+4+

422 17 5
                                    

p.o.v Niall

Ik blijf Lexi dankbaar dat ze zo goed voor hem heeft gezorgd. Ze heeft zo veel voor hem gedaan, en dat is de reden dat hij hier bij mij zit.

Anders was hij waarschijnlijk door een ander gezin geadopteerd en had ik hem niet meer terug gezien. Hij kon me niet herinneren, wat Lexi wel deed.

Ik ben blij dat ze hem terug heeft kunnen krijgen bij mij. Anders had ik nu niemand meer. En dan was Lexi misschien niet dood.

Oke, stop daarmee. Ik moet mezelf niks aan praten. Denk aan leuke dingen.

Ik kijk naar de ober die aan komt lopen met mijn soep en Adam zijn tosti. Hij begint te glimlachen bij het aanzicht van zijn tosti. Het eten wordt uitgedeeld en als een uitgehongerde leeuw valt Adam aan. 'Heb je honger ofzo' vraag ik hem lachend. Hij knikt met een sliert kaas die uit zijn mond hangt. Wat is het toch een gek kind.

Zodra we allebei ons eten op hebben reken ik af en lopen we weer naar buiten. 'Wil je nog iets doen? We gaan niet naar de speelgoedwinkel' zeg ik hem.

Hij heeft echt een verslaving aan lego dus elke keer sleept hij me mee en smeekt nieuwe dingen voor hem te komen. Maar hij heeft wel weer genoeg voor nu. Ik vindt het altijd zo leuk om hem te zien bouwen. Hij is helemaal geconcentreerd en echt in zijn eigen wereld. In zijn wereld komt alles wat hij bouwt tot leven. En dat vindt ik zo ontzettend schattig.

Kinderen zijn zo goed in zichzelf dingen inbeelden en nog echt een fantasiewereld maken. En Adam kan daar ook wel wat van ja. 'Misschien een toetje bij de ijscozaak' zegt Adam. 'Toetje? Je hebt net 2 tosti's op vreetbeer'. Hij lacht en kijkt me dan smekend aan. 'Goed dan' zucht ik. Waar laat die jongen dat allemaal?

Ik loop samen met hem richting de ijscozaak toe. Ook hier zijn we vaste klant. Elke keer laat ik me wel weer overhalen om een toetje te halen.

Ik vind het zelf niet erg hoor, daar niet van. Maar het is gewoon indrukwekkend hoe hij me altijd weet in te palmen. Waarschijnlijk door de grootte druk die ik om schouders heb. Ik wil dat hij een goed leven heeft.

Beter dan wat ik Lexi heb geboden. Want dat eindigde niet zo heel fantastisch. Al weet ik wel dat ze heel veel van me hield. Ze was echt blij om bij me te zijn. Maar ongelukken hebben ons uit elkaar gedreven voor altijd.

Toen ik in het ziekenhuis zat had ik nog hoop dat ze tot leven zou komen. Ze had nog een lichte hartslag. Maar om de een of andere reden kreeg ik al snel het bericht dat ze het niet had overleeft. Gelijk was al mijn hoop weg.

We komen aan bij de ijscozaak. We kiezen allebei wat lekkers uit en gaan dan op het bankje voor de zaak zitten. 'Is het lekker' vraag ik aan Adam. 'Jaa hoor'.

Tijdens het eten van mijn ijsje kijk ik wat rond. Er zijn veel mensen die hebben besloten even naar de stad te gaan. Het is dan ook best wel druk. De een lijkt haast te hebben, andere hebben alle tijd van de wereld.

Iedereen die hier loopt is zo uniek en anders. Dat is zo leuk van een mens zijn. Ik houd ervan om mensen te kijken. Het vrolijkt me op.

Maar zodra ik een veel te bekend gezicht zie laat ik mijn ijsje vallen van schrik. Dit kan niet waar zijn. Ik hallucineer. Ze is dood. Lexi is dood en kan hier niet lopen. Het kan niet.

Ik kijk nog een keer maar zie haar nog steeds lopen, of ja, de volwassen versie van haar. Maar ik herken haar gezicht uit duizenden. Dat is Lexi. Ben ik gek aan het worden?

Finding myself back (airplane crash 2) ✔️Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu