Allison Lune:
Remus kijkt me bezorgd aan. 'Wat doe jij hier?' vraag ik hem. Hij kijkt even achter zich naar Liza en Sirius. 'Liza kreeg je niet wakker en je kamergenoten ook niet, dus kwamen ze mij halen en Sirius is gewoon meegekomen,' legt hij uit. Ik ga recht zitten en doe mijn haar achter mijn oren. 'Ik euh ... Ik had een nachtmerrie,' stamel ik. Remus legt een hand op mijn arm. 'Heb ik zitten te roepen?' vraag ik zacht. Hij lacht zacht. 'Ja en niet een beetje,' zegt Sirius. Ik sla een hand voor mijn gezicht maar lach dan zachtjes.Mijn kamergenoten zijn blijkbaar al terug inslaap gevallen. Daar heb ik altijd geluk mee gehad, het zijn vaste slapers. 'Het spijt me,' zeg ik dan. 'Oh, Allie, je moet geen spijt hebben, je kan er toch niets aan doen dat je een nachtmerrie had?' zegt Liza lief. Nou technisch gezien wel. Als ik in het verleden iets niet gedaan had, zou ik er nu niet over dromen. 'Ik weet wat gaat helpen,' zegt Remus. Ik kijk hem nieuwsgierig aan. 'Een tas warme chocolademelk,' zegt hij met een glimlach. 'Zolang er maar koekjes bij zijn,' zeg ik met een glimlachje.
Hij lacht zacht en neemt me dan mee naar de keuken. Remus klopt aan en een huiself doet open. 'Wat moeten jullie? Het is midden in de nacht,' zegt de huiself nors. 'Excuseer, maar zouden we twee tassen warme chocolademelk mogen alsjeblieft?' vraagt Remus beleefd. 'Met koekjes,' voeg ik er snel aan toe. De huiself doet de deur terug toe. 'Je hebt de verkeerde kleuren aan,' zegt hij kritiserend. Ik trek een wenkbrauw op. 'Jouw pyjamabroek is geel met rood geruit. Normaal zijn rood en geel de kleuren van Griffoendor,' legt hij uit. 'Oh, dat had ik helemaal niet door. Maar eigenlijk zijn het de hoofdkleuren van Huffelpuf en Griffoendor,' zeg ik dan.
De deur van de keuken gaat weer open en een huiself geeft ons twee tassen chocolademelk en koekjes. We nemen beide een tas en koekjes aan. We gaan terug naar Huffelpuf en gaan op een van de zetels zitten in de leerlingenkamer. 'Wat had ik eigenlijk allemaal zitten te roepen?' vraag ik na een tijdje. Hij kijkt me bezorgd aan. 'Nathan,' zegt Remus zacht. 'Dat had ik eigenlijk wel gedacht,' zeg ik. We drinken beide een paar slokken van onze warme chocomelk en ik mijn koekjes op nadat ik ze in de warme melk had gesopt. 'Dankjewel,' zeg ik. Hij glimlacht en ik weet dat hij "Graag gedaan" bedoelt.
Als onze melk op is zetten we onze tassen weg en gaan terug naar mijn kamer. Liza en Sirius zitten op haar bed. Beide in slaap gevallen, leunend tegen elkaars schouder. De rest van mijn kamergenoten slapen rustig door. Het zijn er behalve Liza nog drie. Olive, Hunter en Emma. Ik denk dat ik in deze zes jaar bijna niets tegen hen gezegd heb en zij ook niet tegen mij, maar als ze iets zeiden, waren ze wel super vriendelijk. Ik ga op mijn bed zitten en tot mijn verbazing gaat Remus naast me zitten. Ik kijk hem vragend aan. 'Ik wil niet alleen door de gangen dwalen,' zegt hij zachtjes. Ik knik begrijpend. Dit gaat ongemakkelijk worden. Ik doe het deken over ons heen en ga liggen, wat Remus ook doet. Gelukkig voor hem heb ik twee kussens om op te slapen, zodat hij nu ook een kussen heeft. Niet veel later val ik in slaap.
Wanner ik 's ochtends wakker word door mijn kamergenoten die iets mompelen kijk ik naar Remus die nog slaapt. In zijn slaap heeft hij een arm rond mijn middel geslagen en ik kan daardoor niet opstaan. 'Ik wist het dat die twee de nacht nog samen gingen doorbrengen,' zegt Sirius met een grijns. Ik pak een kussen en gooi die in Sirius zijn gezicht. 'Hou je mond, het was niet mijn idee.' Remus werd wakker door mijn abrupte beweging van het kussen te gooien en kijkt slaperig voor zich uit. 'Sirius, we moeten terug om ons klaar te maken, het is les vandaag,' zegt Remus en gaat recht zitten. 'Echt welke dag is het?' vraagt Sirius verbaasd. 'Maandag,' antwoord Liza die uit haar bed stapt. Ze gaat haar aankleden en komt dan terug.De jongens zitten nog altijd slaperig voor hun uit te staren. 'Jongens jullie moeten je echt gaan klaarmaken als jullie ontbijt willen hebben,' zegt Liza streng. Remus staat op en verbaasd kijk hij naar zijn arm die om me heen lag. Hij begint te blozen en loopt dan met Sirius weg. Ik ga me aankleden en als ik terug kom staan al mijn kamergenoten in een cirkel met Liza inbegrepen. 'Ik wil niet meer dat er jongens op de kamer komen,' zegt Emma. De andere twee stemmen in en Liza zucht zacht. 'Dit was eenmalig,' zeg ik in Liza haar plaats. Ze kijken me verbaasd aan maar kijken dan terug naar Liza.
Het is typisch iets wat we in Huffelpuf doen, samen tot een compromis komen, onderhandelen en eerlijk zijn, maar zacht uitgedrukt je gedacht zeggen. Zal ik even zeggen dat ik daar niet goed in ben en dat ik al zes jaar twijfel of ik wel in Huffelpuf thuis hoor. Ze beginnen nog verder te praten en ik neem Liza mee uit het gesprek. We lopen naar de Grote Zaal en Liza gaat naar de Griffoendor tafel bij haar vriendje zitten terwijl ik naar de Huffelpuf tafel ga.
Ik ga zitten en Thomas begint weer tegen me te praten. 'Ik hoorde van Olive dat Remus Lupin en Sirius Black op jullie kamer waren deze nacht.' Ik kijk hem droog aan. 'Wat kan jou dat nou schelen?' Hij kijkt me beschaamd aan en wordt dan rood. 'Nou ja, er hoeven geen jongens op jullie kamer te komen,' zegt hij en kijkt naar zijn bord. 'Bang dat we iets verkeerds doen?' Hij zucht zacht. 'Ik hoop van niet,' mompelt hij. 'Maak je daar maar heen zorgen over, Thomas, het zijn gewoon vrienden,' stel ik hem gerust. Hij glimlacht opgelucht.
'Mag ik iets vragen?' vraagt Thomas voorzichtig. Ik knik. 'Wil je vrijdagavond met mij naar de Drie Bezemstelen gaan?' Ik kijk hem raar aan. 'Wat? Waarom?' Hij krabt aan de achterkant van zijn hoofd en ademt dan diep in en uit. 'Als een afspraakje? Als je dat wilt natuurlijk?' Ik moet een schaterlach onderdrukken. 'Vind je me leuk of zo?' Hij begint hevig te blozen. 'J-ja?' zegt hij twijfelend. Oké, nu kan ik het niet meer inhouden. Ik begin te lachen en hij kijkt me raar aan. 'Waarom lach je nou?' vraagt hij verontwaardigt. 'Jij en ik, dat gaat nooit gebeuren,' zeg ik. Ik lach zachtjes verder en neem een appel, ik sta op en loop de Grote Zaal uit.
Thomas die me leuk vindt, hilarisch. Hij kent me niet eens goed. Ik kom aan bij Transfiguratie en gooi mijn appel weg. McGonagall zegt dat ik binnen mag komen en als enigste zit ik vanachter in de klas. Even later komen Liza en de Marauders binnen. Remus komt naast me zitten als Liza naast Sirius gaat zitten. Hij haalt papieren uit zijn tas en ik zie dat het onze taak is. 'Die kunnen we na de les misschien beter afgeven, want mij kennende raak ik die kwijt,' zegt hij. 'Ja is goed,' stem ik in. 'Wat is er?' vraagt hij. 'Oh niets,' zeg ik en begin weer te lachen.
'Waarom lach je? In de Grote Zaal was je ook al zo aan het lachen,' vraagt Remus. 'Dat is beter dan wenen, maar ik lach omdat Thomas me mee uitvroeg,' zeg ik. Hij wordt stil. 'En wat heb je gezegd?' vraagt hij voorzichtig, precies alsof hij het antwoord eigenlijk niet wilt weten. Hij kijkt me serieus en nieuwsgierig aan. 'Ik heb nee gezegd,' zeg ik simpel. Hij knikt en hij lijkt opgelucht. 'Vind hij je leuk?' vraagt hij dan en bijt kort zijn kaken dicht. 'Waarom zo geïnteresseerd Remus?' vraag ik en trek kort een wenkbrauw op. 'Oh gewoon...'
Ik wil nog antwoorden op zijn vraag maar de les begint al. Als de les gedaan is gaan Remus en ik naar professor McGonagall en geven onze taak af. 'Dankjewel, ik ben er van overtuigd dat het een goeie taak gaat zijn.' Ze knipoogt waardoor ik haar raar aankijkt en Remus bloost. We lopen het klaslokaal uit en dan ga ik met Liza naar Vliegles.
*****
Hoofdstuk herschreven op 27/07/2020.
JE LEEST
The Chocolate and The Biscuit
FanficRemus Lupin zit in zijn zesde jaar als hij Huffelpuf Allison Lune leert kennen. Beide hebben ze een groot geheim. Er zijn zinnen in het Frans, als je de vertaling niet weet, mag je altijd reageren en dan zal ik de vertaling geven. Moesten er onder...