{When it Starts...}

185 8 0
                                        

Ik lig in mijn bed. Het maanlicht straalt door mijn raam. De sterren fonkelen vrolijk aan de hemel. Ik krijg een app. Ik open hem meteen, het is Alice.
"Heeyy, Yoko!" Schrijft ze. Snel antwoord ik. "Heey Alice.
"Marco heeft vandaag eindelijk eens met mij gepraat!!" Stuurt ze terug. Ik glimlach en zie Alice al dromerig zitten kijken.
"Wat zij die?" Vraagt ik aan haar. Vrijwel meteen krijg ik reactie.
"Zoveel, vanalles over van allerlei onderwerpen."
"Ik ben moe, ik ga slapen. Morgen is het weer school." App ik.
"Slaapwel."
"Slaapwel."
Ik sluit af en ga fatsoenlijk liggen. Langzaamaan vallen mijn ogen dicht en zak ik weg in de duisternis.

Het waait. Maar de wind is niet guur zoals degene die mijn haar in de war brengt tijdens de winterdagen. Het is eerder een fris, aangenaam lentebriesje. De stad is ondergedompeld in een diepe slaap onder de helder blauwe hemel. De stad kan elk moment wakker worden. De witte torens schitteren in het zonlicht, met de marmeren fonteinen en weelderige tuinen die de pleinen en de smalle steegjes op vrolijken. Ik kijk er vol bewondering naar, maar diep vanbinnen herken ik de plek. Het is allemaal te mooi en te schitterend om te blijven duren. Ik ben er zeker van dat dit spektakel vroeg of laat in het niets zou verdwijnen, alsof het nooit bestaan had. Ik ga op een glazen balkon staan en zie de witte wolken onder mij. Ik spring en vlieg, maar was vreemd genoeg niet bang. Ik heb wel verschrikkelijke hoogtevrees maar die leek te zijn verdwenen. Want toch vlieg ik, hierboven. Ik knuffel het woudgroene beest met azuurblauwe ogen. De draak kijkt mij vrolijk aan. Rivieren en gronden glijden onder ons voorbij, mijn geluk kan niet meer stuk. Plots tekent zich op het onderliggend groen een reusachtige schaduw af. Instinctief richt ik mijn blik op naar het zwart om te begrijpen wat het was. Het zonlicht verblindt mij, zodat ik niks kon onderscheiden.

"Nou, Sta je op of niet?"
Verbaasd open ik mijn ogen. Weer heb ik dezelfde droom gehad. Ik zucht en knik naar mijn zus die mij ongeduldig aankijkt.
"Ik ben het beu dat ik je altijd twee keer moet oproepen voor je opstaat. De volgende keer los je het lekker zelf op." Zegt ze. Ze is behoorlijk geprikkeld.
"Sorry, Rosie." Zucht ik. Ik sta langzaam op en loop naar de badkamer. Twee fonkelende azuurblauwe ogen kijken mij aan. Mijn bruine haren krullen licht. Snel haal ik er een kam doorheen. Ik trek een blauw bloesje aan en een witte lange broek. Mijn zwarte allstars trek ik ook snel aan. Ik spoel mijn gezicht en poest mijn tanden. Tussen mijn twee wenkbrauwen heb ik een klein vlekje. Dat heb ik altijd al gehad. Mijn moeder heeft het ooit laten onderzoeken maar we kregen altijd te horen dat het niks was, dus trokken we ons er niks meer van aan. Ik doe er een beetje poeder over zodat niemand het ziet. Ik huppel naar beneden en gris een croissant van de tafel. Ik neem mijn tas en wandel naar de achtertuin. Daar neem ik mijn fiets. Snel begin ik naar school te fietsen. Ik hoop dat ik niet te laat ben. Op school zet ik mijn fiets netjes in het rek en loop ik naar Alice.
"Heb je het al gehoord?" Vraagt ze aan mij zodra ik bij haar sta.
"Nee, wat moet ik gehoord hebben?" Vraag ik nieuwsgierig.
"We krijgen een nieuw meisje in onze klas, ze heet Amber geloof ik. Nu zijn we dus met zijn 25." Zegt Alice.
"Oh, dat is leuk, dan zijn de meisjes even." Antwoord ik. Dan gaat de bel, we wandelen rustig naar het trappenhuis en beklimmen de trap. We zitten helemaal op het vierde verdiep.
"Gelukkig gaan we vandaag een film kijken het eerste uur." Zegt Lora.
"Ja, maar het is waarschijnlijk een godsdienstige film." Zucht Marissa. We hebben het eerste uur op een maandag godsdienst en dat is niet altijd een pretje. Als we het lokaal binnen gaan zien we een meisje staan. Ze heeft halflange blonde haren en groene ogen. Ze ziet er heel sympathiek uit en ook sportief. Ze komt naar ons toe. "Hallo, ik ben Amber." Zegt ze vrolijk. Ze steekt haar hand uit. Ik beantwoord de handdruk en stel mezelf voor, net zoals de rest van de meisjes.
"Ik heb nieuws van jullie klastitularis." Zegt onze godsdienst lerares zodra ze binnenkomt.
"Jullie weten toch dat het vrijdag thema dag is hé?" Vraagt ze. We knikken langzaam.
"Voormiddag gaan jullie naar het Gallo-Romeins museum. Er is namelijk een tijdelijke tentoonstelling bezig." Zeg ze, ze begint een eindeloze uitleg te geven en ik let al niet meer op. Ik zit alweer na te denken over de droom die ik zovaak gehad heb. Dan klinkt eindelijk de verlossende bel. Snel lopen we het lokaal uit. Amber is een aardig meisje en kan het meteen met ons vinden, en wij met haar.

DragonBloodWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu