my secret admirer

"Ik zag hem nu voor me met zo'n lichtgevende zoembuis-zwaard-achtig iets."

Yeah i know, de namen van de ouders kloppen niet. Het is fanfic dus dat is denk ik niet erg? De moeder van Louis en de zus zijn ook niet gestorven in dit verhaal. Eventjes meedelen.

[Madelaine]

Ik kwam doodmoe thuis. Ik ging naar de woonkamer en daar zat een man die ik nog nooit gezien had. Een inbreker? Toen kwam mijn moeder binnen. 'Madelaine, je bent er.' zei ze. Ik had zin om een sarcastische opmerking te geven zoals "Nee, ik ben in Spanje" maar besloot dat toch niet te doen. 'Wie is dit?' vroeg ik aan haar; 'Madelaine, ik ben je vader.' zei de man. Dat klonk heel Star-Wars achtig. Ik zag hem nu voor me met zo'n lichtgevende zoembuis-zwaard-achtig iets. Madelaine! Aandacht! 'Wat doet hij hier?' 'Ik heb hem gebeld.' zei mijn moeder. 'Wat is uw naam?' vroeg ik aan mijn vader. 'Oliver.' antwoordde hij. 'Leuk u te hebben ontmoet, Oliver.' Ik liep richting de tram. Ik bleef staan en deed net alsof ik iets vergeten zeggen was. 'Bedankt trouwens dat ik nooit een vader of broer heb gehad en ik gepest werd door dat en door het gepest bijna dood was en daardoor twee maanden in coma heb gelegen!' Dat laatste schreeuwde ik. De blik van mijn ouders ontging me. Ik liep de trap op naar mijn kamer. 'Ze draait wel bij.' hoorde ik mijn moeder beneden zeggen. 'Waren al die dingen gebeurd door mij?' antwoordde mijn vader. Ik deed mijn oortjes in zodat ik niet hoorde wat ze zeiden. Niet veel later ging mijn gsm.

17:32

James: Hey.

U: yo

James: Iets speciaals gedaan vandaag?

U: nee.

James: Is er iets?

U: nee.

James: Ja dus.

James: Wat is er?

U: Mijn vader is hier.

James: Ow.

U: Ik ben zo boos op hem!

James: Ik kan het begrijpen.

U: En ook op Louis!

James: Why?

U: Hij heeft de perfecte prank uitgehaald. Ik eis een karma!

James: Wel, toevallig ben ik een meester in pranks, ik weet wel iets.

U: Wat?

De hele avond bekokstoofden we een plan. Het zou echt grappig zijn. Toen ik naar beneden ging om te eten was mijn "vader" al weg. Mijn moeder en ik zeiden geen woord tegen elkaar. Ze besefte gelukkig dat ik niet wou praten.