Moe en hongerig stapte Hayat de tram in. Ze zou voor een nacht dertig euro kwijt zijn.
Ze zou snel werk moeten vinden zwart werk. In de tram was ze alleen. Tenminste dat dacht ze.
Een paar stoelen voor haar zat iemand. Ze stapte uit waar de man van de VVV haar gezegd had.
Ze stond bij de deur en haalde een diepe zucht. Ze dacht aan haar ouders. Wat dachten ze nu?
Wat ging er nu door hun heen. Laat ze maar voelen dacht Hayat. Haar lichaam begon pijn te doen.
Ze wilde alleen maar slapen. Maar eerst iets eten halen, de hele dag heeft ze nog niets gegeten.
Ze stapte uit en keek om zich heen. Ze liep de weg af, de stoep op. Ze
keek weer goed om zich heen of ze het hotel zag.In de verte zag ze een geel lichtgevend bord, was dat het? Nee dat was een snackbar. Ze had toch trek in eten dus wilde ze daar naartoe lopen.
Ze keek in haar tas en zocht het geld bij elkaar. Een hand raakte haar schouder aan.
Ze draaide zich om. "Kan ik je ergens mee helpen zoeken, volgens mij kom je niet hier vandaan" zei een stem.
Hayat bekeek de jongen goed. Hij had een engelen gezicht. Ze was in een klap vergeten dat ze naar haar hotel zocht.
Eh ja ik moet naar mijn hotel. En ik moet iets eten halen." zei ze verstrompeld.
Ineens realiseerde Hayat zich de verwondingen aan haar gezicht.
Ze keek gelijk naar beneden. Ze draaide zich om en liep weg. "Wacht, meisje, wat is er met je gebeurt?" zei de jongen. Hij trok Hayat naar een lantarenpaal.
Ze stonden beide in het licht. Hayat bekeek hem. Hij was mooi, heel mooi. Hij straalde iets zachts uit, iets onbekends, veiligs. "Miskiena, wie heeft dit gedaan?" vroeg hij.
Hayat zei niets, "Niemand joh". De jongen keek haar met medelijden aan. "Je werkt toch niet he" zei hij. "Nee, maar wat bedoel je?" zei Hayat.
"Oke, ik bedoel dit heeft toch geen man gedaan, je werkt toch niet als prostituee hè meisje?" zei de jongen. Hayat snapte hem.
"Nee, nee ben je gek? Dit heeft mijn vader gedaan omdat ik niet met zijn neef wilde trouwen, mijn achterneef." zei ze weer met tranen in haar ogen.
Waarom vertelde ze dit, ze kende hem niet, dacht ze. "Ik heet Marouan" zei de jongen. "wil je iets eten of drinken, je ziet er moe uit meid" zei hij. "Huil nietmeisje, kom we gaan wat eten".
Ze liepen richting de snackbar. Marouan had haar tas van haar overgenomen. "Ik heet Hayat, en ik kom uit Rotterdam" zei ze. "Ik ben gestrand, weet niet meer wat ik moet doen. Ik heb het zo koud Marouan" huilde ze. "Ik weet gewoon niet meer wat ik moet, wie ik ben, wat ik voel". Marouan legde haar tas op de grond.
Hij deed zijn arm om haar schouder en hij trok haar voorzichtig naar zich toe. Hayat sloot haar ogen.
Ze liet alles komen, al haar verdriet, haar pijn. Ze was ruw kapot gemaakt vannacht.
En vanmorgen hebben haar ouders er nog een schepje boven op gedaan.
Hayat was een sterke meid. Ze heeft altijd aan de eisen van haar ouders willen voldoen.
Ze is wel eens verliefd geweest, en die jongen ook op haar maar heeft dat afgeblazen omdat ze alles volgens de regels van haar ouders wilde.
Ze wist dat ze ooit zou ontploffen, dat het gewoon een keer teveel voor haar zou worden.
De mishandelingen waren een normale zaak bij haar thuis. Vaak werd ze eraan blootgesteld.
Imane ook. Samen zaten ze wel eens op een bankje te huilen erom. En daarna heel hard te lachen.
Dat maakt haar sterk. Door erom te lachen. Dan kon ze het weer even aan. Maar nu was het anders. Nu was ze kapot gemaakt.
JE LEEST
𝐍𝐢𝐞𝐭 𝐌𝐞𝐞𝐫 𝐌𝐢𝐣𝐧 𝐋𝐞𝐯𝐞𝐧..
General FictionEen waargebeurd verhaal <3 -KOPIEËREN NIET TOEGESTAAN 🚫- 20-07-22: #1 Marokkaans🫶🏼.