HOOFDSTUK 13

3.3K 195 85
                                    

Ik fiets het schoolplein op en plaats mijn fiets op z'n plekje.

Ik loop naar binnen en trek gelijk de aandacht van een paar mensen. De meisjes interesseren zich niet, maar één stuudje word gelijk rood wanneer ik zijn kant op kijk. Ik weet dat ik er beter uit zie, maar toch niet zo veel beter?

Ik loop naar de kapstok toe en hang mijn jas op waardoor mijn outfit te zien is; donkerblauwe skinny Jeans, een azuurblauw shirt en bijpassende oorbellen van lapis lazuli.

Ik heb zorgvuldig mijn kleding uitgezocht voor vandaag. Ik zie er nu goed uit en dat wil ik laten zien ook!

De laatste tijd merk ik dat ik ook een geestelijke metamorfose ben ondergaan; ik ben nu niet meer dat verlegen meisje dat totaal géén aandacht wilde.

Op mijn lange bruinleren laarzen loop ik naar de kantine op zoek naar ons groepje. Zodra ik de deuren open voel ik ogen op me branden. Niet iedereen gelukkig. Dat zou me toch wel wat té veel aandacht zijn.

Net als toen ik de school binnen kwam kijken de meeste meisjes ongeïnteresseerd weg, maar deze keer zijn er ook een paar die me aan blijven kijken met jaloezie in hun ogen. Wat heeft iedereen toch?! Ik zie er niet zo heel veel beter uit!

Toch?

De meeste jongens laten hun blik langer hangen dan gepast en ik ben dan ook blij dat ik ons groepje zie staan, blijkbaar is dat verlegen meisje toch niet helemaal verdwenen. Met gehaaste pas loop ik naar Anne, Max en Niels. Lena moet vast nog komen.

"Ha May! Ben je er eindelijk weer?" Vraagt Anne vrolijk als altijd. "Ja, mijn moeder liet me eerst niet gaan." Zucht ik terwijl ik mijn tas neerplof.

"Tja moeders hé. Wat zie je er trouwens mooi uit!" Zegt Max. "Ja, inderdaad!" Stemt Niels in. Ik bloos lichtjes om hun complimenten. Het is niet elke dag dat een meisje mooi wordt genoemd.

De bel gaat bijna en ik kijk snel op mijn rooster; eerste uur geschiedenis. Jeeeeeeeeeeee! Echt mijn lievelingsvak!

Voor de mensen die het nog niet door hadden: Dat was sarcasme.

Ik haat geschiedenis, het is zo nutteloos. Ik wil geen baan die daar mee te maken heeft, het boeit me niet wanneer napoleon aan de macht is gekomen en het is zo verschrikkelijk saaaaaaai. Dus waarom zou ik geschiedenis moeten krijgen?

Het irritante geluid van de zoemer haalt me uit mijn gedachten en ik zeg gedag tegen mijn vrienden en baan me een weg door de leerlingen op weg naar geschiedenis. *kuch* hel *kuch*

Ik bereik lokaal 019 en bij de deur staat Mvr. Stoon alle leerlingen al op te wachten.

Misschien zou geschiedenis niet zo verschrikkelijk zijn met een andere docent, maar ik heb haar...

+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+

Ik vlucht het lokaal uit en ben blij dat ik weer een les heb overleefd. Mvr. Stoon had waarschijnlijk speciaal voor mijn terugkomst een toets opgegeven.

Jeeeee! (Alweer sarcasme)

Nu heb ik wiskunde. Niet leuk, maar vele malen beter dan geschiedenis.

+-+-+-

Na een lange en vooral saaie dag school en meer ogen op me dan normaal stap ik eindelijk de gevangenis uit die ze ook wel 'school' noemen.

Ik stap naar mijn fiets toe en fiets weg. De wind speelt met mijn haren en met losse handen vlecht ik het snel. Aangekomen bij mijn huis zet ik mijn fiets weg en ik ga naar binnen.

"Mam, ik ben thuis!" Schreeuw ik door het huis. "Hoi liefje, hoe was school?" Reageert ze. "Wel goed hoor!" "Mooi zo, er staat wat eten op het aanrecht!" "Oké, dankje!" Schreeuw ik terug.

Ik loop naar het aanrecht en vind daar inderdaad wat te eten en te drinken.

-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+-+

Ik kreun. "De slag bij Waterloo, 1518? 1851? 1185?" Ik heb zin om met mijn hoofd op het bureau te bonken. Waarom is dit belangrijk om te weten?!

Ik hoor een vreemd gespin achter me. Ik draai vlug mijn bureaustoel en zie zoals verwacht Hya zitten.

"Hoe ben je binnen gekomen?" Vraag ik.

Ik ben geteleporteerd natuurlijk.

Zegt Hya alsof het de normaalste zaak van de wereld is. "Jij kan teleporteren?!" Vraag ik ietswat hysterisch en opgewonden.

Ja, misschien kun jij het zelfs ook wel en trouwens de slag bij Waterloo was op 18 juni, 1815.

"Hoe weet jij dat nou weer?" Vraag ik een beetje chagrijnig omdat een panter het wel wist en ik niet.

Oh, ik was er zelf bij.

Zegt ze nonchalant alsof het niets is. Hoe oud is ze dan wel niet?! Meer dan tweehonderd jaar?!

Hya moet hebben geraden wat ik dacht, want ze zegt met mysterieus fonkelende ogen:

Er is veel dat je nog niet over me weet, maar dat is niet waarom ik hier ben. Ik heb de raad ingelicht over de sterkte van je gaven en ze zouden je graag willen ontmoeten.

Ik weet niet wat ik hiervan moet denken. Ik voel me vereerd dat ze me willen ontmoeten, maar van wat ik heb gehoord weet ik dat ze erg machtig zijn.

Mijn nieuwsgierigheid wint het van de angst voor het onbekende en opgewonden stem ik in. "Oké"

Goed. Zullen we gaan dan?

"Nu?"

je vader is weg en je moeder is druk bezig met werk. Niemand zal merken dat je weg bent en tijd is ook geen probleem. Op de plaats waar de raad zich heeft gevestigd gaat de tijd langzamer.

"Oké dan. Hoe komen we daar?"

Leg je voorhoofd tegen dat van mij.

Ik doe wat ze zegt en leg mijn voorhoofd tegen dat van haar.

Oké, doe nu je ogen dicht en probeer te ontspannen.

Weer volg ik haar aanwijzingen en voel een vreemde sensatie door me heen gaan. Het voelt alsof er overal aan me getrokken word ook al voel ik geen handen.

Mijn spieren verlammen en even voel ik niets. Ik bevind me op een plaats waar ik niet kan zien, horen, voelen en bewegen. Het enige wat ik kan doen is verdwalen, verdwalen in mijn gedachten. Ik zie alle slechte en goede herinneringen voorbij komen. Mijn leven flitst voorbij. Betekent dit dat ik dood ga?

1013 woorden
Beetje laat op de dag. Ik weet het, maar ik probeer de hoofdstukken langer te maken. Ik stond daarnet trouwens even op de #29 plek!!!

Bye

Eef

Vote
Comment
Read
Share
Follow
Reading list
?

Gifted✔ Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu