14. Een reisje naar onbekend

468 31 0
                                    

Averie

Ik gilde het uit en knipte snel het lampje aan. Ik zat helemaal onder het zweet van de nachtmerrie. Ik probeerde mezelf te kalmeren toen Nana binnen kwam lopen. Nana was de huishoudster hier, al merkte je daar niks van. Ze was een aardige vrouw. Bezorgd kwam ze naar mij toelopen. 'Gaat het?' vroeg ze bezorgd. Ik knikte. 'Zal ik Aiden bellen?' Ik schudde mijn hoofd. Hij zou toch overstuur raken en niet normaal meer kunnen nadenken. 'Waar is Aiden?' vroeg ik toen ik doorkreeg dat hij weg was en natuurlijk om het onderwerp ergens anders op te brengen. Nana had natuurlijk meteen door wat ik probeerde te doen, maar ze zei er niks over. 'Ik weet niet precies waar hij is. Ik weet alleen dat het dringend was en dat hij morgenochtend weer terug zou zijn. Tot die tijd moest ik op jou passen.' legde Nana mij uit. Ik wist dat ze iets verborgen hield. Nana zou Aiden nooit zomaar laten gaan. 'Nana?' vroeg ik dringend. 'Kom mee dan gaan we alvast ontbijten.' zei ze en liep de kamer al uit voor ik verder kon vragen. Ik zuchte en ging mijn bed uit om achter haar aan naar beneden te lopen. In de keuken was Nana al bezig met het nodige klaarleggen. Zo te zien was ze van plan om wentelteefjes te maken. Ik bood aan om te helpen, maar Nana stond erop dat ik ging zitten. Ze schoof een glad sinaasappelsap naar mij toe en ik dronk het gulzig leeg. Van die nachtmerrie had ik blijkbaar dorst gekregen. Toen ik weer terug dacht aan die nachtmerrie schoten de beelden weer door mijn hoofd. Snel probeerde ik aan iets anders te denken, maar dat lukte maar half. 'Gaat het wel goed schat?' vroeg Nana bezorgd. Ik knikte zonder haar aan te kijken.
Na een tijdje waren de wentelteefjes klaar en plaatste Nana een bord vol voor mij neer. Ik pakte mijn vork en prikte in een wentelteefje. Om eerlijk te zijn had ik helemaal geen honger, maar ik vond het zielig om dat tegen Nana te zeggen. Ze had zo haar best gedaan. Dus propte ik een klein stukje in mijn mond. Meteen op dat moment ging de voordeur met een klap open, waar ik van schrok. Nog geen minuut later kwam Aiden binnen lopen en knielde voor mij neer. 'Gaat het met je? Nana wat is hier aan de hand?' vroeg Aiden bezorgd. Toen Nana met een frons bleef kijken en geen antwoord gaf, werden Aiden zijn ogen donkerder. 'Ik denk dat het is begonnen.'

Nadat Nana had verteld dat ze dacht wat er aan de hand was, was Aiden meteen in paniek geraakt. We zouden onze reis vervroegen en vertrokken dus meteen. Ik had Luna vrijwel meteen op de hoogte gebracht van onze vervroegde komst. Ze zou er zijn had ze beloofd.
Aiden rende heen en weer om de laatste dingen te regelen, terwijl ik op een stoel was gaan zitten. De zenuwen gierde door mijn lijf. Wat ging ik in hemelsnaam zeggen? Ik had geen flauw idee. Wat als ik het zou verpesten? Dat ze ons niet wilde helpen? Ik hoopte maar dat ze niet zo erg waren als Tahlia.
Toen Aiden helemaal klaar was konden we eindelijk vertrekken. We namen nog afscheid van iedereen voor we zouden vertrekken. 'Je moet terug komen hoor!' zei Sasha met tranen in haar ogen. Ik knikte. 'Beloofd?' vroeg June. Ik knikte. 'Beloofd.' Beide knikte ze. Jake, Sam en Drew waren ook gekomen en ondanks dat ik geen hele hechte band nog met ze had zou ik ze wel gaan missen. Bovendien was ik de Luna van Jake en Drew en dat maakte onze band toch iets specialer. 'Pas goed op jezelf oke?' zei Jake. 'Als je hulp nodig hebt of in de problemen zit dan roep je mij via de mindlink en dan kom ik oke?' zei Sam meteen. Ik grinnikte met een verdrietig lachje en er viel een traan over mij heen. Ik hoopte maar dat dit reisje zou lukken en dat we beiden zouden terug keren met mijn herinneringen want ik zou ze erg gaan missen. Drew zei niet veel. Hij gaf mij een knuffel. Als laatst kwamen Mack, Caith en Dex aan de beurt. Caith stortte zich meteen huilend in mijn armen. 'Ik hoop zo dat dit lukt.' fluisterde ze. 'Ik ook.' fluisterde ik terug. Caith liet mij los en meteen werd ik in een nieuwe omhelzing getrokken door Mack. 'Pas goed op.' zei hij en liet mij weer los. Misschien denk je dat zijn afscheid iets warmer had gemogen aangezien hij als een tweede vader is voor mij, maar geloof mij maar als ik zeg dat dit al een heel wat is op emotioneel gebied. Als laatst kwam ik bij Dex. Hij keek mij een beetje verloren aan. 'Je laat mij echt niet meegaan he?' vroeg hij verslagen. Ik schudde mijn hoofd. 'Ik wilde eigenlijk Aiden al niet mee hebben. Het is dus al heel wat dat hij wel meegaat.' zei ik. Er verscheen een klein glimlachje rond Dex zijn lippen. 'Ik wil niet dat jullie iets overkomt. Pas goed op de rest oke?' vroeg ik. Dex knikte en beloofde om op ze te passen. Ik trok hem ik een stevige omhelzing. 'Beloof alsjeblieft dat je terug komt. Je bent als een zusje voor mij.' fluisterde Dex. Ik knikte, voor zover dat ging in onze omhelzing. 'Dat beloof ik.' fluisterde ik.
Toen we van iedereen afscheid hadden genomen stapte Aiden en ik in de auto. Kay zou ons afzetten in het bos en daarna weer vertrekken naar de anderen. Ik zwaaide nog één keer naar ze voor we wegreden. De rit verliep stil en we waren al snel op de bestemming. We stapten allemaal uit. Ik liep naar Kay toe en trok hem in een omhelzing. 'Let goed op iedereen oke?' zei ik. Hij knikte. 'Let ook goed op Aiden mocht het niet lukken.' Weer knikte hij. 'Maar zover gaat het niet komen.' zei hij iet wat onzeker. Ik knikte en liet hem los. Nadat Aiden hem ook gedag had gezegd liepen we samen verder het bos in op zoek naar de maangodin. We hoefden gelukkig niet ver te zoeken, want al snel stond ze voor ons. 'Laten we maar meteen vertrekken, nu het nog licht is.' zei ze. Aiden en ik knikte. We pakte elkaars handen vast en na een tijdje begon het bos om ons heen te vervagen.

Speciaal Verwant - Moonmates *VOLTOOID*Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu