Here we come!

6 0 0
                                    

Na de zenuwinzinking van gisteravond, ben ik onmiddellijk terug naar de woonkamer gegaan en heb ik aan oma gevraagd waar ik kon slapen. Toen gaf Stef te kennen dat hij ook enorm moe was en hij wou dus ook gaan slapen. Oma vroeg aan ons of we het erg zouden vinden om een kamer te delen. Eerlijk gezegd, zou ik dat zelfs graag hebben. Want dan ben ik niet alleen. Alleen zou ik niet slapen en daar heb ik nu echt wel behoefte aan. Ze begeleidde ons door het huis. Van de woonkamer, naar de trap, zo naar de bovenverdieping, de gang door en de laatste deur rechts. Daar gingen we binnen. Ze gaf ons nog een zoen en ging weer naar beneden. Vanuit de kamer konden we papa nog horen praten. Stef en ik hebben misschien nog een uur zitten kletsen en dan vielen we in slaap. Na al die weken op de grond gelegen te hebben of op een kapotte matras. En dan voelt elk bed als een bed dat voor de koning is gemaakt en met dit bed was dat net hetzelfde. Ik heb geslapen als een roosje. Maar aan elke nacht komt een einde, en hier dus ook. Om tien uur werd ik wakker gemaakt door een luid geluid. En in de verte hoorde ik Stef z'n excuses aanbieden. Hij had een fles shampoo laten vallen op de badkamer die op de slaapkamer aansloot. Dit deed me denken aan mijn slaapkamer in het huis van Rob. Goede herinneringen... Na vijf minuten in bed te blijven liggen besefte ik dat alles weer naar het oude zou gaan. Al weet ik niet of ik dat echt wil. Wat als ik papa niet meer kan zien, maar dan nu wel met de gedachte dat hij er wel ergens is? De vraag is of ik dat uithoud. En, eerlijk gezegd. Daar twijfel ik aan. En daarnaast, Stef en ik zijn op een erg korte tijd enorm naar elkaar toegegroeid. Hij voelt als de broer die ik nooit gehad heb. Hij voelde aan als familie, maar hij woont nu niet bepaald in de buurt. De herinnering aan dit alles zal nochtans altijd blijven en het zal mijn persoonlijkheid mee tekenen. Of ik het nu wil of niet. Maar, zo voelt groot worden dus. "Weet je, we gaan naar huis vandaag?" vroeg ik op een mededelende toon. Stef keek op en knikte. Hij zuchtte. "Ja, ik weet het. Ik ga je missen, broertje", zei hij. Op dat moment zette ik me recht in bed en schoof door naar de rand. "Ik zal onze bizarre ontmoeting nooit vergeten", voegde ik er nog aan toe. We moesten eens lachen. Na alle problemen die we gekend hadden, konden we er nu al mee lachen. Als ik Stef zo bekeek, was hij al behoorlijk opgekikkerd. Hij had weer kleur in zijn gezicht. Enkel de littekens van de vuisten die hij had gekregen waren nog behoorlijk zichtbaar. Net als bij mij. "We kunnen proberen contact te houden met elkaar, hé. Als we telefoonnummers en adressen uitwisselen dan komen we er wel", zei ik tegen Stef. Als ik erover nadacht, dan wist ik in m'n binnenste al dat die vriendschap uiteindelijk zou verwateren. Net zoals elke andere vriendschap die ik al had gekend. Het was niet altijd gemakkelijk, maar ja. Het was het proberen waard. Na een pijnlijke stilte, antwoordde Stef toch nog. Hij zei gewoon: "Ja, dat kunnen we doen." Ik stond op en gaf hem een knuffel. Hij bleef gewoon stil staan. "Maak je nu maar klaar, Arno. Ik heb gisteren je vader horen vertellen dat we om één uur vertrekken. Dat is niet zo lang meer", zei ie. Ik knikte en ging naar het stapeltje kleren dat daar op een stoel in de kamer lag. Ik gaf Stef nog een schouderklopje toen ik hem passeerde en ging toen de badkamer binnen. Ik deed de deur dicht en draaide hem voor de zekerheid toch maar in het slot. Ik keek na of het raam wel goed dicht was en of er geen boiler in de badkamer stond, want dat kon wel eens fataal aflopen. In dit geval, zat het goed. Ik deed m'n pyjama uit en plooide hem op. Plotseling schoot er een herinnering van mama in me op. Ze zei altijd:" Plooi je kleren nu eens op als je ze uitdoet. Je bent nog erger als je vader!" Zie je, ik lijk toch op hem. Al van kinds af aan. Ik draaide de kraan open en stapte onder de douche. Het water stond gloeiend heet, zo heet dat m'n huid er rood van begon te zien. De stoom steeg naar het plafond. Ik liet het water over m'n hoofd stromen en sloot m'n ogen. Het was het ideale moment om even tot mezelf te komen. Even alles op een rijtje zetten. Er is zoveel gebeurd in deze laatste periode. Ik had nog steeds geen besef van tijd, want hier in Italië was het voor mij part altijd warm. Alle herinneringen schoten met flitsen door mijn gedachten. De ene veroorzaakte een lach, de andere dan weer een traan. Al bij al voelde het goed om gewoon eens van iets te kunnen genieten. Ik zeepte na een kwartier m'n washandje in en wreef over m'n gezicht. Ik keek regelmatig eens in de spiegel zodat ik kon zien of ik het meeste vuil had weggeschrobd en de meeste wondjes had laten springen. Daarna, de rest. Hier en daar zag ik nog een rode streep van het bloed dat ik had verloren. Ik wist dat als ik zou aankomen in België, dat ik dan weer naar het ziekenhuis zou moeten gaan. Maar, het was het waard. Ondanks alle opgedroogde bloedvlekken en de donkerpaarse blauwe plekken, besloot ik dat het welletjes was geweest en ik draaide de kraan dicht. Ik griste de handdoek van op het kastje en droogde m'n haar af. Daarna m'n gezicht enzoverder. Beetje bij beetje vond ik mezelf weer terug. Daarna stapte ik van onder de douche en ging voor de spiegel staan. Toen ik in de spiegel keek, kraakte er iets in mij. Het enige wat ik zag was een skelet met nog een beetje huid. Geen grammetje vet meer. Niets meer! Ik was vroeger een behoorlijk struis ventje en nu dit! Het was me nog niet eens opgevallen. Ik keek maar snel weg en trok m'n kleren aan. Ik ontgrendelde de deur van de badkamer en zwierde hem open. De slaapkamer was leeg. Ik keek in het rond, maar er was niemand. Een gevoel van adrenaline omvatte mijn hele lichaam. Mijn hoofd werd drie keer zo alert. Toen zwaaide de deur van de badkamer open en stond Stef daar ineens met oma. 'Oef!' dacht ik in mezelf. "Kom je eten, Arno? Haast je, want jullie moeten bijna vertrekken!" zei ze opgewekt. Bijna vertrekken, het was nog drie uur. En ik heb toch geen twee uur gedoucht, hoogstens een half uurtje. Toen ik naar de wekker keek, was het dan toch al vijf voor twaalf. Letterlijk, in dit geval. Ik was de tijd volledig uit het oog verloren en besloot zo snel mogelijk oma achter na te gaan. Ik stormde de trap af en was nog maar net op tijd om oma aan het uiteinde van de trap te kunnen ontwijken. Alleen was dat wel ten koste van m'n hoofd. Ik knalde met m'n stomme kop tegen de leuning bij het 'remmen' en ik moet toegeven. Die sterretjes, die waren er praktisch echt! 'Ja, het zal opvallen dat ik terugkom. Dat ga ik nog even voelen', dacht ik in mezelf. Oma draaide zich om, moest even haar lach inhouden en liep weer door. Al kwam het totaal niet bot over omdat ik de best wel redelijke pijn weglachte. Weglachen, dat is nu echt een specialiteit van mij. Ik volgde oma op een normaal tempo en nam plaats aan de eettafel. "Wel, we hebben geen tijd te verliezen. Er is nog veel te doen voor we vertrekken. Smakelijk, dus!" zei papa. Stef en ik hadden de boodschap goed begrepen en bedankten hem. We namen een stuk brood en smeerden elk drie boterhammen. Het was al behoorlijk lang geleden dat ik zoveel heb gegeten, maar het deed me fysiek wel goed. Binnen de tien minuten was alles op en we besloten om verder te gaan. Koffers hadden we niet, dus dat was al snel opgelost. Enkel de verfijning van ons uiterlijk bleef nog over. Ik ging naar boven en poetste m'n tanden. Daarna kamde ik m'n haar en ging naar de slaapkamer. Ik trok m'n schoenen aan en ging naar beneden. Tegelijkertijd met Stef. En, daar was het moment waarop we hebben zitten wachten. Terug naar huis!

BeroepsgeheimWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu