- 9 - My first mission

26 2 0
                                    


Mijn gevoelens voor Minhyun worden elke keer sterker bij alles wat hij doet en ik hou elke keer meer van hem.

Minhyun, ik hou zo erg van je.

Ik word wakker in mijn warme, warme bed dat normaal ijskoud voelt. De laatste tijd word ik wakker met een heerlijke uitgeruste gevoel, terwijl ik normaal altijd met rugpijn wakker werd doordat het bed nooit lekker zat.

Dit gevoel dat ik de laatste tijd heb wanneer ik wakker word, dat ik elke dag weer verlang naar een nieuwe dag, dat ik altijd zo ongeduldig ben om weer eens te kunnen slapen voor een volgende dag, is niet zomaar uit de lucht gevallen.

De reden dat ik elke keer weer verlang naar een nieuwe dag komt door Minhyun.

Nadat ik naar zijn huis ben gegaan en heb laten zien dat ik ook van de échte Minhyun houd, is alles veranderd.

Al een paar dagen ga ik naar zijn huis omdat ik het wil, en hij het wil. Wanneer hij me ziet lijkt hij niet geïntresseerd, maar diep van binnen weet ik zeker dat hij net als ik, naar elkaar verlangen

Al een paar dagen ga ik naar zijn huis en geeft Minhyun me een zoen en streelt mijn haren. Laatst ging hij tijdens het zoenen een plukje van mijn haar om zijn vinger wikkelen.




Ik sta op en rek mijn armen zo ver als ik kan. Ik doe de deur open en plotseling schiet er een zin wat mijn moeder gisteren in mijn hoofd stampte.

'Ga niet uit je kamer totdat ik het zeg.'

Van mijn moeder moest ik gisteren binnen blijven en mocht ik absoluut niét uit mijn kamer, ookal moest ik zo nodig naar de wc. Mijn moeder kwam met een man thuis en ze had blijkbaar 'zaken' te doen. Als ik toch naar buiten ging zweerde ze dat mij dan zou gaan vermoorden.

Ik wilde niet doodgaan, nu niet. Niet wanneer Minhyun van mij begint te houden.




Ik ga toch maar naar buiten aangezien ik geen sporen van die man hoor.

Ik ga naar beneden met een goede gevoel en kijk om me heen om m'n moeder te spotten. Ik wrijf in mijn ogen maar ze is nergens te bekennen.





Mooi.

Ik kan nu zonder twijfel ontbijten.

Ik doe snel een broodje in mijn mond en ga naar buiten.

Ik pak mijn fiets en ga richting de school waar ik vandaag de helft van mijn dag daar moet spenderen en niet bij Minhyun.

Aangekomen bij school heb ik de neiging om mijn fiets te pakken en heel hard naar Minhyun's huis te fietsen en hem te knuffelen en zoenen en knuffelen.

Maar dat doe ik niet.

Ik ga naar Nederlands en zit op mijn vaste plek. We gaan vandaag weer verder aan onze opdracht.

Ik kijk op en zie iedereen in een groepje zitten. Zeven, in totaal. Ik zie meisjes giechelen en lachen. Ik kijk naar een andere groepje en die zijn ook aan het giechelen en in elkaars oren te fluisteren. En ik ben hier,

zo alleen.

Soms,

heel soms,


vraag ik me af hoe het is om een vriendin te hebben.






Ik zucht.





Ik graas in mijn tas en pak mijn schriftje. Ik begin gelijk te schrijven en negeer iedereen om me heen. Mark komt stilletjes naast me zitten en zegt geen woord tegen me. We kijken elkaar niet aan. Er begint een ongemakkelijke wolk te hangen.

ObsessionWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu