1 - Victoria

15.4K 583 67
                                    

Verveeld roer ik met mijn lepeltje in mijn koffie. Ik kijk toe hoe de regendruppels op het raam neerkomen en zo verder rollen. De mensen op straat lopen snel door de druppels heen naar hun bestemming. Elke dag is alles hetzelfde, opstaan, ontbijt, school, koffie, eten, bed. Nooit gebeurt er iets anders in mijn leven. In het weekend ga ik meestal uit met de meiden, waarop ik vervolgens moet passen omdat ze dronken zijn. Ik weet niet wat ze er zo leuk aan vinden, dat hele gedoe om dronken te zijn, jongens te zoenen het is niets voor mij. Ik drink mijn laatste beetje koffie op en sta dan op. Een lichaam botst tegen het mijne en de warme koffie stroomt over me heen.

'Sorry!' Ik kijk op, recht in een paar oceaanblauwe ogen. 'Het spijt me echt.' Even houdt zijn blik de mijne gevangen tot ik terugkeer in de realiteit.

'Geeft niets' glimlach ik.

'Jawel, ik ben gewoon lomp.' Hij slaat zichzelf voor zijn hoofd voor hij zijn, inmiddels bijna lege beker, op tafel zet. 'Hoe kan ik het goedmaken?'

'Het geeft echt niet' verzeker ik hem. Hij zucht diep.

'Ik ben Brandon' stelt hij zichzelf voor terwijl hij zijn hand uitsteekt. Ik pak hem aan en schud hem.

'Victoria, maar iedereen noemt me Tori.'

'Mooie naam.' Hij glimlacht naar me. 'Ging je weg?'

'Ja.'

'Ben je lopend?'

'In principe wel' zeg ik. 'Maar ik denk dat ik de bus neem.'

'Welke kant ga je op?'

'Je stelt wel er veel vragen hè?' Ik trek mijn wenkbrauw op.

'Sorry, ik wil gewoon aardig zijn' lacht hij. Ik lach ook.

'Ik woon een paar minuten buiten Amsterdam' vertel ik. 'Richting het oosten.'

'Daar moet ik ook heen.' Ik kijk hem verbaasd aan.

'Ik heb je nog nooit gezien.'

'Dat zou best kunnen.' Hij glimlacht. 'Ik verblijf in een hotel.'

'Ben je hier op bezoek?' vraag ik.

'Ja, ik bezoek mijn ouders.'

'Waarom verblijf je dan in het hotel?'

'En ik stelde veel vragen?' lacht hij. Ik lach met hem mee. 'Maar om antwoord te geven op je vraag, ik heb geen zin om continu zeurende ouders over me heen te krijgen.'

'Ik vind dat je blij moet zijn dat je ouders voor je klaarstaan.' Ik sla mijn ogen neer.

'Is er iets gebeurd dat je dat zegt?' vraagt Brandon. Ik kijk op en zie de bus richting de bushalte rijden.

'De bus is er. Ik moet gaan' zeg ik.

'Ik ga mee.' We rennen naar buiten en stappen nog snel in de bus. Ik check in en ga ergens zitten. Brandon neemt naast me plaats.

'Waarom ga je eigenlijk mee?' vraag ik hem terwijl ik hem aankijk.

'Ik mag toch wel terug naar het hotel?' Ik schud lachend mijn hoofd.

'Ja, dat mag.'

'Krijg ik trouwens nog antwoord op mijn vraag?' Ik sla opnieuw mijn ogen neer.

'Ik praat er niet graag over.'

'Ik snap het' zegt hij terwijl hij een kort kneepje in mijn hand geeft. Een warm gevoel stroomt door mijn lichaam maar ik negeer het. Het is vast niets.

'Hoelang blijf je hier?' vraag ik om van onderwerp te veranderen.

'Twee weken.'

'Dus blijf je vanaf nu nog twee weken of...?'

'Ja, nu heb ik nog twee weken hier. Daarna ga ik weer terug naar Engeland' legt hij uit.

'Wat doe je in Engeland?' lach ik.

'Studeren.'

'Vind je het leuk?' Hij knikt. Ik wend mijn blik van hem af en kijk naar buiten. Het regent nog steeds.

'Victoria' begint Brandon. Ik kijk hem weer aan.

'Ik heb een hekel aan die naam' zucht ik.

'Ik vind hem mooi' zegt hij eigenwijs. 'En je stelde jezelf voor als Victoria dus ik noem je ook zo.'

'Je bent wel een lastige hè.' Ik glimlach. 'Maar wat wilde je zeggen?'

'Zou ik je nummer mogen?' Hij bijt op zijn lip, zijn zenuwtrekje dus.

'Ja, tuurlijk.' Ik pak mijn mobiel en geef hem aan hem. Brandon geeft me zijn mobiel en ik zet gelijk mijn nummer erin. Ik sla mezelf of als Tori ;) en geef hem dan zijn mobiel weer terug. Hij drukt mijn mobiel in mijn handen.

'Bedankt' zegt hij. De volgende halte wordt omgeroepen.

'Ik moet er hier uit' zeg ik terwijl ik opsta. Brandon staat ook op zodat ik erdoor kan.

'Het was leuk je te leren kennen, Victoria.' Hij grijnst. Ik rol met mijn ogen en geef hem een speelse duw. 'Ik zal je nog wel bellen.'

'Het was ook leuk jou te leren kennen, Brandon lipbijter.'

'Dat is een goeie.' Hij lacht.

'Ik moet nu echt gaan' zeg ik en met die woorden loop ik de bus uit.


(Het eerste hoofdstuk! Laat me weten wat je ervan vindt x)


Who I amWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu