H1.

3.1K 61 9
                                    

Om eerlijk te zijn miste ik dit seizoen diepgang in het verhaal rondom de problemen van Fleur en het gedoe tussen Eva en Wolfs. Ook vroeg ik mezelf af hoe het zou eindigen als er geen seizoenen 11 en 12 zouden komen.
Deze gedachte gaf me dit idee. Ik ben benieuwd wat jullie er van gaan vinden. Reacties, tips en votes zijn altijd welkom. ;)

Eva
Met Wolfs op mijn hielen liep ik de overvolle kantoortuin in. Het was rond vijven. Normaal zouden de meeste mensen al naar huis zijn, maar voor deze gelegenheid bleven ze nog even hangen. De ruimte was mooi versierd met ballonnen slingers en foto's. In het midden van het kantoor stond een groep mensen. Naast de groep mensen stond een volle tafel met taart, cadeaus en champagne glazen. Tussen de mensen massa, in het midden van de groep, zag ik Marion staan. Ze straalde. Als vanzelf verscheen er een grote glimlach rond mijn gezicht en lachend liep ik op mijn vriendin af.
'Eva.' Merkte Mechels mij eerder op en kwam op me aflopen. Iets wat geïrriteerd hield ik mijn pas en keek naar mijn baas die voor me was komen staan. 'Wat goed om je hier zo te zien. Ik ben erg blij dat alles goed afgelopen is. Hoe gaat het met je?' De grote glimlach rond haar gezicht werd vervangen door een serieuze blik. 'Het gaat.' Zei ik iets wat twijfelend. Om eerlijk te zijn dacht ik er haast niet meer aan. Die hele gebeurtenis leek niets vergelijken met dat wat erna gebeurd was. Ik keek langs mijn baas naar Wolfs die Marion aan het feliciteren was. Hij gaf haar 3 zoenen en zei iets wat ik niet kon verstaan. Hij stond met zijn rug naar me toe waardoor ik zijn gezicht niet kon zien. Ergens was ik daar wel blij om. Ik durfde hem niet recht aan te kijken. Ik kon het niet.
Ik wende mijn ogen van zijn rug naar mijn baas die nog steeds voor me stond. Ik zuchtte en liet mijn blik vallen. 'Eva.' Ik keek op. 'Ik wil dat je naar me toe komt als het niet gaat. Dit was niet niks. Ik wil niet dat je aan het werk gaat terwijl je daar nog niet klaar voor bent.' Ik schudde hevig mijn hoofd en hield mijn hand op. 'Zo erg is het niet. Ik kan gewoon werken en bovendien werkt dat het beste voor mij.' Mechels knikte twijfelend en liet het hier bij zitten. Zij kende mij al langer dan vandaag.
'Ga zo maar naar huis. Die verklaringen van jullie kunnen wel tot morgen wachten. Rust eerst uit.' Ik bedankte Mechels met een glimlach en knikte. 'Fijn.' Meende ik eerlijk. Ik was kapot na z'n lange dag. Er was ontzettend veel gebeurd.

Ik liet mijn blik van Mechels' gezicht, naar Marion glijden. Wolfs had haar alleen gelaten en stond nu met Romeo te kletsen. Plots keek hij over zijn schouder achterom, waardoor zijn helder blauwe ogen de mijne kruisten. Ik schrok en keek snel weg.
'Ik ga even Marion feliciteren.' Deelde ik met mijn baas en liep naar mijn vriendin toe.

'Gefeliciteerd' omhelsde ik haar stevig en drukte 3 zoenen op de wang. 'Dankjewel.' Glimlachte ze blij waarna ze een bezorgde blik trok. 'Ik had het gehoord. Hoe gaat het met je?' vroeg ook zij bezorgd. Weer knikte ik en probeerde de opkomende herinneringen terug te duwen. 'Maar goed dat Wolfs achter de code was gekomen. Ik zou er niet aan moeten denken als... als hij te laat was. Ik ben blij dat je hier nog bent.' Ik glimlachte moeizaam. In verlegenheid gebracht door de bezorgdheid van mijn vriendin en de ongemakkelijkheid van de situatie. Ik probeerde mijn gepeins te verbergen, het weg te drukken en het even te vergeten. Ik wilde er niet aan denken. Niet nu. 'Wat is er, gaat het?' merkte Marion het toch op. Ik kon niets voor haar verborgen houden. Ze zag werkelijk alles. Ik knikte hevig ja. 'Het zit nu nog een beetje hoog maar het gaat wel. Maak je geen zorgen.' Trok ik een zo overtuigend mogelijke glimlach. Dit leek mijn vriendin enigszins gerust te stellen. De bezorgdheid in haar ogen leek aftenemen maar was nog steeds duidelijk aanwezig. Ik glimlachte nog eens en keek weg. Duidelijk makend dat ik het er niet meer over wilde hebben en het voor nu wilde vergeten. Ik wilde mijn vriendin haar avond niet verpesten met mijn zorgen en gepieker. Dit was haar dag.

Ik merkte Wolfs op bij de koffie automaten en keek toe hoe hij met twee dampende mokken naar ons toe kwam lopen. 'Hey.' Voegde hij zichzelf in het gesprek en hield mij een kop voor. 'Sorry ik kon er niet meer dragen en wist niet of je wou.' Verontschuldigde Wolfs zich voor Marion. Marion lachte. 'Het is goed hoor, maar bedankt.' Hield ze haar champagneglas omhoog als teken dat ze al te drinken had. Ik pakte de hete mok van hem over. En bedankte hem kleintjes. Zijn blik ontwijkend.
Wij alle drie zwegen even. Marion genietend van haar feestje. Ik, en waarschijnlijk ook Wolfs, diep in gedachten verzonken.

'He, wat ik me nou eigenlijk afvraag.' Ik keek mijn vriendin vragend aan. 'Ik had gehoord dat Fonteijn dood is. Maar ik zat me net te bedenken, hoe ben jij dan achter de code gekomen.' Richtte ze zich tot wolfs. Wolfs trok zijn wenkbrauwen op en nam een slok van zijn koffie. 'Hij was nog niet dood toen ik naar hem toe kwam. Pas nadat Eva veilig en wel,' keek hij naar mij.' Uit de auto gekomen was, pleegde hij zelfmoord.' 'Hij pleegde zelfmoord?' Marion's ogen werden groot en verbaasd liet ze haar glas zakken. 'Hij had zijn bekentenis al geschreven en ondertekend. Toen hij het glas aan zijn mond zette kon ik hem niet meer stoppen.' Ik slikte. Marion liet haar blik vallen en dacht diep na over de woorden die gevallen waren. 'Maar hoe was je achter de code gekomen, stond die in de verklaring?' Vroeg Marion geïnteresseerd de vragen die door mijn hoofd spookte maar ik zelf niet durfde te vragen. Wolfs schudde zijn hoofd. 'Nee hij zei eerst dat ik de code wel zou kunnen raden. Uiteindelijk, toen er niet heel veel tijd meer over was,' zag ik hem vanuit mijn ooghoeken naar mij kijken en nam een korte pauze. 'Had hij de code gegeven.' 'Wat was de code?' Een koude gloed kroop langs mijn ruggengraat omhoog waarna ik licht in mijn hoofd werd. Ik werd warm vanbinnen en staarde naar mijn voeten. Beiden zwegen we. Ik voelde Marion haar ogen op mij branden. Ik negeerde het voor zover ik kon en nam een slok van mijn koffie. 'Dat doet er niet meer toe. Ze is hier nu. Dat is het belangrijkste.' Wuifde wolfs het weg. Opgelucht nam ik adem.

Leunende met mijn handen op de vensterbank en mijn rug tegen het raam keek ik naar het inmiddels lege kantoor. Na een half uurtje waren de meeste mensen weer aan het werk of naar huis gegaan, en ruimde de laatste aanwezigen de rommel op. We hadden nog een tijdje samen staan kletsen. Nou we, Wolfs en Marion voornamelijk. Ze waren in een ingewikkeld gesprek vermeng terwijl ik er maar een beetje naast stond en af en toe iets zei. Ik kon het niet lekker volgen, had mijn hoofd er niet bij en was bezig met Wolfs zijn blikken te negeren. Na een tijdje had ik de rust opgezocht. Wolfs was samen met Romeo aan het opruimen en Mechels was zo onopvallend mogelijk haar kantoortje in gevlucht.

'Zullen zo we naar huis gaan?' Kwam Wolfs naast me staan en zette de bezem tegen het raam. Ik keek niet op, zei niets maar knikte. Ik kon mijn tong niet voelen, de woorden niet vinden en had het lef niet om hem aan te kijken. Ik durfde niet op te kijken. Bang voor zijn blik. Bang voor zijn bezorgde ogen en zijn smalle lippen. De lippen die hij vanmiddag op mijn wang gedrukt had. Op mijn wang!? Waarom überhaupt. En waarom daar. Ik was bang dat als ik op keek, zijn ogen de mijne zouden vinden. Ik zou in de zijne verdwalen. Eindeloos en onopgemerkt er in staren en alles en iedereen om me heen vergeten. Ik zou vast en zeker gaan blozen. Blozen van de schaamte van heel de situatie. Van het niet begrijpen van de code, en van het denken dat hij het echt meende en me daarvoor opbelde. Van de woorden die ik vervolgens in alle opwelling naar buiten had gegooid. De woorden die ik niet had mogen zeggen. De gevoelens die geheim hadden moeten blijven en waar Wolfs niks van af mocht weten. Nu wist hij het. Het kon niet anders. Toch? Hij weet nu wat ik van hem vind. Hij weet nu dat ik gevoelens voor hem heb, hoe ik over hem denk. Dat ik van hem hou. Ik kon er niet mee om heen, hij wist het. Ik beet op mijn lip en kneep mijn ogen stevig dicht. 'Gaat het?' werd er voor de zoveelste keer die avond gevraagd. Hij legde zijn hand op mijn schouder. Van de schrik keek ik op. Recht in zijn blauwe bezorgde ogen. Recht in het gezicht van de man. De man die zoveel gevoelens bij mij los maakte. Ik hou niet van hem. Ik hou niet van hem. Ik hou niet van hem. Ik wil niet van hem houden. Sprak ik mezelf in gedachte toe terwijl ik ondertussen al weer in zijn ogen verdwaald was.  

Door het vuur   Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu