Brieven

8 4 2
                                    

Je wilt het minder vast laten zijn
Maar dat gaat niet zomaar
Je hebt iets nodig om het vloeibaar te laten worden
Het moet warm worden, omdat je het ver van je weg wil blazen
Als adem op een koude dag

Je probeert het ene en dan het andere
Maar het heeft averechts effect
Het laait weer op, brandend
Zo heet dat het snikken geluidloos wordt
Dat geen liters water het kan overwinnen
Je reikt naar de sterren
En hoopt dat er een touwtje tevoorschijn komt
Die de oplossing eroverheen zal laten gieten

Dan, nadat de zon weer is ondergegaan
Probeer je het met woorden in plaats van daden
Je bouwt wat een wapen zou kunnen zijn
Verdovend en verlossend voor even
Maar je weet dat het knagende gevoel zal blijven
Het helpt om meer inzicht te krijgen
Het zorgt voor meer begrip

Het laat je tranen vloeien
Je schudt je hoofd
Je laat je hoofd hangen
Je kijkt in de verte, zonder werkelijk iets te zien
Behalve dan een gezicht dat je zou moeten vergeten
Maar dat zal nooit gebeuren
Jullie kijken elkaar in gedachte aan
Herinneringen flitsen voorbij
Het voelt zo onwerkelijk
Dat je jezelf even in je hand knijpt
De leegte die je kent
De leegte die je voelt
Het moet, het hoort zo, het is oké
Toch voelt alsof het niet meer gevuld zal zijn
En dat je telkens herinnert zult worden aan het feit

Je hebt al zoveel geprobeerd
Dat je hier maar genoegen mee moet nemen
Een eenzijdig gesprek
Wel vragen, maar geen antwoorden
Ze zullen nooit meer aankomen
Hoe groot je wens ook is

Je wilt kunnen loslaten
En toch herinneren
Een heldere oplossing
Die je uiteindelijk zelf zal moeten maken

Daar zul je aan werken
Het zal even duren
Het vergt tijd
Maar je doet het niet alleen
Herinneringen zullen altijd bestaan
Die zul je altijd blijven koesteren
In briefvorm opgeschreven

Je hoopt...
Totdat het écht beter wordt
Todat de oplossing zijn werk doet
Je wacht...
Totdat een lichtpuntje
Te zien is
Dat zal uitgroeien tot de zon

Diep vanbinnenWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu