Familie strijd in de 61ste Hongerspelen

Hoofdstuk 1 - De boomgaarden

Ik veegde het zweet van mijn hoofd af nadat ik het fluitsignaal hoorde. De dag zat er weer op. Met een beetje geluk had ik genoeg geld verdiend voor een heel stuk brood voor mijn familie en hadden we vandaag toch nog goed te eten. Ik zette mijn eind resultaat op het einde neer en ontving mijn geld. Het was niet veel, zo te zien net niet genoeg voor een heel stuk brood. Jammer dan, morgen beter. Als ik er morgen wel ben, spookte het door mijn hoofd. Over een uurtje was de Boete en ik moest me nog klaarmaken. Met een kleine versnelling liep ik naar huis, het zal geen vrolijke dag worden. Ik trok mijn witte jurk aan, net iets te klein. Ik voelde de mouwtjes rond mijn armen klemmen. 'Mam, hoelaat komt Rodge terug?' vroeg ik met angst. Hij kocht illegaal brood als we net te weinig hadden verdiend. Het was dan niet helemaal vers, maar wel eetbaar. 'Als het goed is komt hij zo' zei mijn moeder. Ze heeft een rustgevende stem, dat is erg fijn op deze dagen. Mijn broer kwam binnen gelopen, zo te zien had hij zich al omgekleed. 'We moeten gaan, de Boete begint al over een kwartier.' zei hij schor. Zijn naam zat er vaker in dan die van mij, ik hoop niet dat hij getrokken wordt... Ik stapte in mijn schoentjes met lage hakjes en we verlieten ons huisje. Het was erg klein, maar daar piekerden we niet over. Hier kon zo'n huisje al luxe zijn.