Warrior Cats Bruine Ogen (#4)

Hoofdstuk 9

Grindvacht trippelde over het eiland. Het was volle maan en de Grote Vergadering ging bijna beginnen. De anders clans waren er al. Een Windclan krijger keek Grindvacht boos aan. Grindvacht trippelde snel door. Nachtpels mocht deze keer niet mee naar de vergadering dus ging Grindvacht naast Grasvoet zitten. Vlamstaart en Witbloem kwamen ook bij ze zitten. Mosster klom snel de boom in en ging op een tak zitten. "Welkom iedereen!" Riep Donkerster. "Mosster, wil jij beginnen?" Vroeg hij. Mosster knikte. "We hebben twee nieuwe krijgers; Pluisstreep en Modderplons!" Iedereen draaide zijn kop naar Modderplons en Pluisstreep, die naast Eikenhart zaten. Pluisstreep stak trots haar borst vooruit maar Modderplons keek verlegen om zich heen. "Ook heeft Maanregen 3 gezonde kittens gekregen" ging Mosster verder. Sommige krijgers keken naar Grindvacht. Grindvacht wist nier zo goed hoe hij moest kijken dus keek hij gewoon naar Mosster. "Verder hebben we een dode Windclankitten op ons territorium ge-" Mosster werd onderbroken door Snorpels. "Jullie waren het!" Krijste de Windclan krijger. Hij wierp zich bovenop Streepvacht. Streepvacht belandde op zijn rug. Hij schopte Snorpels hard van zich af. Snorpels belandde hard op de grond. Even stond hij niet meer op. Is hij dood? Iedereen hield zijn adem in. Snorpels stond moeizaam op. "Snorpels?! Wat denk je wel niet?! We kunnen de Donderclan nergens de schuld van geven!" *KRAK* de tak waar Snelster op zat viel naar beneden en Snelster viel mee. Hij knalde tegen de grond en bewoog niet meer. De tak belandde boven op Rotspels. Rotspels!

Bladneus rendde naar Rotspels. Streepvacht en Eikenhart hielpen om hem onder de tak vandaan te halen. "Hij is dood" miauwde Streepvacht verdrietig. Bladneus keek naar zijn doodde vader. Daarna ging hij naast hem zitten en duwde zijn neus in zijn grijze vacht. "Dat was zijn laatste leven" jammerde Lichtvoet die naast Snelster stond. "De Sterrenclan heeft gesproken! Iedereen die het niet met me eens is zal sterven. Ik word de nieuwe leider van de Windclan" miauwde Snorpels. De meeste Windclan krijgers knikte en sommige juichte. "Geloven jullie hem echt?" Vroeg Hooipels, de Windclan commandant. "Ik ben de commandant" voegde hij eraan toe. "Waarom ging Snelster dan dood toen hij zei dat Snorpels fout was?" Vroeg Graantand. Hooipels zei niks. Het is vreemd... "Ik ben de nieuwe leider van de Windclan!" Riep Snorpels en hij klom in de boom waar de andere leiders zaten. "Maar Snorpels-" begon Haankreet. "Snorster! " Miauwde Snorster. Hooipels stond naast Snelster. Hij murmelde iets onverstaanbaars. "Snelster was een goede leider" miauwde hij toen zodat iedereen het kon horen. De meeste Windclan krijgers knikte instemmend. "Maar", begon Snorpels, "hij zat fout toen hij Hooipels als commandant koos. Ik ben de echte leider van de Windclan. Ik zal de Windclan sterker maken!" Hij is net als Renwind... dacht Grindvacht geïrriteerd. "De vergadering is afgelopen" riep Snorpels en hij sprong uit de boom. "Kom, Windclankatten, we gaan naar huis" miauwde Snorpels. Alle Windclan katten liepen achter Snorpels aan. Allemaal behalve een paar, waaronder Hooipels en Haankreet. Hooipels keek bedroefd naar Snelster. Grindvacht liep naar hem toe. Rotspels lag naast Snelster. "Ik begraaf hem hier wel, ik kan hem niet mee terug nemen naar huis" miauwde Hooipels. "Ik help wel" miauwde Haankreet en ze begon met graven. "Ik help ook wel" miauwde Grindvacht. "Nee" ,kaatste Hooipels, "Snelster wil niet begraven worden door een kat uit een andere clan." Grindvacht deed voorzichtig een stap naar achter. "Wij moeten Rotspels hier ook begraven" miauwde Streepvacht. Grindvacht knikte en begon met graven. Na een tijdje was het gat groot genoeg en legde de Donderclankatten Rotspels voorzichtig in het gat. "Vaarwel, Rotspels. Ik kendde je niet heel erg goed maar je was een geweldige krijger en clangenoot" miauwde Grindvacht zag. "Moge de Sterrenclan je pad verlichten" voegde Bladneus eraan toe. Toen gooide Vlamstaart en Streepvacht aarde over Rotspels heen. Toen het gat dicht was, waren Hooipel, Haankreet en de andere clans al weg. "We moeten naar huis, de krijgers in het kamp zullen wel bezorgd zijn" miauwde Grasvoet. Mosster knikte. Grindvacht volgde zijn leider, op weg naar huis.