Hoofdstuk 30

168 15 2
                                    

De stemming in de raadszaal was grimmig en, nou ja, dat kon ik ze nou niet bepaald kwalijk nemen. Ik had mij tussen het publiek wat op was komen draven opgesteld nadat het nieuws van de moord op Victor Sarasti rond was gegaan. Vanaf het balkon had ik perfect zicht op het spektakel wat zich op de tafel van de eerste raad plaatsvond. Ik had een hand voor mijn mond geslagen, zoals de vele vrouwen om mij heen dat ook hadden gedaan, en deed alsof ik mijn afschuw verborg. In werkelijkheid moest ik mijn best doen om een glimlach te onderdrukken.

Een uur geleden waren Caelan en ik teruggekeerd naar de barakken. Hoewel Caelan ervoor koos om het bloed van zijn handen te gaan boenen, had ik mezelf snel omgekleed en was ik teruggekeerd naar de raadszaal. In tegenstelling tot Nela had Victor niet veel weerstand geboden. Zijn geschokte kreet was amper tot uiting gekomen toen Caelan's mes door zijn hart werd gespiesd. 

Victor dacht dat hij een mede-raadslid zou ontmoeten, twintig minuten voor aanvang van de vergadering. Een raadslid wat nooit eerder zou opdagen. Victor was zich van geen kwaad bewust geweest toen hij naar binnen was gelopen en dat had de missie zoveel makkelijker gemaakt. Sterker nog, het had ervoor gezorgd dat we tijd over hadden gehouden om nog een beetje plezier te hebben. Dat wilde zeggen dat ik de kans kreeg om mij eens aan Lorelei's technieken te wagen. 

Het raadslid lag met armen en benen gespreid op de lange tafel. Zijn nette blouse was kapot getrokken en liet de gapende wond in zijn borstkas zien. Zijn bloed had een plas gevormd op de tafel en drupte nu zelfs op het veel te dure vloerkleed. De overige raadsleden die zich inmiddels om de arme ziel heen hadden verzameld, keken vol afschuw toe. Een enkeling liet diens blik verwilderd door de zaal gaan, alsof hij verwachtte dat hij de dader tussen de aanwezigen zou kunnen vinden. 

Maar wie zou er nou een nette dame, wiens haar met uiterste nauwkeurigheid was opgestoken en wiens sieraden blonken in het zachte licht van de raadszaal, verdenken? Niemand vermoedde dat onder haar handschoenen een paar handen met het bloed onder de nagels schuil gingen. 

Het grootste deel van Victor's bloed had ik weten weg te krijgen, maar ik zou meer tijd nodig hebben om alles onder mijn nagels weg te kunnen halen. Dat was ook niet heel gek, want iets meer dan een uur geleden had ik zitten vingerverven met zijn bloed. Op zijn borstkast stond nu met grote letters "CRAPUUL". Een woord wat op meerdere plekken op de tafel terug te lezen was. En op de muren. Ik had net genoeg tijd gehad om mijn boodschap duidelijk te maken.

"Wij vergeten het Crapuul district niet. En jullie?"

Ik durfde erom te wedden dat ze de komende tijd het Crapuul district absoluut niet zouden vergeten. Net op het moment dat ik op het punt stond om de zaal met gespeelde ontzetting te verlaten, nam de chaos in de zaal toe. Niemand minder dan de koning kwam woedend de zaal binnen lopen. Hij begon direct tegen de raadsleden te schreeuwen en dat was echt het moment waarop ik even op mijn wang moest bijten. 

In mijn ooghoeken zag ik hoe de koninklijke garde iedereen van het balkon begon weg te sturen. Dat ging met enige moeite want nu de koning was aangekomen, wilde eigenlijk niemand meer vrijwillig vertrekken. Deze mensen, deze hovelingen, hadden een neusje voor chaos en drama. Op een enkeling na leken ze niet eens écht onder de indruk te zijn van de het lijk wat beneden ons op de tafel lag. 

Langzaam maar zeker kwam er toch schot in de zaak en werden we het balkon af gestuurd. Maar vlak voordat ik mij van de ontzette raadsleden en schreeuwende koning kon afwenden viel mijn oog op de prins die geruisloos binnen was gekomen. Hij hield zich afzijdig en staarde naar het lichaam van Victor Sarasti. En voordat ik mij goed en wel omgedraaid had, durfde ik te zweren dat ik een klein glimlachje rond zijn lippen zag opspelen. 


Het oogstfeest ging gewoon door. Dat verbaasde mij niets, want de koning en koningin leken niets liever te doen dan hun goud te spenderen. En dat goud vloeide rijkelijk op een van de grootste feesten van het jaar. Er was weer flink uitgepakt met de decoraties en het banket, alsof ze vandaag extra hun best moesten doen om hun hovelingen weer een beetje in te palmen. Hoewel er niet over de moord gesproken werd, leek iedereen wat meer op diens hoede te zijn na vanochtend. Raadsleden waren enigszins huiverig en ik had er nog geen een gezien die niet vergezeld werd door een mede-raadslid of een beveiliger.

Zwaard van de dageraad [Wattys2021 Winnaar] ✓Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu