Het was nacht. We hadden ons vuur gedoofd voordat het donker werd. Hoeveel dagen waren we in de arena? 5? 6? Ik kon het niet meer bijhouden. Zoveel speelde er rond in mijn hoofd, mijn ouders, hoe we in godsnaam deze spelen gingen overleven, dat er minimaal drie van ons dood zouden gaan, ik mijn broer zou verliezen, of hij mij, Grice... Ik probeerde me om te draaien, maar besefte me dan dat ik hoog in een boom zat met touw om mijn middel geknoopt. Ik deelde de brede, dikke tak samen met Tare. Af en toe hoorde ik Tare diep zuchten. Wat zou er door haar hoofd heen gaan nu? Ik realiseerde me dat ik eigenlijk bijna niks van Tare afwist. Hoe was haar leven voor de hongerspelen? Had ze broers of zussen? Ik richtte mijn blik vooruit. In de grote boom voor ons, echter maar twee meter van deze boom vandaan, lagen Grice en Rodge samen op een andere, brede tak. Ik vertrouwde Grice eerlijk gezegd nog steeds niet. Het ene moment is hij hier alleen om mensen te vermoorden, wat eigenlijk ook de bedoeling is, maar hij schijnt het zonder moeite te doen. Het andere moment is hij plotseling een goed persoon, geen verkeerde bedoelingen en wil hij ons alleen maar helpen. Alsof dat geloofwaardig is, maar op een of andere manier lieten we hem toe, liet ik hem toe. Ik kon hem niet zo goed zien vanaf hier. Het was donker en rustig voor de hongerspelen, wat best vreemd was. Er waren niet veel doden meer gevallen, sinds een paar dagen terug. Zou dat niet een probleem horen te zijn? Jordan zou zeggen dat als er iets niet klopt, het wel rust was in de spelen. Hoe dan liet ik zijn gedachte niet toe, ik was zelf toe aan rust en die zal ik krijgen ook. Ik ging rechtop zitten toen ik een geluid hoorde. Wat was dat? Ik voelde mijn hart sneller gaan bonken en ik pakte op dat moment het kleine mes dat naast mij lag, als bescherming, hierbij maakte ik geen geluid en probeerde ik met mijn bevroren lichaam te kijken wat er beneden plaats vond. Mijn ogen gleden van de boom naar beneden, ik probeerde de grond onder mij scherp voor mijn ogen te krijgen, maar het was zo donker dat ik het aan mijn oren moest overlaten. Nog steeds keek ik naar beneden, maar zocht ik naar geluiden die zouden aangeven waar ik naar toe zou moeten kijken. Niks, helemaal niks. Of toch wel? Ik hoorde het geluid van de bosjes onder ons. Wind. Het was de wind, ik had het kunnen weten. Ik kon mezelf wel voor me kop slaan. Ik rolde met mijn ogen en zuchtte kort, dan legde ik het mes weer naast me neer en keek ik kort om mij heen. Het leek wel lichter te worden, of ik begon te wennen aan de donkere nacht. Ik kon Rodge en Grice nu veel beter zien. Ze lagen beiden met hun rug, net als Tare als ik, tegen de boom aan en met hun benen gestrekt naar voren. Ik hoorde Grice een diepe zucht slaan. Grice zag er erg vredig uit wanneer hij sliep. Rustig, niet gevaarlijk, maar vooral kwetsbaar. Wanneer hij wakker is zou je bang voor hem kunnen zijn. Hij was groot en gespierd en kon je met dodelijke blikken aankijken, nu lag hij er bij alsof wat er dan ook gebeurd, hem kon uitschakelen. Zijn linkerhand bewoog, grote handen, grote voeten.. Vergeleken met hem was ik een kabouter.
Ik bekeek zijn gezicht, volle wenkbrauwen, zijn ogen wat puntiger bij het uiteinde. Hij was blank en had licht blond haar, waarvan een schuine, wilde pony zijn voorhoofd deels bedekte. Een 'normale' neus. Niet te spits, niet te krom. Niet de dik, niet te dun, niet te groot, niet te klein... Gewoon perfect. Mijn ogen gleden meer naar beneden, naar zijn mond toe. Zijn lippen waren vol, ook al perfect. Een beetje rood waren ze ook. Van de kou, of van nature? Zijn gezicht was een beetje spits, maar tussen dun en dik in. Zijn wenkbrauwen waren donkerder dan zijn eigen haarkleur, verfde hij zijn haren? Ik keek weer naar zijn oogleden. Plotseling opende hij zijn ogen in een flits. Ik schrokte, maar verstarde door zijn blik. Zijn heldere ogen keken me recht in mijn ogen aan. Een raar gevoel borrelde op in mijn maag. Het leek fijn te voelen, maar het leek ook wel te kriebelen. ik kon het niet plaatsen. Grice keek me nog steeds aan. Was hij heel de nacht wakker geweest? Ik zag zijn strakke gezicht even bewegen, hij haalde zijn wenkbrauwen op. Ik voelde mijn wangen warmer worden. Hij keek me nog steeds met opgetrokken wenkbrauwen aan, maar glimlachte dan naar me. Ik verstarde. Het gevoel in mijn buik kwam terug, was dit wat ze bedoelden met vlinders in de buik hebben? Ik schudde dan mijn gezicht in mijn gedachten, dat kon niet zo zijn, ik kende Grice pas een aantal dagen en daarbij is hij totaal niet te vertrouwen. Ik merkte op dat ik te lang aan het nadenken was, en hierdoor de hele tijd in Grice zijn ogen had gekeken. Vluchtig glimlachte ik naar Grice toe en wende dan snel mijn blik af. Ik probeerde mijn ogen te sluiten en Grice uit mijn gedachte te zetten, maar ik voelde zijn ogen nog in de mijne branden. Ik opende snel mijn ogen, en betrapte hem op het bekijken van mijn gezicht. Wat zou hij nu aan het denken zijn? Ik voelde me een beetje ongemakkelijk, ik had eerst heel lang naar Grice gekeken, toen werd ik betrapt en vervolgens had ik hem nog een tijdje recht in zijn ogen aangestaard. Wat moet hij wel niet van mij denken? Ik sloot mijn ogen weer, na even nog geglimlacht te hebben naar Grice. Ik zag dat het nu echt donker was en ik eindelijk tot rust kon komen. Mijn verbeelding vergrote zich in mijn zwarte beeld.
Ik liep door de Arena, helemaal alleen. In de verte zag ik de Hoorn, hij was groot, opvallend en de zon scheen zo dat ik soms wat lichtflitsen zag, waardoor ik mijn ogen tot spleetjes moest trekken. Ik begon te rennen, over de grote lege vlakte heen. Mijn hard begon sneller te kloppen, ik begon harder te rennen en probeerde dichterbij de Hoorn te komen. Ik was als enige over, naast Grice, wie ik al enige tijd niet meer had gezien. In de verte zag ik hem bij de Hoorn staan. De Hoorn leek wel op een verhoging te staan. Je moest op een grote, metalen 'blok' klimmen om op de verdieping te komen. Achter mij zag ik golven ontstaan uit het zomer groene gras. Ze werden hoger, donkerder. Ik begon nog harder te rennen en te rennen. De Hoorn kwam dichter en dichterbij, maar de golven leken steeds sneller te komen. Ik stond voor de Hoorn, Grice stond op het metalen blok waar de Hoorn op stond. Ik keek naar de hoogte, veel te hoog. Hier kwam ik nooit op. Hopeloos keek ik Grice aan, hij strekte zijn hand uit, die ik aanpakte. Hij trok me omhoog alsof ik niks woog. De golven kletsen tegen het metaal aan, maar kwamen niet hoger. Overal om ons heen was water, geen weg meer om te vluchten. Grice keek me angstig aan. "Dit is het einde," zei hij dan. Ik knikte en voelde tranen bij mij omhoog komen. Zijn grote handen pakte mijn kleine, zachte handen vast. Hij kneep erin, de vlinders in mijn buik begon te vliegen. Ze kriebelden, begonnen sneller te gaan toen Grice me recht in mijn ogen aankeek. Zijn linkerhand gleed naar boven toe via mijn linkerarm, hij lag nu op mijn schouder, maar gleed door naar mijn nek en liet hem vervolgens op mijn wang rusten. "Ik laat je nooit gaan," zei Grice dan. Zijn gezicht kwam dichter bij het mijne, ik hoorde de harde wind en de kletsende golven niet meer, alles leek te verdwijnen. Mijn hart bonsde in mijn keel. Hij sloot zijn ogen, en was nu zo dicht bij dat zijn lippen de mijne raakte. Hij kuste me, kort, maar het leek eeuwen te duren. Zijn beide handen lagen nu op mijn wangen en ik kuste hem terug. Dan liet hij los, ik keek hem meteen aan met mijn blozende wangen. Hij glimlachte naar me en trok me dan naar hem toe. Zijn armen sloegen zich om mij heen, ik sloeg mijn armen om zijn grote lichaam heen. Hier stonden we dan, een van ons wachtend op de dood. Ik liet hem los en keek hem dan met betraande ogen aan, hij veegde wat tranen die over mijn wang rolden weg met zijn linkerduim. "Ik hou van je," zei hij dan ook met betraande ogen. Ik glimlachte door mijn tranen heen. "Ik ook van jou." Ik ging dan op mijn tenen staan en zoende hem dan voor de laatste keer. Zijn lippen waren zacht, smaakten naar zwarte bessen. Ik liet zijn lippen los van de mijne. Hij glimlachte naar me en streelde mijn wang nog kort. "Vaarwel," zei hij dan met een brok in zijn keel. Ik voelde dat hij mijn linkerhand nog beetpakte, dan zette hij een stap achteruit, waardoor ik zijn hand weg voelde glippen. Kort, heel kort zag ik hem nog, maar dan zag ik hem verdwijnen in het woeste, dodelijke water, toen hij zichzelf naar achteren liet vallen.
Een klap.
Een bonk.
Een schot.
En toen was alles voorbij.
JE LEEST
Familie strijd in de 61ste Hongerspelen
FantasyDe jaarlijkse Hongerspelen komen eraan en Hayley Oldwoods moet weer samen met haar oudere broer Rodge meedoen bij de Boete. Hayley heeft minder kans om getrokken te worden dan haar broer. Hij zat er al vaker in vanwege zijn leeftijd en dan zorgt hi...