Hoofdstuk 17

379 24 3
                                    

Alec loopt rustig naar de glazen tuin deuren, waar het geluid vandaan kwam. Hij opent de deur en loopt naar buiten, richting het bos.

Ik voelde een windvlaag achter me doorgaan. Meteen draai ik me om naar achter en ik zie... Helemaal niks. Wat was dat? Was het dan gewoon de tocht?

Alec komt weer binnen lopen en hij zegt dat hij niks gevonden had. "Zullen we even langs gaan bij Alpha Felix?" stelt Adam voor. Ik knik. "Is goed." zegt Alec.

Even later zitten we met zijn drieën in de auto en we rijden door het bos. "Dadelijk komen we bij de grens controle, schrik dus niet als er dadelijk een aantal wolven de weg versperren." zegt Adam als hij even achterom kijkt naar mij. Ik knik naar hem.

Even later staan er inderdaad wolven op de weg. Alec stapt uit en loopt naar de wolven toe. Hij praat even met ze en daarna stapt hij weer de auto in. We rijden verder het bos in totdat onze auto er abrupt mee stopt. "Wat is dit nou weer?" zucht Adam. We stapte allemaal om te kijken wat er aan de hand was. Het vreemde was dat we niets zagen. Op een gegeven moment voelde ik een windvlaag achter me, net zoals ik eerder had gehad vandaag.

Ik draaide me om en ik deinsde achteruit, totdat ik tegen Alec's rug opbotste. Hij draaide zich in een ruk om en toen keek ook hij regelrecht in de ogen van een v-vampier. Hij zag er wit uit en je zag zijn hoektanden ver naar buiten steken. Hij had grijze ogen. Op zijn gezicht stond een grote gemene grijns.

Ook Adam zag de vampier nu en gaf een grom naar hem. Alec liep stapje voor stapje richting hem en hij ging voor mij staan. De vampier zette een stap naar voor en hij zei "Hallo daar, Luna.". Ik zette een stap naar achtere. Wat wil die freak van mij?

"Wat doe jij hier?" vroeg Alec aan de vampier met een kwade blik. "Wat ik hier doe?" vroeg de vampier op een misselijke toon. De vampier richtte zijn blik op mij. "Wat ik wil is de Luna." zei de vampier. Ik keek even angstig naar hem maar ik verplaatste die blik snel voor een emotieloze blik. Ik mocht niet zwak lijken. Alec gromde luid naar hem en hij sprong naar voren om de vampier in zijn nek te bijten maar de vampier werd een zwarte vaag en ineens was hij weg. "Waar is hij?" vroeg ik met een vleugje angst in mijn stem. Ik draai me om en ineens staat daar de vampier nog geen paar centimeter van mij vandaan. Ik wilde snel naar achter lopen maar de vampier pakte mijn beide polsen vast en trok me dichter tegen zich aan. Ik walgde van zijn geur, het rook naar een dood lijk.
Hij snoof aan me. Wa-wat is hij aan het doen?

"De heerlijke geur van weerwolf bloed" zei hij genietend. Ik probeerde me weer terug te trekken maar hij hielt me tegen en siste naar mij met zijn hoektanden naar buiten. Hij begon kwaadaardig te lachen, waarschijnlijk zag hij de angst in zijn ogen. Alec liep op hem af, met de bedoeling om hem nog een keer proberen te bijten. Maar opnieuw was hij er uit genaaid met zijn vampier snelheid. Ik scande snel de omgeving, waar zou hij nu zijn? Maar toen spotte ik hem in de handen van Adam. Adam had zijn handen om zijn nek en hij wilde hem net gaan wurgen. Maar de vampier wrong zich los en hij rende dieper het bos in. Ik ademde nog even diep in en uit om alles te verwerken wat er net gebeurt was. Alec liep naar met toe en sloeg zijn armen om mijn middel. "Gaat het?" vroeg hij bezorgt. "Ja, het gaat." zei ik opgelucht. Gelukkig is het goed afgelopen. Hij gaf me een kus op mijn voorhoofd en hij zei "Gelukkig.".

We liepen weer naar de auto. Adam stapte achter het stuur en hij probeerde de auto op te starten. Ik had gedacht dat het niet zou lukken maar de auto startte gewoon. Waarschijnlijk was het de vampier die er voor zorgde dat de auto stopte.

We begonnen weer te rijden naar het packhouse van Alpha Felix.

The wolf next to meWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu