Die verdomme vloek. Ja, een vloek. Ieder ander zou blij zijn met het eeuwige leven, al ben ik dit niet. Elke dag dezelfde strijd om te vluchten. Vluchten voor de mannen die me alleen maar willen claimen voor mijn kracht. Mijn kracht om iemand anders ook deze kracht te schenken. Een partner of een mate. Alleen zijn al de mannen die me al gekruist zijn nooit in voor de taken die erbij horen. Ze willen alleen maar een ding van me en dat is mijn kracht. Als ik die kon wegschenken zou ik het doen.
Verdwaalt loop ik door deze bossen met nog steeds mijn rode cape aan en mijn platte schoenen die er helemaal zwart van uit zien. Ik was zoals de zoveelste keer gevlucht van weer zo een man die alleen maar mijn krachten wou. Al was deze man wel zo slim om me eerst te claimen. Nu ben ik wel slimmer geworden dan me nog zo stom op te stellen, waarom het me 1000 jaar heeft gekost snap ik zelf ook niet. Maar geen enkele man of wolf of maar iets mythisch zal zich moeten bewijzen voor ik mijn hart nog voor ze open stel. Een hart, wat een grap. Is toch wat de meeste mannen denken. Ja, ik heb een hart en na al deze jaren van hopeloos zoeken, heeft me alleen pijn gedaan.
Ik laat de cape vallen aan mijn voeten en shift in mijn wolf, met een blinkende witte vacht die eruit ziet meer dan een zilver als ik onder het licht van de volle maan loop. Eindelijk loop ik als ik nooit tevoren heb gelopen. De meeste weten zelfs niet dat ik kan veranderen. Ik ben geboren als heks, met het bloed van mijn weerwolf van een vader in mijn aders. Meestal hou ik me onzichtbaar op, niet iemand mijn wolf te laten zien. Al had me vandaag een gevoel gezegd dat ik moest gaan lopen door deze bossen. Iets verder stop ik naar het zicht van een meer. Het meer waar de volle maan in weerkaatst. Exact het meer uit mijn droom. De droom met de grote zilveren wolf. Een wolf die zo groot is en eruit ziet of hij in een vat van lood is gevallen. Dat is hoe ik hem in mijn dromen zie, als het al een hem is. Ik loop dichter naar het meer, als ik mijn poot in het water zet en een slok van dit fris helder water neem. Dan zie ik plots een schitter iets verder door de bossen komen.
Plots zie ik iets met lichtgevende poelen blauw naar me kijken. Ik zou het kunnen herkennen van ergens, al lukt met me dat moment niet. Die ogen blijven in mijn staren als ik contact probeer te maken met mijn wolf tot het wezen voor me. Normaal zou ik nu wegrennen en mijn wolf verbergen van iedereens zicht, maar nu doe ik het niet. Ik doe juist het tegenovergestelde als ik door het ondiepe meer stap tot ik in het midden sta. Die ogen komen dichter tot ik een wolf voor me zie staan. Een grote wolf met een vacht die ik alleen in het maanlicht kan uitmaken als een grijstint die me de kriebels geeft. Alsof ik deze wolf al is, had gezien. "Wie ben je?" Hoor ik een stem vragen ij mijn hoofd. Een diep mannelijke stem die mijn wolven haren overeind doet zetten. "Niemand", zeg ik hem in een onvaste stem als ik door het water de andere kant op loop.
Een gevoel van totale paniek overvalt me als ik me hijgend door het bos een weg maak, naar zo ver als ik kan gaan. Wat niet heel ver is zonder training. Ik voel plots mijn vacht tegen de modderige ondergrond geduwd en deze blauwe ogen in de mijn. "Ik vraag het je niet nog is," zegt de wolf grommend. Zijn poten staan voor mijn snuit en ik ruik een geur van bergamot en ceder mijn neus binnen komen. Twee geuren die me meeslepen naar een plek, waar ik dacht dat ik ooit zou settelen met mijn mate, mijn soulmate. Hij snuift en ik merk dat er plots een spanning tussen ons ontstaat. Vlug probeer ik mijn tweede poging te doen om van hem af te komen. Bang voor nog een teleurstelling of een wolf die me gebruikt voor mijn krachten en me ziet als een soort van trofee.
Met deze keer een sneller loop, maak ik dat ik zover mogelijk van hem weg ben. Niet veel later plaats ik mezelf ergens, waar ik me afscherm van deze wereld en me terug laat veranderen in mijn menselijke gestalte. Met nog steeds het krachtveld rond me, wat ik in stand hou met mijn ogen die een lichte grijze kleur hebben. Ik zie nog juist de wolf mijn kant opkomen, maar door me kijkend alsof hij me nog steeds kan voelen tot hij weg snelt terug van waar hij gekomen is. Met een zucht laat ik me zakken op de grond die nog steeds damp is van de regen van die ochtend. Met een vermoeidheid die me plots overvalt, val ik in slaap.
Die ochtend word ik wakker met een laag ochtendmist over me heen en mijn lichaam nog steeds ineen gebald. Nog meer verdwaalt zonder kleding om me heen. "Topaz? Topaz, waar ben je?" Hoor ik een stem in mijn hoofd. Clay, mijn partner en eigenaar. Hoe je het ook wilt noemen. Hij is een van de vele die me nooit graag zou zien, alleen maar voor mijn kracht. Clay, de gevreesdste koning in deze staat, komt op me afgelopen ineens. Hij is zelfs zo goed dat maar een woord van me hem hier kan brengen. Hij staat als ook bekend voor zijn telekinese en zijn portalen als wolf en magiër kan hij alles. Hier staat dan de man die me geclaimd heeft tot hij doordraait en zichzelf om het leven brengt. Ja, dit is een effect dat mijn krachten iemand kan geven. Clay is alles behalve een lieve man.
Hoe ik ooit voor die stunts van hem ben gaan vallen. Het was een stunt, een verleiding die ik nog nooit bij een andere man had gevoeld. Veel mannen heb ik nooit gehad. De eerste jaren werd ik door onze roedel beschermt en gekoesterd tot de magiërs kwamen van de witte gloed roedel en iedereen hebben uitgemoord. Dit is mijn derde poging op liefde, al heeft mijn moeder me altijd proberen te waarschuwen voor mijn hoofd in de wolken. Niets is gebaad, jammer genoeg. Nu ben ik Clays en moet ik hem gehoorzamen, tot de volgende volle maan. De maan die me de kans misschien geeft om na al deze jaren terug vrij te zijn.
![](https://img.wattpad.com/cover/321030454-288-k294107.jpg)
JE LEEST
De Luna van het eeuwige leven ✔️
ParanormalWie wil voor altijd leven? Goderick de Alpha van De zilveren cirkel roedel wil dit. Hij is op zoek naar het geen wat hem kan geven wat hij wil, de Luna van het eeuwige leven. Als ze nietsvermoedend voor zijn deur staan met niemand minder dan zijn aa...