Hoofdstuk 3

657 23 14
                                    

De volgende morgen werd ik wakker ge-sms't. Het was weer Lucas.

Hey schat, ik zal er vandaag niet zijn, het heeft met thuis te maken... x

Wat was er daar toch aan de hand? Ik had hem gisteren al gevraagd of er iets ergs was, maar daar wilde hij nog niets over kwijt, hij zei dat er niets aan de hand was. Daarom dat ik er nu niet weer achter ging vragen, hij moest het maar zeggen wanneer hij het wilde. Vandaar dat ik gewoon een bevestiging stuurde en ook nog dat ik van hem hield.

Nu kreeg ik zo het gevoel dat deze dag ging tegenvallen. Lucas zou er niet zijn, wat ik al heel erg vond, dan was er die mysterieuse gast nog. Ik heb er lang liggen over piekeren, ik kreeg hem maar niet van me afgezet. Maar telkens vroeg ik me ook weer af waarom ik zo met hem in mijn hoofd zat? Hij was de zoveelste jongen, die gewoon naar school ging en toevallig ben ik hem twee maal tegen het lijf gelopen, maar voor de rest niets speciaals.

Ik maakte me klaar en vertrok zoals gewoonlijk weer met mijn auto naar school. Doordat er een ongeluk was gebeurd was ik wat later dan normaal op school en liep ik meteen door naar de les. Achteraan de aula zag ik Femke en Roos zitten en ik liep regelrecht naar hen toe. Ik liep de trappen op en mijn blik verstarde even toen de jongen me aankeek. Maar dit keer mocht ik niets laten merken. Zonder hem aan te kijken, liep ik door. Ik voelde nog wel dat hij mij nog een hele tijd volgde, maar ik besteedde er geen aandacht meer aan.

Aan het einde van de les liep ik al babbelend de aula uit. Mijn vriendinnen en ik stonden op de binnenkoer te lachen toen we plots gestoord werden.

'Hallo, mijn naam is Jeroen.' Het eerste moment wist geen van ons gedrieën iets uit te brengen. Het was namelijk dé mysterieuse gast, die nu plotseling niet meer zo mysterieus was. Ik had echt nooit verwacht dat hij zich zomaar zou komen voorstellen.

'Ik ben Femke.'

'Mijn naam is Roos.'

'Olivia,' antwoordde ik dan maar. Met een vreemde blik keek ik hem aan. Waarom stond hij hier nou zo plots?

'Ik volg blijkbaar dezelfde richting als jullie,' zei hij. Alle drie knikte we gewoon ja. Ieder van ons vond dit vreemd. Maar nu zag hij er wel vele normaler uit, zo kwam hij toch over. Hij was gewoon spontaan, lachte vriendelijk, eigenlijk niets om op aan te merken.

'Ik zal jullie niet langer storen,' zei hij. 'Tot nog eens.' En toen was hij weg, even snel als hij hier stond. We keken elkaar vreemd aan. Ieder van ons wist niet wat er zich zojuist had afgespeeld. Vond ik dit eigenlijk beter dan wanneer hij zo vreemd naar me zat te staren?

'Hij wilt duidelijk contact met ons maken,' zei Femke. 'Of misschien eerder met jou,' had ze tegen me gezegd.

'Niet doen,' zei ik, ik had hier echt geen zin in. 'Hij stelt niets voor.'

De rest van de dag verliep zoals een standaard schooldag. Jeroen had ik niet meer gezien en daar was ik blij om, ik had rust nodig. En op het moment zat ik vooral met Lucas in mijn hoofd, ik hoopte maar dat er niets ergs aan de hand was. Daarom besloot ik om hem te bellen vanaf ik thuis kwam. Ik belde naar hem thuis. De telefoon ging over.

'Hallo?' klonk het aan de andere kant van de lijn.

'Hallo, Lucas. Het is Olivia.'

'Oh, schat. Alles goed? Hoe was het vandaag?'

'Goed, hoor. Ik bel eens om te horen hoe het met jou is. Alles is toch in orde, hé?'

'Ja, hoor maak je geen zorgen om me. Ik kan wel heel deze week niet naar school komen.'

'Wat? Waarom niet?' Hier klopte iets niet, hij wilde het me gewoon niet zeggen.

'Ik moet hier gewoon wat helpen en ik voel me trouwens ook niet zo goed.'

'Wil je even dat ik langskom?'

'Schat, doe geen moeite. Er is echt niets aan de hand. Ik word geroepen, sorry, maar ik moet ophangen.'

'Ok dan, zei ik teleurgesteld. 'Maar als er iets is, moet je me bellen, hé.'

'Natuurlijk, ik zie je graag.'

'Ik jou ook.' En toen werd de verbinding verbroken. Ik was eigenlijk heel erg ongerust. Waarom vertelde hij nou niets, dat was niet van zijn gewoonte. Het was niet dat ik hem niet vertrouwde, absoluut niet. Ik was er zeker van dat er geen ander meisje in het spel zat of zoiets, maar ik was gewoon bezorgd om hem. Als hij door een moeilijk periode moest, zouden we dat samen moeten doen. Ik zou hem kunnen helpen, hem steun kunnen bieden. Nu voelde het aan alsof ik machteloos was, alsof ik hem in de steek liet, terwijl dat absoluut niet zo was.

Verkeerde liefdeWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu