H30.

1.4K 78 19
                                    

POV Coco:

Zo snel als ik kan haast ik me naar binnen in het grote gebouw. Ik heb geen tijd meer om langs mijn kluisje te gaan om mijn jas en overige boeken te droppen dus ik zet het maar op een sprintje. Wanneer ik het juiste klaslokaal heb bereikt gaat de bel. De leraar wilde net de deur al gaan sluiten en als de deur dicht is dan ben je officieel te laat.

Nog net op tijd sprint ik me het klaslokaal binnen. Iedereen zit al binnen te kletsen met zijn of haar vrienden en de leraar schenkt me een waarschuwende blik. Ik vorm met mijn lippen het woord sorry en neem plaats naast Max. Wanneer hij mij opmerkt draait hij zich om.

''Ik heb een plan," ratel ik.

Max kijkt me vragend aan.

''Ik heb wat research gedaan op het internet en ben wat dingetjes te weten gekomen. Als we nou vanmiddag eens die Marc gaan volgen naar zijn huis en misschien, dat weet ik niet, maar misschien kunnen we Jasmijn..- "

''Praat eens rustig, Coco," onderbreekt Max mij. Ik schenk hem een lieve glimlach. ''Ik snap je.''

''Mooi, vanmiddag na je laatste lesuur buiten bij het bankje, oké?'' vraag ik.

Net als Max zijn mond open wil doen om te antwoorden buldert de luide stem van de leraar al door het lokaal.

''Coco en Max, is het nou afgelopen? We zijn nu met de les begonnen en kletsen doen jullie maar in jullie vrije tijd!'' Hij kijkt ons dreigend aan. Dan knikken we allebei ja en de leraar vervolgt zijn les.

De laatste bel is gegaan en zo snel als ik kan haast ik me naar mijn kluisje. Ik prop alle boeken die ik nodig heb in mijn tas en trek mijn jas aan. Als ik mijn jas heb dicht gerist loop ik naar buiten. Max staat al te wachten bij het bankje.

''Ik pak even mijn fiets!'' schreeuw ik. Hij knikt als teken van goedkeuring. Snel pak ik mijn fiets en fiets ik naar Max toe. Ik knik en zonder ook maar één woord uit te wisselen verlaten we het drukke schoolplein.

We fietsen en fietsen door de drukke straten heen. Af en toe slaan we rechts of links af. Het is koud buiten en dat kan ik merken aan mijn hele lichaam. Mijn hoofd is waarschijnlijk rood, mijn vingers vallen er nog net niet af en mijn benen zijn super koud. Urrgg.. Doe mij maar liever de zomer. We slaan rechtsaf en ik scan het bordje met de straatnaam.

''Ergens in deze straat moet het zijn," zeg ik met een zenuwachtig en naar gevoel in mijn buik.

Max stopt naast mij en stapt van zijn fiets af. ''Ben je zenuwachtig, Coco?'' vraagt hij lief.

Wat denk je zelf? Als je je twee beste vriendinnen weer ziet nadat je ze een lange tijd heb moeten missen en niet wist waar ze waren? ''Ja natuurlijk!'' Max pakt mijn bevroren hand vast en knijpt er zachtjes in.

''Ik ook," stelt hij mij gerust.

''We hebben alleen één klein probleempje,' Max fronst zijn wenkbrauwen. ''Op internet stond alleen de straatnaam, niet het huisnummer," zeg ik zachtjes. Hier heb ik niet over nagedacht. Ik kan mezelf wel voor mijn kop slaan.

''Dat geeft helemaal niet," zegt Max. Hij stelt mij gerust. ''Want ik heb daar wel aan gedacht, kijk eens wie er daar komt aanfietsen?''

Ik draai mijn hoofd en vestig mijn blik op een uit de verte aankomende fietser. Max pakt me snel bij mijn pols beet en trekt me achter een struik. Ik schenk hem een glimlach. Stilletjes kijken we hoe de fietser aan komt fietsen. Wanneer hij dichterbij komt zie ik dat het Marc is. Ik kijk naast me en zie Max al grijnzen. Een gevoel van opluchting gaat door mij heen om te weten dat ik straks Jasmijn en Roos weer zal kunnen zien.

''Psstt, volg mij," fluistert Max. We sluipen naar onze fietsen en zetten ze op slot.

Marc stopt al een aantal huizen verderop. Langzaam sluipen we naar het huis toe. We stoppen achter de heg en kijken hoe Marc naar binnen gaat. Voor zo'n iemand als Marc heeft hij het best wel netjes voor elkaar. Een mooi en ruim huis. Wanneer hij eenmaal binnen is lopen ook wij naar de deur. Kort en krachtig geef ik er een ruk aan. Niks. Ik zucht.

''Hoe gaan we binnen komen?'' vraag ik zelf al nadenkend aan Max.

''We kunnen de achterdeur proberen?'' Ik knik en we lopen beiden naar de achterkant van het huis. Daar aangekomen probeer ik weer de achterdeur open te maken. Alweer geen resultaat. Wanneer ik opzij kijk zie ik een luik. Een gevoel van blijdschap gaat door mijn lichaam heen. Ik wend Max en samen hurken we neer naast het luik. Moet je nagaan, achter dit luik zitten hoogst waarschijnlijk Roos en Jasmijn. Dat één luik ons scheid..

''Wie gaat er als eerste in?'' vraagt Max dan. Hij haalt mij uit mijn gedachtes.

''Ik wil wel," stel ik voor. Max knikt en samen tillen we het luik op. Ik kijk naar binnen en zie niks vreemds. Gewoon een donker kelder zoals je ook altijd in films ziet.

Geen seconde twijfelend spring ik in het donkere gat. Met een klap kom ik op de vloer terecht. Snel kijk ik om mij heen om te zien of niemand ons heeft gezien en gehoord. Niets. Ik knik naar Max als teken dat ook hij kan komen. Even later staan we allebei in de donkere kelder.

''En nu?'' vraag ik zachtjes aan Max. Ik kijk om me heen. Daar achteraan is een trap. Ik wijs naar de trap en Max begint al te lopen. Ik pak hem bij zijn bovenarm beet en trek hem terug. Hij draait zijn gezicht maar mij en kijkt mij vragend aan. '

"Ik weet niet wat zich hier boven bevind, maar weet wel dat we bij elkaar moeten blijven. Maakt niet uit wat er gebeurt. Oké?'' Hij knikt en vervolgt zijn weg weer naar de trap.

Ik sluip achter hem aan. Ik houd mijn adem in als Max zijn eerste voet op de traptrede zet. Het valt me nog mee dat de trap tredes niet kraken.

Eenmaal boven aangekomen duwt Max zachtjes de deur open. Ook deze kraakt niet. Wanneer de deur helemaal open is kan ik de ruimte achter de deur zien. Een lange gang met hier en daar wat deuren. Mijn hart klopt in mijn keel. Max staat al in de gang en ook ik kom naast hem staan. We kijken allebei naar de deuren in de gang.

''We moeten langs alle deuren," zeg ik zachtjes.

''Nee, hoeft niet. We moeten alleen kijken waar Roos en Jasmijn zich bevinden." Oh ja.

''Slim van je,'' glimlach ik.

Net wanneer ik naar de eerste deur wil sluipen hoor ik stemmen uit een kamer komen. Ik leg mijn hoofd tegen de deur en concentreer me op het geluid.

''Dat had je nooit moeten doen," hoor ik een onbekende stem zeggen. Stilte. Voetstappen. Gestommel.

''Nee, Marc alsjeblieft. Niet doen!'' hoor ik een ander weer schreeuwen.

''Te laat, Vince. Ik had je al gewaarschuwd," klinkt weer die bekende stem.

En dan hoor ik een knal. Ik schrik en deins achteruit. Een gilletje verlaat mijn mond.

Weggesleurd [NL] // Winner vakantieboek 2017!Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu