14: it seems like everything goes wrong

67 2 0
                                    

We zaten nog altijd in de zetel toen de rest thuiskwam. Ik zat alleen maar in een lang shirt tegen Elias -die dan weer topless was- opgekruld. 

Enkelen rolden met hun ogen toen ze ons zagen, anderen keken vertederd. 

Rachel kwam als één van de laatste de hoek om. 

'Euhm, Alessia?'

'Ja?'

'Ik heb iemand meegebracht.' zei ze. Ze stapte opzij en daar stond Amber, zo te zien een beetje ongemakkelijk doordat ze opeens in een huis met de "badboys" van de school was. 

'Amber!' riep ik, de pijn in mijn ribben negerend. Ik wou recht springen en naar haar toe rennen, maar mijn voeten raakten amper de grond toen ik al naar voren klapte. 

Elias had me net op tijd vast. 

'Misschien is het een idee dat jij blijft zitten en voorzichtig aan doet.' zei hij. Ik bromde wat maar Elias trok me onverbiddelijk op zijn schoot. Ik merkte pas later dat ik zo ook zijn litteken -teken zoals hij het noemde- bedekte. Dat had ik eerder moeten weten, want ik had er de halve dag naar zitten staren: een deel van mij vond het interessant. 

Amber kwam ook naar mij toe en trok me in een voorzichtige knuffel. 

'Elias Adams, wat zei ik je nu?' vroeg ze zacht. Ik grimaste. 

'Niet veel aan te doen, zeker?'

'Ik zal goed voor haar zorgen, Amber. Maak je daar geen zorgen over.' zei Elias. 

'En dan haar hart breken zeker. Ik ken jouw soort.' Elias verstijfde even, ik wist niet waarom. 

'Je hebt geen idee waar je het over hebt.. Ik zou nooit..' 

'Dat zeggen jullie allemaal.' Elias zag eruit alsof hij Amber ging aanvallen. Ze zei toch niets verkeerd? Ze was gewoon bezorgd. 

'Elias, niet hier. Denk aan Alessia.' Alec legde een hand op Elias' schouder. Elias sloot zijn ogen, drukte zijn hoofd tegen mijn schouder en ademde enkele keren diep in. 

'Amber.' sprak hij toen langzaam. 'Ik zou er niet op rekenen dat ik Alessia pijn zal doen, lichamelijk of mentaal, want dat doet mij ook pijn.' Hij herlegde zijn hoofd een beetje, zodat hij nu over mijn schouder meekeek. 

'Alessia.. als hij je ooit pijn doet moet je het alleen maar aan mij vertellen en dan sla ik hem wel voor jou.' zei ze. 

'Ik kan best zelf nog een rake klap uitdelen.' Een rilling gleed over mijn rug bij de herinnering aan wat ik gisteren, of eergisteren gedaan had. 

Elias merkte het -natuurlijk- op. 'Alles goed?' vroeg hij zacht. Ik knikte snel. 

'Mag ik?' Ik verplaatste mijn gewicht een beetje naar voren, en Elias hielp me snel recht. 'Tuurlijk, maar wees als-je-blieft voorzichtig met wat je eet.'

'We zitten in de keuken.' zei ik. 

'Veel te ver weg dus.' knipoogde hij. Ik zuchtte en liep tussen Rachel en Amber naar de keuken, waar ik meteen terug op de stoel neerplofte. Tobias, Jack en Levi bewogen heel "onopvallend" de keuken uit. 

'Waar heb je gezeten?!' riep Amber meteen uit. 

Ik zuchtte en keek naar Rachel. Zij moest het toch wel doorhebben?

'Ik denk dat het te vroeg is om Alessia met vragen te overspoelen.' zei ze. 'Niet?' Ik knikte dankbaar. 

'Goed dan, wat is dat met Adams.' ze trok een vies gezicht.

'Elias is behoorlijk aardig voor me geweest en heeft me meermaals geholpen, Amber.'

'Dat is geen reden om iets met hem te beginnen!' 

'Wel Amber, ik kan er ook niet echt iets aan doen dat ik verliefd word, of wel?' ze begon me te irriteren: ik was toch een koppel met wie ik wou? 

'Misschien moeten we het maar hebben over school.' zei Rachel. 'Je hebt een hoop gemist.' Ik grimaste. Dat was een understatement. Als ik over 4 maanden wou afstuderen zou ik een hoop moeten inhalen. Ik zou het wel proberen, maar het zou moeilijk worden. 

'Je mag mijn nota's wel.' bood Amber aan. 

'Bedankt.' Ik keek haar glimlachend aan. 

'En voor de andere vakken kan je de mijne wel gebruiken.' Ik keek dankbaar naar beide meisjes. 


Amber ging een paar uur later weg, en meteen ontspande het hele huis. Het was een beetje raar, maar op dat ogenblik zocht ik er niet echt iets achter. 

Elias en Alec gingen samen aan de slag in de keuken -hun speciale spaghetti ofzoiets-, terwijl Rachel naar boven ging voor een snel dutje en ik dus met Tobias en Levi in de zetel opgescheept was. Jack was weg. 

'Dus, blij om terug te zijn?' vroeg Levi. 

'Ongelofelijk blij.' mompelde ik. 'Al gaat het wel even duren voor alles genezen is, vrees ik.' Ik keek naar mijn arm, waar een verband rond zat, mijn ribben waren omzwachteld, er zat iets van ontsmettende zalf over.. wel, praktisch heel mijn lichaam, mijn enkel was ontwricht, ... . 

'Weet je waarom ze jou moesten hebben?' vroeg Tobias zacht. Ik schudde mijn hoofd. Ik had tot de dag van vandaag geen idee. 

'Ik denk niet dat Elias echt blij zal zijn als ze je terug van hem afnemen. Hij zou nog gek genoeg zijn je persoonlijk te komen halen.' 

Mijn mond viel open, pure angst stond in mijn ogen te lezen. Dat kon hij niet doen. Als ze hem te pakken kregen.. . 

'We hebben de zender trouwens ergens anders heen gebracht.' deelde Tobias mee. 

'Bedankt jongens.' zei ik zacht. 

'Geen probleem. Elias wordt gek zonder jou, en jij bent zelf ook niet slecht.' knipoogde hij. Ik rolde met mijn ogen. 

We besloten op hetzelfde moment allemaal naar de tv te gaan kijken, tot er geroepen werd dat het eten klaar was. 

Helaas stond Elias erop dat eerst mijn verbanden gewisseld werden. Ik zuchtte, maar liet het toch toe. 

De hele groep ademde collectief geschokt in toen het verband rond mijn ribben weg was. 

'Wat?' vroeg ik. Ik wist dat ik mager was, maar zo geschokt moesten ze daarom toch niet zijn? Opeens ging alles heel snel. Levi en Tobias -die het dichtst bij me stonden, na Elias- grepen mij vast, Levi mijn polsen, Tobias mijn schouders. 

Ik keek ze boos aan: wat voor gedrag was dat opeens? Het deed me ook denken aan mijn ontvoerders. Die deden ook wel zoiets. 

Ik hief snel mijn voet en liet hem hard op die van Tobias terechtkomen. Hij liet los, waardoor ik Levi een kopstoot kon verkopen. Een harde trap tegen Tobias' zij zorgde ervoor dat ik volledig los was. Ik rende zo hard als ik konde weg: waarheen?

Verdorie, ik had de kaart van Milworth beter moeten bestuderen. 

Ik kwam tot stilstand voor een kast, een mes voor me uitgestoken en met iedereen -behalve Tobias en Levi- rond me. Waarom reageerden ze opeens zo? Ik dacht dat ik ze toch vrienden kon noemen? 

BrokenWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu