lost 11

114 4 1
                                    

Hij lag op me, ik wachtte op het moment dat hij mijn lichaam zou betreden, op het moment dat hij me handhandig zou laten zien wie de baas was in dit spelletje voor hem, maar ik werd een soort van gered. Er liep een man die iets bijna onverstaanbaars riep maar het klonk als; ‘waar blijf je nou neem haar mee.’ Mij verkrachten was dus niet zijn enige doel, zelfs niet het belangrijkste. Ik zou ontvoerd worden, maar, maar, maar naar waar? Alles was een groot raadsel ik wist niet eens waarom dit gebeurde. Was dit mij voorbestemd? Was dit mijn lot? Net dat moment dat ik denk dat ik gelukkig ben gaat alles stuk, alles ja, werkelijk waar alles. Het deed pijn, niet normaal veel. Ik werd naakt door twee mannen naar een busje gesleept dat een meter of 50 verderop stond. Al leken het er voor mij wel 500 ik was kapot, letterlijk. In het busje werd ik vast gemaakt, niet dat dit nog nodig was gezien ik te slap was om alleen al mezelf te verplaatsen, maar het gebeurde en de bus begon te rijden, naar een plek waarvan ik voorspelde dat die niet erg prettig zou zijn, waarvan ik wist dat ik daar slecht behandeld zou worden. Met die gedachten verloor ik mijn bewustzijn.

Dit was nou al de derde keer dat ik zo’n rare droom had. Nadat ik met Max nog wat had afgesproken was ik gaan slapen, iets wat ik nu niet meer als pleziertje doe. Wakker zijn vond ik leuker, het wakker worden niet dit was meestal op een nare manier. Ik ging weer over op de orde van de dag nadat ik weer zo’n droom had gehad, en zo nu ook.

Vandaag de dag was het 13 maart ’14 de dag voordat ik zou vertrekken naar Amerika. Alles ging sneller dan ik had durven dromen, maar vooral makkelijker. Nina was in de tussentijd al een paar keer naar papa geweest en gelukkig was dit na een aantal keer al helemaal prima. Ik breng haar zo weg, dan nemen we afscheid voor een half jaar. Omdat ik vandaag al zou reizen naar Amsterdam, daar een nacht zou slapen en morgen al heel vroeg met het vliegtuig zou vliegen naar mijn thuis voor een half jaar, Amerika.

‘Mam ik ben klaar!’ Nina stond daar heel stoer met haar koffertje te wachten tot we zouden gaan. ‘Ja schat, we gaan.’ Alle koffers gingen de auto in en we reden naar het huis van Sam.

Ik stond op nadat ik nog even een kopkoffie had gedronken. ‘Ik moet nu echt gaan, anders mis ik mijn trein naar Amsterdam.’ In een ooghoek zag ik Nina zachtjes huilen, ook ik kreeg tranen in mijn ogen. Ik zou haar nu een half jaar niet gaan zien. Dat is niet niks. Zeker niet voor nog zo’n klein meisje.  Ik liep naar haar toe en zei: ‘Ik kom wel weer terug hoor schat, maar mama gaat jou wel heel erg missen.’ Nina keek op en veegde wat tranen weg en zei; ‘Weet ik toch, maar ik ga jou ook heel erg missen mama.’ Met die woorden barste we beide in tranen uit. Sem pakte Nina en troostte haar. Het was goed zo, nog een laatste kus en ik zou echt gaan.

Met dat ik in de auto stapte hoorde ik nog heel voorzichtig en zachtjes; ‘Dag mama, ik hou van jou.’

lostWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu