Kans?

643 34 1
                                    

Als Austin, Randy en ik zonder Rose de slaapzaal binnenkomen, zegt Molly: 'Hoe gaat het met Rose?' Ze zegt het poeslief, maar ze grijnst erbij. Ze weet zelf ook wel dat het niet goed gaat met Rose, omdat ze een nachtje moet blijven op de ziekenzaal. Ik negeer haar en ga op mijn bed zitten. 'Hé, ik vroeg je wat.' Als ze voor me gaat staan, negeer ik haar nog steeds. 'De volgende keer ben jij aan de beurt,' zegt ze grijnzend. 'En dan zul je er nog slechter aan toe zijn.'

Ik kan niet tegen haar dreigement, omdat ik weet dat ze het echt meent. En ik weet dat ze me echt helemaal in elkaar kan slaan. Zo erg dat ik nauwelijks meer kan lopen. 'Ik hoop dat ik morgen tegen jou moet.' Molly grijnst nog steeds en loopt dan weer naar haar eigen bed. 'Jij denkt dat je helemaal geweldig bent, hè?' zegt Austin. 'Maar weet je, als ik een keer tegen jou moet, dan ga je er echt aan.'

Ik ben blij dat Austin het voor me opneemt. Of hij doet het niet echt voor mij, maar gewoon omdat hij Molly zat is, of hij doet het wel echt voor mij. Ik denk half om half dat het laatste waar is. Ik kan zien dat Molly een beetje schrikt, maar dan herpakt ze zichzelf. 'Oh ja?' zegt ze, alweer grijnzend. 'Wat leuk om dat van iemand te horen die verloren heeft.' Ze doelt op gisteren, toen Austin verloren had van Peter. Ik kijk even naar Peter, die met zijn rug tegen de muur leunt en ons met een neutrale blik bekijkt.

En dan graaf ik misschien wel mijn eigen graf door tegen Molly te zeggen: 'Maar Peter kan heel goed vechten, dus dat is logisch.' Ik zeg niet dat zij niet goed kan vechten, maar dat blijkt wel een beetje uit wat ik zeg. Ze kijkt me boos aan. 'Heb je jezelf wel eens zien vechten? Het ziet er echt niet uit.' Drew begint samen met Molly te lachen en ik voel me gekwetst. Het is wel waar wat ze zegt en ik kan er niks meer tegenin brengen, waardoor ze me tevreden aankijkt.

'Jij zou niet moeten lachen,' zegt Randy tegen Drew. 'Dat deed je ook niet toen ik je in elkaar sloeg.' Drew kijkt hem boos aan. 'Laat nou maar,' zeg ik tegen Austin en Randy. Het doet me goed dat ze het voor me opnemen. Dat had ik ook gedaan voor hen, als het echt verschil zou kunnen maken. Molly en ik kijken elkaar een tijdje aan. Op de een of andere manier kan ik mijn blik maar niet loskrijgen van die van haar. Ze kijkt me zo hatelijk aan dat ik bijna als verlamd terug blijf kijken.

Maar dan helpt Austin me door voor me te gaan staan zodat ik haar niet meer aankijk. 'Zullen we maar gaan slapen?' Ik knik en ga in bed liggen met mijn kleren aan, omdat ik het ijskoud heb. Die blik waarmee Molly mee aankeek.. als ik tegen haar moet, dan ben ik er geweest.

'Rose!' Ik vrolijk iets op als ik Rose de kantine in zie lopen. Ze ziet er al zichtbaar beter uit. Ze schuift aan tafel bij Austin, Randy en mij. 'Goedemorgen,' zegt ze dan glimlachend. Zo te zien vóelt ze zich ook beter, gelukkig maar. 'Zijn we al klaar voor een nieuwe dag?' vraagt ze dan. Ze houdt haar beker omhoog en zegt: 'Op dat we vandaag maar weer goed in elkaar geslagen gaan worden!' Ik lach een beetje hysterisch en houd mijn beker tegen die van haar.

We proberen er grapjes over te maken, maar ik weet wel zeker dat ik vandaag in elkaar geslagen wordt. Na Myra is er niemand meer van wie ik zou kunnen winnen. Ik vraag me af hoe ik er na vanmiddag uit zou komen te zien.

Rose is niet ingedeeld om te vechten vandaag, maar ik kan niet blij voor haar zijn. Want mijn grootste nachtmerrie komt zometeen uit. Ik zie mijn naam naast die van Molly staan, wat betekent dat ik tegen haar moet vechten. Meteen begint mijn lichaam te trillen. 'Nee, hè!' Rose geeft me een knuffel. 'Ik weet hoe je je voelt. En hoe je je zal voelen straks..' Ik zucht. 'Dit helpt niet echt!'

'Je hebt gelijk, sorry!' Ik zucht nog een keer. Molly kijkt grijnzend naar me. Ik kan alleen maar hopen dat het snel voorbij is. Omdat ik geen medelevende blikken van Rose wil, ga ik in mijn eentje op de grond tegen de muur zitten. Austin en Randy blijven wel bij haar zitten. Ik blijf maar herhalen wat Peter tegen me zei. Dat ik geen medelijden moet hebben met mijn tegenstander. En ik heb ook geen medelijden met Molly,dat zou ik nooit hebben. En als ik kwaad ben, kan ik hard slaan. Maar kan ik haar aan?

Nee, ik kan haar niet aan. Ik wil het liefst mijn hoofd in het zand steken en niemand meer zien, maar dan lijk ik zwak. Wat ik ook ben, maar ja. 'Hé.' Ondertussen herken ik de stem van Peter wel. Ik kijk naar hem op en zucht. 'Wat kom je doen?' vraag ik geïrriteerd. 'Ik weet dat ik geen partij ben voor Molly, dus als je hier speciaal naartoe bent gekomen om me dat duidelijk te maken, kun je meteen weer gaan. Want dat is niet nodig.' Ik verwacht een gemene opmerking, maar hij zakt door zijn knieën en gaat op zijn hurken zitten.

'Molly valt altijd als eerste aan door uit te halen naar je gezicht. Als je haar arm wegslaat, zal ze verrast zijn en uit balans raken. Dan probeert ze je een trap te geven in je zij. Als je haar ontwijkt en haar in haar buik slaat, heb je misschien nog kans.' Ik kijk hem ongelovig aan. Wat? Waarom vertelt hij me Molly's vechttechniek?! Dit is vast een truc. 'Waarom-' 'Doe het nou maar gewoon,' onderbreekt hij me. 'Als je een kans wilt hebben om te winnen tenminste.' Dan gaat hij weer rechtop staan en loopt hij weg.

Ik kijk hem verbluft na. Waarom zou hij me Molly's vechttechniek vertellen? Dat slaat toch nergens op? In gedachte speel ik het scenario af. Hij heeft wel gelijk. Haar andere gevechten is ze ook precies zo begonnen hoe hij dat zei. Misschien heb ik echt een kans.

Maar ik ben al mijn zelfvertrouwen in één klap kwijt als ik de ring inloop en tegenover Molly ga staan. 'Je bruine haar staat mooi bij de blauwe ogen die je straks gaat krijgen,' zegt ze vals. Als ik praatjes had gehad, zou ik zeggen dat de groene ogen die ik heb daar beter bij passen, maar ik ben zo gestrest dat ik niks kan zeggen. Moet ik Peter vertrouwen en doen wat hij gezegd heeft?

Veel tijd om na te denken heb ik niet, want ik voel dat het gevecht begint. En ik besluit Peter te vertrouwen. En inderdaad, Molly haalt uit naar mijn gezicht. Ik sla haar arm weg en ze kijkt verbijsterd. Dan brengt ze haar voet omhoog om me in mijn zij te trappen en ik ontwijk haar. Dan sla ik haar in haar buik. 'Hoe?!' roept ze gefrustreerd en duidelijk in de war gebracht.

Ik zie vanuit mijn ooghoek een paar aspiranten geïnteresseerd naar me kijken. Ook Four kijkt zo. Ik glimlach even en geef haar een trap in haar zij. Nu wordt ze boos en ze geeft me een harde klap tegen mijn wang. Ik word duizelig als ze ook mijn andere wang slaat. Dan brengt ze haar voet omhoog en geeft ze me een trap in mijn zij. Ik raak haar hard met mijn vuist op haar neus, die spontaan begint te bloeden.

Molly schreeuwt gefrustreerd en geeft me weer een trap in mijn zij. Dan trapt ze tegen mijn scheenbeen aan, zodat die in elkaar zakt. Ze geeft me een trap in mijn buik en ik val achterover op mijn rug. Ik hap naar adem en probeer overeind te komen, maar dan geeft ze me een trap tegen mijn hoofd. Ik val weer achterover en ik krijg even geen adem meer. Als ik opkijk, zie ik alles draaien door de trap tegen mijn hoofd.

Als ik met veel pijn en moeite overeind probeer te komen, trapt ze me keihard in mijn rug, zodat ik op mijn buik val. Voordat ik overeind kan komen, geeft ze me een paar trappen in mijn zij. Plotseling voel ik daar een scherpe pijn. Als ze me in mijn buik trapt, heb ik het gevoel dat al mijn organen samengedrukt worden. Ik hap hopeloos naar adem en Molly begint te lachen. Ze blijft me in mijn buik trappen en ik besef dat ik niet meer overeind kan komen. Dat ik zal verliezen.

Heel even probeer ik nog te vechten, maar dan voel ik dat mijn lichaam het op begint te geven. Uiteindelijk kan ik niks meer doen dan mijn handen voor mijn gezicht slaan en die te beschermen. Dat is niet echt nodig, aangezien ze maar tegen mijn romp blijft trappen, maar dat is het enige dat ik nog kan doen. Terwijl ik bij elke trap steeds meer pijn begin te voelen, voel ik mezelf langzaam wegzakken. Waarom raak ik niet bewusteloos?!

'Stoppen!' hoor ik Four roepen. Maar Molly stopt niet, ze gaat gewoon door. Dan, als ik in elkaar gedoken lig en denk dat ze eindelijk opgehouden is, geeft ze me nog een trap tegen mijn hoofd.

Ik zie mijn ouders voor me, die me teleurgesteld aankijken omdat ik overgestapt ben naar Onverschrokkenheid.

En dan gaat het licht uit.

Divergent: Becoming DauntlessWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu