Hoofdstuk 18

65 8 1
                                    

'Dat kan je wel!' schreeuw ik naar de brunette in een te kort rokje. 'Dat staat in het verslag. Jullie hebben het Gen bij onze vaders weg gehaald en hun herinneringen over het hele project gewist.'

Meredith lachte hardop. Haar gebleekte tanden leken zilver in het licht van de maan. 'Weghalen?' vroeg ze spottend. 'Verminderen zul je bedoelen. We wouden het weghalen, het moest verdwijnen. Maar natuurlijk wilde dat brutale goedje in jullie niet weg. We dachten dat het weg was, dat het weg zou blijven. Maar toen was hij al in zijn moeders baarmoeder.' Ze wees naar Andrew. 'En tja, het verminderen had toch geen effect, want kijk nou zelf. Jullie zijn wolven geworden. Wat wij zolang gevreesd hebben is werkelijkheid worden. Nee, we kunnen het niet verminderen. We kunnen alleen maar wegvagen. En ik denk dat jullie al weten wat ik daarmee bedoel.'

De mannen grinnikten.

'Jullie gaan ons doden, is het niet?' vroeg ik kalm en Meredith knikte grijnzend.

'We komen afmaken wat 25 jaar geleden is begonnen. We hadden jullie vaders al aan het begin van het nieuwe experiment moeten doden. Ze waren parasieten en wij waren de verdelgers. Maar we waren te nieuwsgierig. We wouden weten wat we met dit Gen konden doen, hoe het zou reageren op bepaalde prikkels.'

'En toen ontsnapten onze vaders.' De barbiepop keek even naar me en knikte, alsof ik een klein kindje was die nu eindelijk begreep wat 'nee' betekent.

'En toen die Irwin de verkeerde medicijnen nam en het stokje legde, besloten we dat dit niet mocht uitlekken. We hebben een vals auto-ongeluk in elkaar gezet en de andere mannen weergevonden. We hebben het Gen vermindert en ze hun geheugen laten verliezen. Erg moeilijk was het niet. Ook hebben we gezorgd dat de mannen elkaar haten, zodat er geen herinneringen omhoog kwamen. Meisje, het was zo simpel.'

Woede borrelde in mij op. Ik rukte me los en greep naar Meredith's haar. Ik trok hard en ging met mijn lange nagels over haar gezicht. Ik zag de rode vloeistof en voelde voldoening.

De vrouw waar ik op zat, rolde zich om en zat nu boven op mij. Ze sloeg me in mijn gezicht en raakte de plek waar Andrew me had geslagen. Ik gilde het uit.

Dat was voor Bertram de druppel. Hij draaide zich om en stompte zijn belager in zijn maag. Hij kreeg er een flinke klap voor terug, maar dat hield de jongen niet tegen.

Bertram schopte de man tegen zijn enkels en duwde hem op de grond.

De anderen waren ook druk in gevecht. Jack sloeg een man op zijn kaak, Steve zat op de rug van zijn belager en Thomas schopte een man in zijn knieholtes.

En toen voelde ik ze. Meredith had haar handen om mijn keel geslagen en kneep mijn luchtpijpen dicht. Mijn longen schreeuwden en ik hapte naar zuurstof, maar ik kreeg niks binnen.

'Vervelend hè? Kleine parasiet.' Op Meredith's gezicht lag een krankzinnige lach.

'Bertram,' piepte ik en ik greep naar de grond. Mijn longen brandden. Ik voel het leven uit mij glijden. Mijn lichaam werd slap.

En toen kon ik weer ademen. Ik hapte dankbaar naar lucht.

Een wolf lag bovenop Meredith en hapte naar haar gezicht. Hij had een bruin-grijze vacht en een teken op zijn grote kop. Een vlieger, met een stip in het midden. Mijn vader.

'Ze zijn er,' zei ik vol bewondering. De andere wolven kwamen uit de bosjes springen. Ze sprongen op mannen en hapte naar enkels.

Het ging allemaal zo snel. En toen hoorde ik het schot en daarna gejank.

Ik keek naar mijn vader en zag hem op zijn zij liggen.

'Nee, nee!' Ik krabbelde overeind en rende naar hem toe. Zijn borst ging zwak op en neer. Hij werd langzaam weer mens en toen zag ik de wond. De kogel was dwars door zijn zij en borst gegaan en hij verloor veel bloed.

PentagramWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu