, en de tijd liep ineens weer door. Met een hol gevoel in haar maag rukte ze de stof naar beneden, draaide zich om en beende weg.
Ze had het weer eens verpest.

Behind blue eyesWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu