Hoofdstuk 5

591 34 0
                                    

Serena

Een druk op mijn hart, alsof er iets zwaars op ligt. Het steekt. Een drukkende, stekende pijn. De pijn houdt een tijdje aan. Als het eenmaal afzwakt, voel ik het bijzijn van iemand. Ik verlang ernaar om diegene vast te pakken en uit te huilen. Ik wil me dicht tegen die persoon aandrukken en al mijn verdriet eruit gooien. Zo probeer ik omhoog te komen. Iets houdt me tegen. Ik gebruik alle kracht die ik heb om mijn ogen te openen. Om mezelf omhoog te drukken en de eerste die ik zie vast te pakken en uit te huilen.

Ik kan het niet. Ik zit vast. Ik begin me druk te maken. Ik hoor mijn ademhaling onrustig worden en krijg het warm. Ik probeer te huilen, maar mijn gezicht voelt nog droog aan. Waarom zie ik niks? Mijn oogleden zijn zwaar. Alsof er lood aan hangt. Ik zit in een zwart gat. Ik kan niet bewegen. Niet zien. Alleen de pijn en onrust voelen. Ik raak steeds meer gespannen en begin te verkrampen. Ik probeer uit alle macht om me heen te slaan. De energie hoopt in me op maar ik kan het niet kwijt. Ik voel mezelf trillen. Of dat te zien is zou ik niet weten. Steeds slapper word ik. Ik begin mezelf te verliezen. Ik vecht om bij bewustzijn te blijven.

Langzaam verslappen mijn spieren. Alleen mijn ademhaling is nog heel onrustig en onbeheerst.

"Blijf erbij, Serena!" hoor ik in mijn hoofd. Op dat moment voel ik een koude scheut door me heen gaan, gevolgd door een warm gevoel dat door mijn hele lichaam begint te trekken. Ik kalmeer al snel, en ga meer waarnemen van de omgeving. Mijn ogen krijg ik niet in beweging, evenals mijn lichaam, maar toch voel ik me rustig. Innerlijke rust.

Ik pik de aanwezigheid op van verscheidene mensen. Ik zie niet alleen zwart meer. In het zwarte zicht vormen zich vier lichtgekleurde schimmen, die bij elkaar staan. Naast de groep heeft zich ook een waas gevormd, maar deze is anders. Deze waas is niet lichtgrijs maar meer blauw. De schim lijkt te stralen en ik voel me fijn. Mijn lichaam reageert er ook op. Het sterkt me. Ik voel me krachtig.

Hoe beter ik me begin te voelen, hoe helderder de blauwe waas wordt. De andere groep schimmen kleurt weer snel zwart. Mijn gevoel blijft alleen nog bij de blauwe waas. Zo warm, zo puur, maar toch afstandelijk. Ik krijg allemaal gevoelens binnen die blijven steken in mijn hoofd: bezorgdheid, woede, eenzaamheid, moedeloosheid... maar ook voel ik vrijheid en een grote wil tot een beter leven. Zijn dit de gevoelens van die persoon? Of is dit hoe ik me voel? De schim kleurt nog even fel, maar verdwijnt uiteindelijk net zo snel als hij verschenen is.

De wereld keert weer terug, vanuit de diepste diepten van de overal aanwezige duisternis, opnieuw tot leven gebracht door de pure zuiverheid van de blauwe waas. Ik open mijn ogen en zie alles wazig. Ik ben bevrijd. Bevrijd uit mijn eeuwig lijkende slaap. Een traan rolt over mijn gezicht. Ik ben weer terug. Terug onder de mensen. Mensen. Ik realiseer me dat ik zonet nog de aanwezigheid voelde van iemand. Van meerdere mensen zelfs. Ik kijk, maar zie niks.

Of wel? Ik zie wel een wazige vlek. Ik hef mijn hand moeizaam op en wrijf ermee in mijn ogen. De waas wordt duidelijker. Ik hap naar adem. Met steeds groter wordende ogen zakt mijn mond open. Op een stoel in de hoek zat een jongen met blond haar. Zijn ogen zijn gesloten. Ik herken hem. Waarvan? Ik denk heel diep na maar kan er niet op komen. Ik heb hem eerder gezien. Maar , maar...

Er wordt op de deur geklopt en die klikt open. Ik schrik op en zie vanuit mijn ooghoek dat de jongen dat ook doet. Ik richt mijn aandacht op hem. Ik kijk hem recht in zijn blauwe ogen. Ik heb die ogen eerder gezien. Ook hij kijkt me verwonderd aan. Er is opluchting in zijn ogen te zien. Hij glimlacht en staat dan op. Het raam zwaait plots open en hij klimt eruit. Hij is niet meer te zien.

''Nee. Niet springen!'' Ik zet kracht om op te staan, maar wordt tegengehouden door de pijn die door me heen schiet als ik zie dat ik nog vast zit. Er zit een buisje in mijn hand. Dan voel ik ook op mijn voorhoofd wat zitten. Het kriebelt en zit niet fijn.

Onmacht {Het Oog der Engelen}Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu