Bezoekdag en de ranglijst

699 33 2
                                    

'Beste aspiranten!' roept Eric als hij de slaapzaal binnenkomt. 'Vandaag is het bezoekdag. Dat betekent dat jullie je familie kunnen zien, als ze op komen dagen.' Hij grijnst even. 'Vanavond, voor het eten, zullen we de ranglijst bekend maken. Morgenochtend zullen de onderste drie Onverschrokkenheid moeten verlaten.' Ik kan de spanning in de slaapzaal voelen. Ik maak me niet zo druk om de ranglijst, maar wel om bezoekdag.. 'Denk eraan: factie boven bloed.' Met die woorden verlaat Eric de slaapzaal.

'Denken jullie dat jullie ouders komen?' vraagt Rose twijfelend. 'Ik weet het niet,' geef ik eerlijk toe. Ik denk het niet, aangezien ik ze in de steek gelaten heb voor een factie die ze maar niks vinden, en dat is nog zacht uitgedrukt. 'Die van mij komen sowieso,' zegt Austin. 'Dat weet ik zeker.' Ik zou willen dat ik zeker wist dat mijn ouders zouden komen. 'Die van mij ook,' zegt Randy. Rose kijkt hoopvol en dan besef ik dat ik de enige ben wiens ouders waarschijnlijk niet zullen komen. Van ons vieren tenminste.

'Daar zijn ze!' Austin staat blij op en loopt meteen naar de andere kant van de zaal. Nu zitten alleen Rose en ik er nog, aangezien Randy's ouders er al een tijdje zijn. Ik kijk hoe Austin zijn ouders en broer omhelst. Zijn moeder is klein en dun, terwijl Austin zelf groot en breed gebouwd is. Ik glimlach even om het verschil. Hij lijkt echt op zijn vader. Ik kijk de zaal rond en zie Peter, Molly en Drew tegen de muur staan. Molly en Drew kijken zoekend om zich heen, maar Peter.. kijkt al naar mij nog voordat ik naar hem kijk.

Ik voel een kleine schok als hij naar me glimlacht. Ik glimlach terug en kijk snel weg. Ik voel me heel raar na gisteravond. Elke keer als ik aan Peter denk of naar hem kijk, zie ik gisteravond weer voor me. Ik voel weer hoe dichtbij hij stond en mijn tatoeage begint weer te tintelen. Rose springt ineens blij op en roept: 'Ze zijn er!' Ik sta ook op en glimlach naar haar. 'Wat fijn voor je!' Ik geef haar een knuffel. 'Zijn die van jou er al?' Ik schud mijn hoofd. 'Nee, maar het maakt niet uit. Ga maar.'

Ze lijkt te twijfelen, maar uiteindelijk pakt ze mijn hand vast en trekt ze me mee naar haar ouders. Nadat ze elkaar omhelst hebben, zegt ze: 'Mam, pap, dit is Abby! Mijn vriendin.' Ik glimlach naar haar ouders en stel me netjes voor. Ik kijk even om me heen en zie dan dat Peter tegenover een man en een vrouw staat, waarschijnlijk zijn ouders. We praten een tijdje, maar daarna zeg ik: 'Ik ga weer naar de slaapzaal, oké?' Rose kijkt me vragend aan. 'Maar je ouders dan?' Ik haal mijn schouders op. 'Ze komen toch niet.' Rose kijkt me medelevend aan, maar dat trek ik nu echt even niet.

Als ik de slaapzaal inkom, kijk ik verbaasd op naar Peter. 'Wat doe jij hier?' zeg ik. Hij grijnst, maar zijn ogen doen niet mee. 'Ik verwachtte toch wel iets meer blijheid.' Ik ga naast hem zitten op zijn bed en zeg: 'Sorry, maar ik had je hier gewoon niet verwacht. Ik dacht dat je bij je ouders was.' Bij het woord "ouders" kijkt hij geïrriteerd. 'Nee, ik hoef ze niet te spreken.' Ik wil verder vragen, maar iets zegt me dat ik dat niet moet doen.

'Jij die van jou ook niet?' Ik haal mijn schouders op. 'Ze komen niet.' Ik weet zeker dat ze niet komen. Peter's geïrriteerde blik maakt plaats voor begrip. Hij slaat zijn arm losjes om me heen en zegt: 'Weet je wat wij gaan doen? We gaan even iets luchtigs doen.' Ik kijk hem vragend aan, maar hij staat op, pakt mijn hand vast en trekt me van het bed af. 'Kom mee.' Ik loop met hem mee, maar ik vraag: 'Waarheen?' Hij glimlacht. 'Naar de Kolk.'

De Kolk is haast verlaten. Peter besteld een fles van iets waarvan ik niet weet wat het is. Hij pakt de fles en twee glazen aan en we gaan ergens zitten. 'We gaan alle shit eens lekker vergeten.' Hij legt de glazen op tafel neer en schenkt het spul erin. In mijn glas doet hij een héél klein beetje en in die van hem veel meer. 'Waarom krijg ik bijna niks en jij bijna een vol glas?' vraag ik grijnzend. Hij grijnst ook. 'Omdat dit wel even iets sterker is dan het gemiddelde drinken dat jij drinkt.'

'Oh, het is alcohol,' zeg ik. Ik had het ook kunnen ruiken denk ik. Of eigenlijk niet, want ik heb nog nooit alcohol gedronken. 'Ja, is dat een probleem? Want dan moet je het eerlijk zeggen hoor.' Peter ziet er op het eerste gezicht uit als iemand die je keihard uit zou lachen als je ja zegt, maar ik weet dat het hem echt niks uitmaakt als ik dat zeg. 'Nee,' zeg ik.

Divergent: Becoming DauntlessWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu