Mustangs

hoofdstuk 8

Ik word wakker. Happy ligt vredig naast me te slapen. Ik heb de hele acht over het visioen gepiekerd. Naast me hoor ik beweging en ik zie dat Happy ook wakker is geworden. Goeiemorgen Happy. Goeiemorgen. Ik kijk voor me uit terwijl de zon op komt. Na een tijdje sta ik op. Ik rek me uit en ga naar de rand. De vlakte ligt er vredig bij en sommige paarden slapen nog. Aan de rand liggen Starlight, Destiny en Storm, de veulens. Ze slapen nog. Niet ver daarvandaan liggen mijn ouders samen met Ace en Bliksem. De ouders van Storm liggen er niet bij. Zijn vader heeft eigenlijk nooit veel interesse getoond in zijn zoon en z'n moeder had de verzorging al snel over gelaten aan de anderen. De oudere paarden liggen in de buurt van het water en de andere paarden liggen verspreid. Happy komt naast me staan en we lopen samen naar beneden. Ik ga naar het water om te drinken en beslis om zo dadelijk met m'n vader te praten. Als ik klaar ben loop ik naar m'n ouders die inmiddels wakker zijn. Pap, kan ik je even spreken? Hij knikt en loopt met me mee naar boven. Wat is er Sun? Ik heb gisteren weer een visioen gehad, zoals de vorige keer een aantal jaar geleden. Hij schrikt en ik vertel over het visioen. Ik denk dat we dit in de gaten moeten houden Sun, je weet maar nooit of het iets betekent. Ik knik. Wat doe ik dan het beste? Patrouilles er op uit sturen om de omgeving te controleren? Begin daar al mee, en dan kan je daarna verder beslissingen maken. Eventueel moeten we verhuizen als het hier te gevaarlijk wordt. Ik knik. Ik herinner me nog goed dat toen ik een paar weken oud was we van plaats zijn verhuisd naar hier. Ik ga er direct op uit sturen Pap, dank je. Ik beslis om Bliksem samen met Goldino en Galant de omgeving te controleren. Ik haal de 3 paarden en vertel ze wat ze moeten doen, natuurlijk zeg ik niks over de visioenen. Ze knikken en vertrekken.

Ik roep Starlight, Destiny en Storm bij me. Hebben jullie zin in een tocht? De 3 veulens beginnen hevig te knikken. Zo kan ik ineens ook een kijkje nemen denk ik. Ik neem de veulens in de tegengestelde richting van de patrouille mee. We vertrekken al dravend. Via deze weg lopen we richting de bomen en kunnen we de bergen in. Als we op een vlak stuk komen beginnen we met draven. Ik vind dat ik de veulens ook wat kan bij leren en wanneer we dan struiken met kruiden in vinden stoppen we dan ook. Ik stel hen een paar vragen en dan gaan we verder. Het gras van de vlakte begint stilaan te veranderen naar stenen doordat we in de bergen beginnen gaan. In dit stuk ben ik zelf nog niet vaak geweest dus ik ben uiterst op mijn hoede. We schrikken soms als er plots een vos of konijn voor onze voeten komt lopen maar verder blijft het rustig. We genieten van het uitzicht en beginnen terug naar de vlakte te kronkelen. Al snel zijn we weer terug en gaan de veulens uitgeput naar het water. Ik lach en kijk of de patrouille al terug is. Ik vind ze niet en ga dus naar Happy. Hoe was de tocht? vraagt ze. Leuk, we hebben een deel van de bergen verkend. Ik zie dat de patrouille eraan komt. Ik ben zo terug Happy. Terwijl ik dit zeg draai ik me om en ga naar ze toe. En? vraag ik. Het oosten, het zuiden en het westen waren normaal, maar we hebben wel vreemde dingen op gemerkt in het noorden. De bergen dus concludeer ik. Bliksem knikt. Er waren plaatsen waar boomstronken lagen en waar bomen omver lagen. We hebben ook plaatsen gevonden waar er stenen in een kring lagen en waar brandsporen waren. Ik knik. Hebben jullie enig idee wie of wat dit gedaan kan hebben? Er was een geur van paarden, maar ze roken niet zoals een paard bij ons ruikt. Er was ook een vreemde geur bij. Ik denk meteen aan de visioenen. Oké, kunnen jullie morgen weer naar daar gaan en kijken of er nog iets is bij gekomen? Oké. Ze lopen weg om uit te gaan rusten. Ik ga naar m'n vader om dit met hem te bespreken. Dus er liggen bomen omver net zoals boomstronken, stenen die in een cirkel liggen met brandsporen in en de geur van paarden en nog een andere, maar de geur was niet van een van ons? Ik knik. Ik denk dat je visioen nog gaat uitkomen Sunlight. zegt m'n vader. Wat kan ik er tegen doen? vraag ik meer aan mezelf dan aan m'n vader. Geen idee Sun, dat zal jij moeten uitzoeken. Hij loopt weer naar beneden. De avond begint te vallen en Happy komt naar boven. Zullen we samen slapen? vraagt ze. Heel graag antwoord ik. Al snel slapen alle paarden op een paar na die de wacht houden. Morgen moet ik groepen samen stellen die 's nachts de wacht houden en patrouilles samen stellen. Dan val ik in slaap naast Happy.