Hoofdstuk 13

568 49 4
                                    

In de eetzaal wenkte Milo mij.
Ik pakte snel wat eten en daarna ging ik bij hem zitten.
“Vertel waar wilde jij mij over spreken?”, vroeg ik hem.
“ Wij zitten in het zelfde schuitje”, zei Milo.
“Wat bedoel jij?”, vroeg ik niet begrijpend.
“Jij en jouw mentor en ik en Anna”, zei Milo.
“Onmogelijk bedoel jij?”, vroeg ik hem.
Milo knikte.

“Hoe weet jij van dat andere zeg maar”, vroeg ik lichtelijk verbaasd.
“Hij heeft het mij verteld. Hij moest zijn ei even kwijt”, zei Milo.
“ Ik snap dat hij er met iemand over moet praten. Wat ga jij met Anna doen?”, vroeg ik hem.
“Zo lang zij op school zit en ik hier aanwezig ben is er niks aan de hand.  Wat ik daarna gebeurd,  weet ik het niet”, zei hij een beetje verslagen.
“Mag zij niet met iemand zoals jij samen zijn?”, vroeg ik hem.
“Liever niet.”
“ Haar vader is wel een redelijk vent hoor.”
“ Hij koppelt haar aan ander mannen”, zei Milo.
“Dat vind zij niet leuk?”, vroeg ik.
“Nee.”
“Jullie vinden elkaar leuk?”, vroeg ik nog één keer ter verduidelijking.
“Ik denk het wel.”
“Als zij voor jou gaat, laat jij jou dan niet weg jagen door haar vader?”, vroeg ik bloed serieus aan Milo. “Nee ik vind haar echt heel erg leuk.”
“Ik zal met haar praten voor jou.”
“Dank je wel.”  

Milo keek mij met een big smile aan.
“Nu gaan wij het even over jou hebben”, zei Milo.
“Dat is niet nodig.”
“Oh zeker wel.”
“Nee ik blijf bij mijn standpunt.”
“Dus jij laat een kans op geluk weg slippen?”, vroeg hij verbaasd.
“Als de omstandigheden anders waren was er niks aan de hand geweest. Maar deze situatie waar wij in zitten maakt het onmogelijk”, zei ik.
“Dat is niet helemaal waar”, zei Milo.
“ Ben jij verliefd op hem?”
“Ontkennen heeft geen zin meer ben ik bang. Dus ja dat ben ik.”
“Jullie gaan zaterdag op pad toch?”
“ Dat klopt.”
“ Luister naar wat hij jou te zeggen heeft.  Ik vind dat jij hem een kans moet geven. Ik vind jullie echt ontzettend goed bij elkaar passen”, zei Milo.
Ik keek bedenkelijk.

“Hij is echt hotel de botel van jou. Jullie botsing heeft heel wat te weeg gebracht”, zei hij met een glimlach.
“Zeg dat wel.”

Terwijl wij naar de les liepen werd er omgeroepen dat de les vervielen.
Dat hield in dat wij tot het avond eten vrij waren.

“Ik ga even naar Anna”, zei ik tegen Milo en Ilisa.
Zij knikten en gingen met mij mee.
Bij haar kamer liet ik Milo op de gang wachten tot wij gesproken hadden met haar.

Anna zag er een stuk beter uit als een paar dagen geleden.
“Hoe gaat het met jou?”, vroeg ik haar.
“ Het gaat steeds beter. Maandag word ik ontslagen, ik wil dan gelijk weer gaan beginnen met trainen”, zei Anna.
“Dat is goed maar dan doen wij rustig aan”, zei ik tegen haar.
“Daar kan ik wel mee leven.”

“Nu gaan wij het over leuke dingen hebben”, zei Ilisa.
“ Oh vertel” , zei Anna.
“Milo”, zei ik lachend.

“Wat is er met Milo?”, vroeg Anna blozend.
“Vind jij hem leuk?”, vroeg Ilisa.
“ Misschien”, zei Anna.
“Hij is wel verliefd op jou”, zei Ilisa.
“Echt?”, vroeg zij super verbaasd.
Haar ogen werden groot en haar wangen roder.
“Ja het is echt waar. Ik heb net met hem gesproken erover”, zei ik tegen Anna.
“Oké ik vind hem ook echt leuk”, zei Anna giebelend.
“Waarom zijn jullie dan nog niet samen officieel?”, vroeg Ilisa.
“Ik weet het niet”, zei Anna onzeker.
“Ik haal hem wel even”, zei ik tegen hun.

Ik vond Milo natuurlijk bij Mace bij de ingang van de medische dienst.
“Heren sorry dat ik stoor, maar mag ik Milo even lenen?”, vroeg ik hun.
“Ga jou gang”, zei Mace.
“Dank je wel.”
“Trouwens heb jij zo tijd voor jou bijles want jouw lessen gaan niet door toch?”, vroeg Mace.
“Ja heb ik. Anders ga jij even mee dan wacht jij even op de gang. Ik heb maar vijf minuten nodig met Milo.”
“Dat is goed.”

wolvenacademie, on holdWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu