Point of view, Clary.
Ik zie iemand in mijn droom. MAM! Het is mam! Maar wie is die man? En in wat iets vliegt ze? Ben ik dood? 'Jocelyn, je bent terug.'zegt de man. De man brand iets in mams nek.
Ik schrik wakker en kom met mijn voorhoofd tegen iemand anders aan. Wat een rare droom... 'Au.' zegt degene. Ik kruip iets naar achter, op het bed dat ik lig. Waar ben ik? En wie is dit? 'Ik weet niet wie je ben...' maar degene die voor me zit laat mijn zin niet afmaken. 'Ik ben Isabelle.' Ik kijk om me heen. 'Ik heb Jace nog nooit zo nieuwsgierig gezien over 'n normalo, of afgeleid.' Ik kijk nog steeds om me heen. 'Afleiding is gevaarlijk in ons werk, zoals je wel hebt gezien.' gaat ze verder. 'Ik heb geen idee waar je het over hebt. Wie is Jace?' vraag ik. 'Je weet echt niet veel, of wel?' Ik schud mijn hoofd. 'Alleen dat mijn moeder is ontvoerd en nu hebben jullie mij.' '"Hebben" je leven gered, bedoel je zeker?' Ik kijk haar met grote ogen aan. Dan komen er ineens twee jongens binnen gelopen. 'Een normalo hoort hier niet.' zegt de eerste. 'Waar precies is 'Hier'?' vraag ik. 'Ze is geen normalo Alec.' zegt de tweede. 'Hoe weet je dat?' 'De serafijnendolk gloeide toen ze hem aanraakte. Isabelle, kun je..' zegt hij terwijl hij bij mij op bed gaat zitten en Isabelle van het bed gaat. 'Ik ben Jace Wayland.' zegt hij terwijl hij op bed gaat zitten. Even verbijsterd kijk ik hem aan, niet wetend wat ik moet denken. 'I-ik ben-' maar verder kan ik niet, want hij onderbreekt me. '-Clary Fray. We weten wie je bent.' Ik kijk hem nog steeds verbijsterd en met grote ogen aan. Hoe de heck weten ze mijn naam én weten ze wie ik ben? 'Ben ik de enige die dit raar vindt?' vraagt degene met het zwarte haar, die volgens mij Alec heet, omdat Jace hem net zo noemde. 'Jij vindt alles raar, Alec.' antwoord Jace erop. Kijk, ik had zijn naam juist. 'Dit moet de kloof weten.' zegt Alec. Wat is een kloof? Ik zweer het als iemand nu niet zegt wat er aan de hand is of iets ga ik schreeuwen. Mijn hart gaat nog steeds als een gek te keer. 'Doe even rustig.' zegt Jace tegen Alec. 'Dat heeft mijn broer niet. Ik hou van je, maar je staat altijd op spanning.' zegt Isabelle terwijl ze naar Alec kijkt. 'Ik ook van jou, maar dit is gewoon...' Alec wordt onderbroken door Jace. 'Weet je wat, laat me nu maar even.' zegt hij. Je raadt het misschien al wel weer, maar mijn hart gaat als een gek te keer en mijn borst staat op springen. Ik kijk naar beneden. Jace krijgt geen antwoord dus zegt hij nog wat. 'Ik zeg dit niet vaak, maar alsjeblieft?' Hij wijst naar de deur. Hij kijkt naar Alec en dan eventjes naar mij in zijn ooghoek. 'Wat heb jij toch? Wat heeft hij?' Isabelle staat op en loopt naar Alec. 'Loop even mee, grote broer.' zegt ze en sleurt Alec mee aan zijn arm.
Point of view, Isabelle.
'Ik leg het later uit.' zeg ik tegen mijn broer, Alec. Ik heb mijn hand om zijn arm geslagen. 'We kennen deze meid niet. Er bestaan geen nieuwe Shadowhunters.' zegt hij eigenwijs. 'Nu wel.' zeg ik terwijl ik met mijn ogen rol. 'Vind je dat niet raar?' vraagt hij, nog steeds een beetje overstuur. 'Wat ik raar vind, is dat jij zo overstuur bent. Misschien vanwege de manier waarop Jace naar haar kijkt.' Hij kijkt even weg en kijkt me weer aan. 'Wees blij dat Jace een keer aan iets anders denkt dan zichzelf.' Ga ik verder. 'Of omdat ze de missie verpest. We weten niet wie dat bloed koopt. Dat was onze enige taak.' En vervolgens draait hij zich om en loopt weg.
Point of view, Clary.
'Je wond is genezen.' zegt hij terwijl hij met zijn hand mijn haar weghaalt en naar de wond kijkt, die dus al genezen is. Ik kijk verbaast naar mijn schouder. 'Hoe is dat mogelijk? Ik ben ineens genezen en jullie, prachtmensen hebben magische krachten?' Hij lacht. 'Nee, ik ben geen heksenmeester.' zegt hij met een schuddend en lachend hoofd. Wat is dat nou weer? 'Een wat?' zeg ik, terwijl ik hem, opnieuw, met grote ogen aankijk. 'Een heksenmeester. Een Benedenwerelder.' Hij fronst even met zijn wenkbrauwen. 'Je praat onzin.' zeg ik, hoofdschuddend. 'Heksenmeesters, vampieren, Seelies...' Ik onderbreek hem. Wat? 'Mijn kop ontploft er zo van.' ik kijk hem weer in zijn ogen aan. Hij heeft mooie ogen trouwens... 'Goed. Ik zal het simpel houden. Alle legenden zijn waar. We zijn Shadowhunters. We beschermen de mensenwereld van de demonenwereld. De mensen die je vermoord zag worden in het Pandemonium, waren geen mensen, maar vervormer-demonen.' Hij kraamt letterlijk onzin uit nu. 'Ik ben niet geïnteresseerd in lid zijn van jullie bovennatuurlijke vechtclubje. Ik wil gewoon mijn moeder vinden. Ik geef niks om de rest. Ik wil alleen mijn moeder vinden.' Ik heb al bijna tranen in mijn ogen staan bij het denken aan mijn moeder. 'Alsjeblieft...' zeg ik zo zacht, maar hij kan het horen. 'Help me haar te vinden.' 'Dan ben ik de beste kans.' antwoord hij. 'Ik ken jou niet eens.' zeg ik hoofdschuddend. Dan word ik gebeld.
Simon.
˘³˘
hi cuties,vote, comment & follow.
x
JE LEEST
Shadowhunters. (NL)
Mystery / Thriller'Kan je uitkijken waar je loopt?' zeg ik. 'Kan je mij zien?' zegt de jongen met blond haar, blauw met bruine ogen. Een verhaal over een 18 jarig meisje, waarbij haar leven compleet veranderd op haar verjaardag. -Geïnspireerd op de Netflix serie.