23

1.7K 123 10
                                    

Gulzig dronk ik van het flesje water, zelfs in midden September is het bloedheet in Marokko.

Inmiddels sloeg de klok 3 uur s'middags aan. Uit mijn koffer haalde ik een zwarte Nike short en trok een witte Nike shirt aan, voor vandaag liet ik mijn haar zoals het was en pakte mijn portemonnee.

Voor ik vertrok pakte ik mijn telefoon en trok een paar Adidas slippers, en vertrok naar de auto. Onderweg naar de boulevard kreeg ik vele meldingen binnen, zuchtend pakte ik mijn telefoon op en schrok van wat ik allemaal zag.

Meer dan 40 keren ben ik gebeld door de moeder van Doua, Reda en Adam. Een koude rilling zorgde ervoor dat ik tot het besef kwam dat ik nog aan het rijden was.

Zo snel als het kon parkeerde ik bij de Marjane en probeerde de moeder van Doua te bereiken.
Na enkele keren nam ze op, ik hoorde haar hysterisch janken en snikken.

"Galtou! Galtou wat is er aan de hand!" Riep ik door de telefoon heen. "Doua, Naoufal! Ze is weg, ze is meegenomen door haar vader! Help mij alsjeblieft! Politie wil niks doen, omdat het haar vader is etc." Riep ze huilend. Boos sloeg ik op de stuur.

Voor problemen kun je niet wegrennen.

"Waar zijn ze, heeft hij je iets gezegd?" Vroeg ik rustig, als ik nu zou schreeuwen zou galtou zo een hartstilstand kunnen hebben. "Hij belde mijn zonen, en die zijn nu hier bij mij. Hij heeft haar weggegeven aan de zoon van zijn vriend, die zijn naar Marokko gegaan! Ik weet niet waar!" Riep ze.

"Wie is dit?" Vroeg een zware mannenstem. "Wie ben jij? Wat doe jij met mijn tante haar telefoon?" Riep ik boos, niet wetend dat het 1 van haar zonen was. "Naoufal het is mijn zoon, hij heeft meer informatie!" Zei ze.

"Waar in Marokko zijn ze gegaan? Vertel alles in details, ik bevind me nu in Marokko!" Riep ik en haalde een RedBull uit de bekerhouder, en haalde een sigaret uit mijn nektas.

"Met Nasserdine, mijn broertje van 20, hebben we Doua kunnen bereiken. We konden haar maar ongeveer 1 minuut spreken voor die jongen haar telefoon afpakte. Ze zei dat ze in Tanger was, in een wijk bij de treinstation van Mghogha. Het huis waar ze zich in bevind zit op een berg. Het stinkt er naar koeien, en armoede heerst er, daar kun je de wijk aan herkennen, meer kon ze niet vertellen." Vertelde hij, terwijl ik alles in notities opsloeg.

"We moeten met een goeie plan komen, ik kan niet zonder plan opeens die huis binnenstormen, we kennen die jongen helemaal niet, en ze heeft niet wens verteld wat voor huis!" Riep ik gefrustreerd. "Ik en mijn broertje komen morgen middag aan in Tanger, we komen je dan helpen. 1 ding wil ik wel nu weten, hoe weet ik of je te vertrouwen bent?" Vroeg hij.

"Waarom denk je dat je moeder mij heeft gebeld? Je hebt je antwoord nu." Antwoordde ik nonchalant en nam een diepe hijs van mijn sigaret. "Hoe ken je mijn zusje en moeder?" Vroeg hij weer. "Je zusje ken ik van school en zo ken ik je ma, ik ben een goeie vriend van je zus." Zei ik.

Hij was er nog steeds niet gerust op, dat kon ik horen. "Broer, geloof mij nou maar. Ik heb nooit verkeerde bijbedoelingen bij je zusje gehad, en je kunt me vertrouwen. Mohiem ik ga nu een rondje rijden in die wijk, misschien dat ik ergens achter kom. Ik haal jou en je broertje morgen op, dan verblijven jullie bij mij thuis." Zei ik "Is aardig van je maar we verblijven wel in een hotel, is geen probleem." Zei de broer van Doua.

Na hem te hebben overgehaald bij mij te overblijven, nam ik afscheid en hing ik op.

Daar ging mijn welverdiende 'vakantie'.

La vérité - De waarheidWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu