5 | Koffie

127 8 0
                                    

Even the devil himself does not know where women sharpen their knives.

5 | Koffie

Ik zette me neer aan een tafel met mijn koffie en wachtte op mijn broodje. Ik nam de warme tas in mijn handen en tilde de tas naar mijn lippen en dronk er van.

"Je hebt je boek niet bij je zie ik." Zei een zware stem die ik al eerder die dag gehoord heb.

Ik keek op en zag dat het dezelfde man was van op het vliegtuig, ik zette de tas neer en keek in zijn koude groene ogen.

"Volg je me?" Vroeg ik, hij zette zich neer voor me. Het eerste wat me opviel was dat hij een raar hemd droeg dat hij tot aan zijn ellenbogen opgerold had en tattoos over zijn beide amen had, zijn bovenste kopjes waren opengelaten zodat je zijn borst zag en de tattoos die zijn huid versierde. Ik zag twee zwaluwen onder zijn sleutelbenen en een deel van een vlinder op zijn buik.

"Moet ik daar een rede toe hebben?" Vroeg hij terug. "Nee, ik vind het raar dat we elkaar hier toevallig zien." Zei ik sarcastisch, hij kreeg een kleine lach dat er mysterieus uitzag.

"Ik heb het gevoel dat je iets te verbergen hebt." Hij bleef me in mijn ogen kijken, ik nam mijn koffie. "Dat gevoel is wederzijds." Ik nam nog een paar slokken van de koffie. En weer die mysterieuze lach.

"Uw broodje." Zei een jongen, hij was hooguit 18 met pikzwart haar en bruine ogen. "Dankje." Zei ik en schoof het bord meer naar me toe. "Voor mij hetzelfde maar met een cola." Zei hij, de jongen schreef het op en ging weer weg.

"Harry." Zei hij, ik knikte en nam een hap van het broodje. Hij bleef naar me kijken tot ik doorgeslikt had. "Beth." Zei ik. "Dat is een afkorting." Merkte hij op.

"Ik denk dat we veel gemeen hebben," zijn mond bleef open en hij keek me uitdagend aan. "Beth." Maakte hij zijn zin af.

"Ik weet niet waar je het over hebt." Zei ik en dronk mijn tas leeg, ik zette het neer op de tafel net toen de jongen Harry's bestelling neerzette. Ik keek naar de jongen. "Zou ik nog een koffie verkeerd mogen?" Vroeg ik, "Tuurlijk" zei hij met een lach en ging weer weg.

"Dat weet je best, je hebt de jongen al helemaal rond je vinger gewikkeld zie ik." Hij keek naar de jongen die mijn koffie maakte. "Dat is niet waar. En ik weet echt niet waar je het over hebt." Zei ik en nam nog een hap. "Doen alsof je neus bloed. Oude truc." Zei hij en nam gulzige slokken van de cola.

"Wij mensen herkennen elkaar." Ik keek op in de groene ogen van Harry, ik legde mijn broodje neer. "Ik heb weinig vrouwelijke collega's ontmoet, maar jij bent een van de jongste en knapste." Hij gaf me een knipoog op het einde en ik voelde me bijna gevleid, bijna.

Ik glimlachte naar hem. "Dat Harry, is pas een oude truc." Ik nam mijn broodje en at verder. Zijn glimlach werd wat groter. "Mevrouw." Zei de jongen met het zwarte haar, hij zette de koffie neer en stapte weg.

We aten in stilte onze broodjes op maar ik had eerder gedaan dan hem. Ik nam de tas koffie in mijn handen en keek door het raam. Er liepen mensen heen en weer, auto's reden langs. Het gewoonlijke, maar het was prachtig.

"Wat vind je van Londen?" Vroeg hij, ik keek weg van de oude gebouwen en keek naar hem. "Van wat ik tot nu toe heb gezien vind ik het al mooi." Zei ik en dronk van mijn tas maar hield hem in mijn handen. Zijn bord was leeg en zijn cola half leeg.

Ik dronk mijn tas leeg en zette hem neer op de tafel. Ik stak mijn hand op naar de jongen en hij kwam naar onze tafel. "De rekening graag." Hij knikte. "Beide?" Hij keek naar Harry die enkel knikte. De jongen ging weer weg.

"Het gesprek begon net interessant te worden. Ik wou je rondleiden door Londen." Hij had een mysterieuze gloed in zijn ogen toen hij zei dat hij me wou rondleiden.

"Ik moet iemand vinden." Zei ik, hij wreef over zijn kin en keek naar buiten. "Ik kan je helpen." Hij keek weer naar me. "Wat is de naam." Hij leunde wat meer naar voren en ruste zijn ellenbogen op de tafel.

"Edward." Zei ik, zijn gezicht werd strak. "Is hij je.." Hij dacht na. "klant?" Vroeg hij, ik schudde mijn hoofd. "Neen, ik heb gehoord dat ik veel van hem kon leren." Loog ik, hij knikte.

"Ik denk dat we aan dezelfde Edward denken. Bruin haar en bruine ogen?" Ik knikte als antwoord. "Hij zit bij The Rippers." Zei ik en zette me rechter, hij likte zijn lippen. "Ik kan je helpen." Zei hij. De jongen met het zwarte haar kwam naar ons toe waardoor Harry stopte met praten en bleef naar me kijken.

De jongen gaf ons onze rekeningen en we betaalde. Ik stond op en deed mij jas aan terwijl hij gewoon opstond en zijn stoel onder tafel schoof. Hij hield de deur voor me open en ik stapte naar buiten, ik was blij dat ik een pul aan had gedaan voor ik vertrok.

"Dus?" Vroeg hij, ik stak mijn handen in de zakken van mijn leren jas en bleef voor me kijken. "Hoe weet ik dat ik je kan vertrouwen? We zijn namelijk hetzelfde soort." Zei ik waardoor hij begon te lachen. Ik keek naar hem en zag een kuiltje in zijn wang, hij keek naar me en had nog steeds een lach en nu zag ik ook het kuiltje in zijn andere wang.

Hij stopte met stappen waardoor ik ook stopte en me naar hem toe draaide, hij nam een stap dichter bij en duwde me met mijn rug tegen de muur aan die achter mij stond. Uit reflex nam ik een mes en opende het en hield het tegen zijn buik aan. Hij gaf me een schuine glimlach en leunde meer naar voren met zijn gezicht.

"Ik kon je al lang vermoord hebben als ik dat wou." Zei hij zodat ik het alleen kon horen, ik gaf hem dezelfde arrogante lach en keek tussen ons waar ik het mes had. Hij volgde mijn blik, ik keek weer naar hem en hij keek weer naar mij.

"Ik ook." Zei ik op dezelfde toon zodat alleen hij me verstond, ik klikte het mes dicht en stak hem in mijn jaszak. Hij nam een stap naar achteren en ik duwde me van de muur af. We stapte weer verder naast elkaar. Mensen leken niet echt iets gemerkt te hebben want niemand bleef lang naar ons kijken.

"Ga je nog vertellen waar ik hem kan vinden of moet ik iemand anders zoeken?" Vroeg ik na 5 minuten in stilte gestapt te hebben. "Ongeduldig?" Vroeg hij, ik kon zien dat hij zijn lach probeerde te verbergen. Hij probeerde me waarschijnlijk uit te lokken.

"Ik heb nog andere dingen te toen die interessanter zijn dan met jou een stukje te gaan wandelen." Antwoorde ik. "Zoals?" Vroeg hij. "Gaat je niks aan." Zei ik en stak mijn handen in mijn jaszakken.

Hij stopte met stappen en draaide zich naar me toe en ik deed hetzelfde. "Kom morgen naar de Irish pub aan de overkant van de broodjeszaak. Hij draagt regelmatig zo'n een dot." Zei hij waardoor ik fronste.

"Zie je die man daar?" Vroeg ik terwijl ik naar een man wees die met zijn hond aan het wandelen was. "Ja?" Hij klonk verward. "Hij heeft ook een dot net zoals bijna elke man want blijkbaar is het in de mode." Zei ik en rolde mijn ogen, de jongen zijn kanten waren geschoren en het middelste deel was langer en in een soort dot gewrongen. Ik heb het nooit mooi gevonden. "Hij scheert de kanten niet." Zei hij. "Je zal hem wel vinden, ik moet gaan. Ik zie je wel Elizabeth." Zei hij en stapte een steegje in.

_________

Hey, leuk dat je mijn verhaal leest :) hopelijk vind je het al een goed begin x

EdwardWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu