Na deel 2: Het monster aan de muur

49 6 12
                                    

Het was nog heel vroeg in de ochtend toen Samantha wakker schrok, één ... twee ... drie ... vier ... vijf, het ging maar door. Alsof er iemand op een pan aan het slaan was. Ze had het al eerder gehoord.

Half vallend schoot ze uit bed en op blote voeten rende ze naar de woonkamer, waar het dreunen nog steeds niet opgehouden was.

"Daan, zet dat ding stop, je maakt het hele resid wakker!"

Het maakte haar niet uit dat ze de tweeling wakker schreeuwde. Nicca en Leïr ... Zie, daar kwam de laatste al aangeraced.

"Wat is dat? Mam, hij is gaaf!"

Niet veel later kwam ook een slaapdronken Daan de kamer in en Nicca klemde zich onder haar moeders arm aan haar vast.

Daan moest moeite doen om boven het geluid uit te komen, terwijl hij riep: "Dit was niet de bedoeling, sorry Sam. Ik had niet verwacht dat het zo luid zou zijn."

Ze opende een gordijn en staarde vol afgrijzen naar het monster aan de muur. Leïr vond het geweldig en holde joelend het huis door.

Hoeveel slagen waren er nu al wel niet geweest? "Wanneer houdt het op?"

Halverwege haar zin, stopte het gedreun eindelijk en Samantha's 'op' galmde samen met de laatste echo door het huis.

Doodstil keek nu iedereen naar de grote, donkerbruine kast die er de vorige dag nog niet had gehangen.

Fluisterend, zei Daan nogmaals: "Sorry."

Samantha haalde diep adem en vroeg toen: "Hoe komt dit ding ineens in onze woonkamer? Hoe heb je die helemaal hier gekregen? Is die echt met de shuttle meegegaan?"

Een beetje schaapachtig knikte haar gezel. "Ik wilde het een verrassing laten zijn, voor onze eerste huwelijksdag. Met hulp van Ruwen heb ik hem aan boord weten te krijgen, het ... het leek me belangrijk."

Half vrolijk en half medelijdend keek Samantha hem aan. "En het leek je wel een goed idee om hem aan te zetten, midden in borg?"

"Ik had me vergist in de tijd, het was de bedoeling dat hij alleen het eerste uur zou slaan, niet het laatste." Met open handen pleitte hij: "Het was laat, ik was moe en ik wilde de gordijnen niet openschuiven anders werd je wakker, dus het was ook donker."

Er achteraan mompelde hij: "Ik had gewoon niet verwacht dat het zo'n herrie zou maken."

Nu barstte Samantha in lachen uit. Zo kon ze niet boos blijven, Daan zag er zo treurig uit. "Het is zo goed als een houten huis, Daan, wat had je gedacht? Ik ben allang blij dat de buren niet geschrokken aan de deur staan."

Leïr was bezig een stoel te verslepen naar de staartklok en hij wilde er net bovenop klimmen, toen zijn moeder zei: "Niks daarvan. De klok gaat uit en wij gaan terug naar bed."

"Ah mám."

"Geen gemaar, het is nog veel te vroeg."

"Ach, dat ene uurtje."

Met opgetrokken wenkbrauwen draaide ze zich om naar Daan. Hij ging nooit tegen haar in wat de kinderen betrof, had hij juist dit moment uitgekozen om zich als een echte vader te gaan gedragen? Ze wist even niet of ze nu boos of blij moest zijn.

Kijkend naar de oude, donkere klok, dacht ze terug aan de eerste keer dat ze zo had gestaan. Terug op Terra, in de woonkamer van de familie Brink. Daan had haar toen verteld dat hij de klok niet mooi vond. Waarom had hij zoveel moeite gedaan om hem hier te krijgen?

Leïr keek haar smekend aan en ook Nicca had zich inmiddels helemaal wakker op de bank verschanst. Verwachtingsvol keek ze naar haar moeder.

Ach, wat maakte één uurtje extra ook uit. Ze liet haar schouders zakken en plakte een berustende glimlach op haar gezicht.

"Maar hij gaat wel uit", zei ze op waarschuwende toon tegen Daan, die gedwee knikte.

"Ik wil het doen, ik wil het doen!" schreeuwde Leïr meteen en klom op de stoel, die even gevaarlijk wiebelde.

Daan greep de rugleuning beet en Samantha hield haar hart vast. Gelukkig, het ging goed.

Ze ging naast Nicca zitten en trok het meisje op schoot. Samen keken ze naar de twee jongens. Op aanwijzing van Daan, maakte Leïr voorzichtig een deurtje achter de wijzerplaat open. Daar bewoog de glimmende slinger tikkend heen en weer.

"Hang die maar stil, zodat het niet meer tikt."

Met het puntje van zijn tong uit zijn mond, zette Leïr zijn vinger tegen het rondje, zodat die niet langer heen en weer bewoog. De plotselinge stilte in de kamer was een verademing en Samantha glimlachte.

"Ik vind het nog steeds een mooie klok, Daan, maar zullen we hem maar gewoon daar laten hangen zonder hem op te winden?"

Hij knikte, tilde Leïr met een zwier van de stoel en kwam naast haar zitten. "Ja? Vind je hem wel mooi?"

"Ja", antwoordde ze zachtjes.

Daan sloeg een arm om haar schouders, terwijl Leïr bij hem op schoot kroop. Een echt gezinnetje waren ze zo.

"Weet je nog die eerste keer? Je was zo vol passie over iets wat ik toen compleet niet begreep. Ik keek naar die oude klok en zag alleen maar een last. Iets van andermans sentimentele waarde wat aan me opgedrongen werd."

Hij keek haar aan. "Toen jullie weg waren, nadat mijn vader overleed, werd ik iedere keer met mijn neus op de feiten gedrukt toen de klok afging. In het begin wond ik hem gewoon niet meer op, maar na een tijdje was dat het enige wat me nog met hem verbond. De allereerste keer dat ik aan die zware koperen kettingen trok, zag ik mijn vader heel helder voor ogen. Hoe hij mij als kind had geleerd hoe de klok werkte. Ik heb staan janken als een baby."

Samantha voelde tranen opwellen en knipperde een paar keer.

Daan vervolgde, kijkend naar de nu stille klok: "Vanaf dat moment had hij ook waarde voor mij. Geen geldwaarde, maar echte waarde. Ik nam hem mee, toen ik uit huis ging en toen de plannen om naar Elodie te gaan ontstonden, liet ik hem inpakken. Ruwen heeft hem voor mij aan boord gekregen en in zijn huis bewaard, toen de shuttle weer vertrok. Tot nu."

Hij wendde zich tot haar. "Het spijt me dat de verrassing niet zo goed lukte."

Lachend legde Samantha haar hand op zijn knie. "Het werkte iets te goed, maar ik ben er blij mee. Ik heb me vaak afgevraagd wat er met de klok gebeurd was, nadat we vertrokken waren. Ons eerste echte gesprek hadden we op deze manier."

Grinnikend vroeg Daan: "Had je ooit verwacht dat we nu, jaren later, opnieuw naar dat ding zouden zitten staren?"

"Nee, nooit", zei Samantha zacht. Ze kneep even in zijn knie en knuffelde toen Nicca, die stil had zitten luisteren.

"Wat zeggen jullie ervan, laten we de klok hangen?"

"Jaaa", schreeuwde Leïr meteen, waarna Daan hem onderwierp aan een kietelaanval waardoor de kleine jongen het uitschaterde.

"Maar wel uit", voegde Nicca daar heel wijs aan toe en beide volwassenen lachten.

"Ja," zei Daan met een zucht, "hij blijft uit. We zouden hem toch nooit gelijk kunnen laten lopen met Elodische klokken, want hij mist een uur."

"Ik ga er wel één maken met vijfentwintig uren, pap", zei Leïr en hij sprong van zijn plekje af om opnieuw op de stoel te klimmen. Zich volkomen onbewust van de consternatie die hij teweeg had gebracht door dat eerste gebruik van het korte woordje, dat hij zo achteloos had uitgesproken.

Samantha keek haar gezel aan. Zijn grote ogen weerspiegelden haar verwondering.

Nicca hield even haar hoofd schuin, daarna glimlachte ze verlegen en legde haar handje op die van haar moeder, waarna Daan die met de zijne bedekte.

Ja, ze waren een echt gezin. Het enige gezin op heel Elodie met een Terraanse klok.

De Nieuwe Wereld SpecialsWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu