H43.

1.1K 48 9
                                    

Wolfs

Voel goede moet, met het beetje zelfverzekerdheid dat ik nog in me had, zette ik een stap naar voren. De vrouw die verderop met haar rug naar me toe gekeerd stond was het enige wat ik zag. De drukke omgeving om me heen had ik voor mezelf afgesloten. Alleen de vrouw z'n 15 meter bij mij vandaan kon ik zien. Ik herkende de paardenstaart, het zwarte leren jasje en strakke zwarte spijkerbroek als geen ander. De vrouw kon maar een iemand zijn. Het was Eva.

'Eva.' bracht ik stamelend naar buiten. Mijn stem klonk schor door de plotselinge droogte in mijn keel. Mijn hoofd leek ineens te tollen door de opkomede stress en mijn zenuwen gierde door mij lijf. Alle zekerheid zakte in mijn schoenen.

De vrouw voor me draaide zich om en keek zoekend om haar heen. Niet helemaal zeker of ze het gehoord had herhaalde ik mezelf. 'Eva.' Bracht ik opnieuw naar buiten. Deze keer harder maar met dezelfde moeite. De ogen van de vrouw gingen de omgeving af en vonden al gauw de mijne. Ik slikte bij het zien van de hardheid die rond haar gezicht stond. Haar ogen stonden furieus. Een duidelijke aversie was te zien. Ongemakkelijk wankelde ik wat heen en weer terwijl mijn gedachten overuren draaiden. Bijtend op mijn lip keek ik naar de vrouw die twijfelend een stap dichterbij zette. Ze keek een paar keer schichtig om haar heen, maar toen ik haar blik wilde volgen kon ik niets zien. Het was enkel bedoeld om de confrontatie met elkaar nog even te voorkomen. Om het moment nog even van zich af te duwen. Om nog even tijd te rekken. Ik herkende het. Het liefst rende ik nu ook weg, maar kon in wekelijkheid geen stap verzetten.

Ik schok toen Eva's ogen de mijne weer kruisten. Haar blik was zachter deze keer en met haar ogen in de mijne gehaakt zette ze een paar stappen naar voren. Het leek wel naar mate ze dichterbij kwam, hoe zachter haar blik werd. De boosheid leek weggeëbd te zijn en leed kwam naar boven. Tranen vormde er in mijn ogen maar wist ze binnen te houden door hevig te knipperen. Langzaamaan vond ik mijn voeten terug. Mijn spieren leken te ontdooien en brachten mijn lichaam naar Eva toe. Op z'n 5 meter afstand hielen we beiden onze pas en keken elkaar diep in de ogen aan. Niet wetend wat te zeggen noch wat te doen.

'Hey.' Verbrak Eva uiteindelijk de stilte. 'Hoi.' wist ik haar in dat ene woordje stotterend te begroeten. Ze glimlachte moeizaam. Zeg maar gerust als een boer met kiespijn.

'Is het gelukt?' Bracht ik haperend naar buiten. Eva knikte kort en maakte haar ogen los uit de mijne. 'Ik zou hier anders niet staan.' Mompelde ze. Ik glimlachte flauw. Daar had ze gelijk in.

'Je weet dat je dat echt niet had hoeven doen toch.' 'Weet ik.' Keek Eva op. 'Maar ik wilde probleemloos het land uit kunnen.' Lachte ze gemeentjes. 'Bovendien verdienen ze het. Hadden ze me maar beter moeten behandelen.' Ik trok mijn wenkbrauwen op en maar zei maar niets. Niet wetend wat en wat gepast zou zijn. Dit wat Eva nu geflikt had zou ik nooit van haar durven vragen. Ze had de keuze en het plannetje volledig zelf bedacht en mij via de mail erover ingelicht. Het enige wat ik hoefde te doen was haar oppikken van vliegveld. Dat was alles.

Eva zette haar koffers op de grond en rekte zich uit. Ik pakte de koffer van de grond en glimlachte stijfjes. 'Hoe was je vlucht?' Vroeg ik maar om de ongemakkelijke stilt te doorbreken. 'Prima.' Knikte Eva en trok haar leren jasje uit die ze om haar middel knoopte. Met 27 graden was dat veel te warm natuurlijk. En door het nog kille lente weer in Nederland was ze helemaal niet gekleed op deze aangename Braziliaanse dag. 'Zullen we ergens iets gaan drinken?' Vroeg ik voorzichtig. Eva knikte en tilde haar rugzakje weer op haar rug. Met de koffer in mijn hand begeleide ik haar naar de uitgang waar we de stalende zon in liepen.

Onrustig roerde ze met het lepeltje in haar kopje koffie en tikte op de rand. Zelf blies ik even en nam voorzichtig een slok terwijl ik groef naar woorden. 'Waarom heb je het zo gedaan?' Verbrak ik de stilte. Eva keek op. 'Hoe bedoel je?' 'Waarom heb je ze voorgelogen?' Formuleerde ik mijn vraag beter. Preciezer. De harde waarheid daardoor hardop uitsprekend. Eva haalde niet wetend haar schouders op.' Ik weet het niet precies. Toen ik eenmaal alle informatie had, heb ik dagenlang gepiekerd. Ik wilde je aangeven. Je verraden. Maar wilde je tegelijkertijd ook weer ontzettend graag opzoeken.' Mompelde ze terwijl ze met het lepeltje nog altijd in haar kopje roerde. 'Maar waarom ben je dan zo weggegaan?' Had ik nog geen duidelijk antwoord. Toen Eva me over de mail over haar plannetje verteld had was ik niet meteen enthousiast. Natuurlijk vond ik het heerlijk dat ze kwam. Zo bedoelde ik het niet. Maar ik kon gewoon niet begrijpen waarom ze al haar schepen achter zich moest verbranden. Waarom moest ze onze collega's voorliegen. Ze der in luizen.

Door het vuur   Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu