Hoofdstuk 18

182 17 7
                                    

De warmte die de lente eerder vandaag mee had genomen, was als sneeuw voor de zon verdwenen. Het enige wat overbleef was de nachtelijke koelte. Ik wist niet of ik de kilte in mijn aderen toe kon wijzen aan die kou. Misschien was het geen goed idee geweest om in een uitgedoste avondjurk op het dak van de stadstempel te gaan zitten. 

Wetende dat ik het sneller warmer zou krijgen met een goede mantel, koos ik ervoor om de fles whisky in mijn hand nogmaals aan mijn lippen te zetten. Mijn hoofd duizelde nog altijd na het gesprek met Elias. Een gesprek wat al een eeuwigheid geleden leek te zijn, in plaats van die paar uur. 

Zijn woorden waren deels langs mij op gegaan. Een wervelstorm van emoties was de strijd aangegaan met mijn sluipmoordenaarsinstinct. Een stukje rationeel verstand had mij ervan overtuigd om niet toe te geven aan de rode waas die voor mijn ogen was ontstaan toen Elias zijn verhaal deed over de noodlottige avond die de dood van mijn familie had betekend. Het had heel veel zelfbeheersing gekost om ervoor te zorgen dat ik het masker van de sluipmoordenaar niet op had gezet.

Ik zou hem niet vermoord hebben. Ik wist niet eens of ik dat kon. Maar ik zou met liefde zijn neus hebben gebroken, was het niet dat dat mijn geheime identiteit comprimeerde. Daarom had ik alleen naar hem gestaard. Ik had gestaard en met mijn hoofd geschud, waarna ik weg was gestormd. Als een tornado was ik door de balzaal geraasd, waarbij ik vrijwel tegen de kroonprins en zijn verloofde aan was gebotst. Ik had een glimlach geforceerd, had het gelach en de stemmen van mijn vrienden genegeerd. 

Ze waren mij niet achterna gekomen.

Ik snoof en staarde naar de flikkerende lichten van de gouden strip, waarna ik de fles whisky nog eens aan mijn lippen zette.

Toen Jorah tegen mij had gezegd dat hij de identiteit van de nalatige niet zou prijsgeven, had ik verwacht dat hij dat deed om die simpele ziel te beschermen. Misschien had hij het gezegd om ons allebei te beschermen. Niemand verdiende het om erachter te komen dat zijn of haar eigen neef indirect de reden was geweest voor de dood van zijn of haar familie. Toch was Jorah degene geweest die Elias verteld had om de waarheid te vertellen, om ervoor te zorgen dat ik het van Elias zelf zou horen, in plaats van er zelf achter te komen. Dat was een pijn die mij dan nog enigszins bespaard bleef.

Het was een domme fout geweest, had Elias mij verteld. Een onnozele, onvergeeflijke fout. Hij had zijn opdracht onderschat. Jorah had nooit gezegd waarom de Elite dit gezin in een van de achterstallige wijken van het Modaal district moest schaduwen. Het was een routinemissie die binnen de Elite werd afgewisseld. Er gebeurde zelden iets interessants en dat maakte dat sommigen Eliteleden hun alertheid verloren. 

Elias was zijn alertheid verloren. 

Ik wist dat urenlang onvrijwillig op een dak zitten en je focussen op een bepaald persoon, of een bepaald gezin, niet behoorde tot een van mijn favoriete bezigheden. Binnen de Elite waren er missies die veel leuker waren, waar je echt iets aan had. Waardoor je je nuttig voelde. Schaduwen was nooit leuk. Maar schaduwen was soms nodig. 

En soms, wanneer een sluipmoordenaar het niet zo nodig vond, kon het dus ook finaal mis gaan.

De whisky draaide in het maanlicht. Het was een koude, heldere nacht. Maar de woede en de alcohol in mijn lichaam zorgde ervoor dat ik het niet koud had. Niet echt. 

Wat moest ik met deze informatie? Ik was woedend. Na zoveel jaar zo intensief met deze mensen samen te hebben gewerkt, vonden ze het nooit het juiste moment om mij in te lichten over cruciale gebeurtenissen van de avond die voor dit alles had gezorgd. Als mijn ouders nog hadden geleefd, had ik hier nooit gezeten. Dan had ik misschien piano gespeeld in het stadstheater, zoals mijn uit het oog verloren vriendin. Ik zou dan niet mijn verbitterde tranen aan het wegdrinken zijn. 

Zwaard van de dageraad [Wattys2021 Winnaar] ✓Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu