hoofdstuk 13 - Collin

298 18 16
                                    

De volgende ochtend tijdens het krakkemikkige ontbijt vertelden Halt en Pauline wat ze in de kamer hadden ontdekt.

Halt begon te vertellen: ‘Ik heb aan de spullen in de Koninklijke woonkamer van Sean, waar de overval hoogstwaarschijnlijk is gepleegd een aantal aanwijzingen gevonden. Uit deze aanwijzingen heb ik een aantal dingen kunnen concluderen. We weten bijna zeker dat de koning is ontvoerd. Ik heb nog geen idee wie, maar daar zullen we hopelijk snel genoeg achter komen, omdat wij naar Collin gaan. Hij was de oude leider van de diplomatieke dienst en tevens een oude vriend van mij. Hij weet misschien meer van wat er allemaal gebeurd is. Hij woont hier vlak bij, net buiten de stad. Daar gaan we vandaag dus heen. Met wij bedoel ik Pauline en ik, jullie daarentegen blijven hier. Maar jullie mogen zelf de stad gaan verkennen, als jullie dat willen. De enige voorwaarde is dat jullie, als jullie de rest van de groep zien, de rest naar het kasteel brengen. Ik wil ook geen doden of gewonden, niet aan onze kant en ook niet aan de kant van jullie tegenstanders. Jullie kosten, die jullie in de stad zullen maken, worden niet vergoed. Wij blijven vanavond daar slapen, maar komen morgenochtend weer naar hier. Zijn er nog vragen?’ Het werd doodstil in de kamer. Halt keek toen vragend naar Pauline, maar die haalde enkel haar schouders op.

Na het ontbijt, vertrokken Halt en Pauline meteen naar het huis van Collin. Natuurlijk nadat Halt, de vrouw van de diplomatieke dienst de sleutel had gegeven.

Ze reden over de brede weg, die richting het zuiden liep. Ze moesten overal stapvoets rijden, want er waren overal mensen op de weg. Voetgangers, kinderen die aan het spelen waren, kooplieden met volgeladen wagens en eenzame reizigers. Nergens was het stil in de stad, dat kon je ook niet verwachten in zo’n drukke stad. Al helemaal niet als je bedenkt dat er vandaag ook nog markt was. Maar ze hoefden tenminste niet door allemaal smalle steegjes, waar het heel erg stonk.

Opgegeven moment gingen ze door de zuiderpoort van de stad. Halt zag daar meteen al het huis van Collin liggen. Het was een enorm verschil, als je het vergeleek met wat er in de stad was. In de stad was het druk en lawaaiig, terwijl vlak buiten de poort was alleen een weg en wat kleine boerderijtjes, die aan de weg lagen.

Halt stapte van zijn paard af en liep naar de voordeur en klopte op de deur. Collin deed open. Hij vroeg boos: ‘Wie denk je wel, dat je bent? Om het oude hoofd van de diplomatieke dienst op zijn oude dag te storen. Keer je om en verdwijn uit mijn ogen, vreemdeling.’ ‘Dat laatste was ik niet van plan, Collin. Ik denk dat ik Halt O’Carrick ben.’ Collin keek hem raar aan en schreeuwde: ‘DAT KAN NIET! HALT IS ALLANG DOOD!’ ‘Blijkbaar toch niet. Zoals je ziet.’ ‘O, kun je dat dan bewijzen?’ ‘Ja, toevallig wel.’ ‘Weet je dan ook de oude code, die Halt en ik ooit hebben afgesproken?’ ‘Natuurlijk: Bij wijze van alle winden samen, zullen wij nooit uitelkaar worden geblazen.’

Collin knipperde met zijn ogen en er kwam een grijns op zijn gezicht. ‘Halt, vriend, ik heb je zolang niet gezien. Waarom ben je hier nu? Waar ben je al die tijd geweest en waarom heb je nooit iets tegen mij gezegd? Hoe kan het dat je nog leeft en wie is die beeldschone dame aan je zijde? Treed binnen in mijn huis!’

‘Laat ik bij het begin beginnen: Je weet dat mijn tweeling broer Ferris meerdere keren heeft geprobeerd om mij te vermoorden. Ik ben toen uit angst naar Araluen gevlucht. Daar ontmoette ik Crowley, dat was een grijze jager. Het bleek dat diezelfde jager, die mij getraind had ook Crowley had opgeleid. Ik raakte met Crowley bevriend. Ik ben toen dankzij hem ook een grijze jager geworden. Ik heb toen samen met hem een grote revolutie bedacht binnen het korps der grijze jagers. Hierdoor werd Crowley het hoofd van de grijze jagers en ik was toen degene net onder hem. Ik heb in mijn post als hoog aanziende grijze jager in twee oorlogen gevoerd, verder heb ik ook de misdaad bestrijd in mijn stukje van Araluen. Iedere grijze jager krijgt als hij is afgestudeerd een eigen stuk land, waar hij de hoogste in de rang is. Zelfs hoger dan de baron. Hij moet daar misdaad bestrijden. Verder ben ik ook op diplomatieke missies geweest.’

De grijze jager  - blauw bloedWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu