Hoofdstuk 21: Awkward

67 6 4
                                    

Voorzichtig pakt Aurora zijn hand vast. Peter trekt haar uit haar bed en zij valt bijna op hem. Peter neemt snel afstand voordat er iets ongemakkelijks gaat gebeuren. Hij houdt haar beide handen vast en knipoogt. "Wat is er?", vraagt Aurora. "Trek iets warms aan. We gaan naar buiten", zegt Peter en laat haar handen los. Zonder tegen te spreken trekt ze een spijkerbroek en een dikke trui aan. Peter staat bij het raam te wachten. Aurora loopt naar hem toe en kijkt het raam uit. "Ik weet niet of dit wel zo'n goed idee is," zegt ze twijfelend, "Mijn moeder komt overal achter en het kan best gevaarlijk zijn 's nachts in Londen", zegt Aurora waarop Peter reageert: "Weer die moeders, hè? Ze houden je ook tegen van alles", zegt Peter en rolt met zijn ogen. "Oké, oké. Dan ga ik wel mee", zegt Aurora en wil uit het raam klimmen. "Ho, ho, ho. Wat doe je? Dat is veel te gevaarlijk", waarschuwt hij haar. "Hoe wil je dan buiten komen?", vraagt ze. "Vliegend", zegt Peter zacht en krabt op zijn hoofd. "Vliegend? Nou, als jij kan vliegen, ga je gang. Neem mij dan ook gelijk mee", zegt ze sarcastisch. Peter tilt haar op met twee armen en springt het raam uit. Aurora geeft een gil en dan is ze gelijk weer stil. Niemand mag haar natuurlijk horen. Peter vliegt naar het pleintje in de buurt van haar huis en landt daar neer. Hij zet Aurora weer op de grond. "Wat is er net gebeurd?", vraagt Aurora geschokt. "Je zei dat ik moest vliegen en dat ik jou mee moest nemen", antwoordt Peter. "Dat was sarcastisch." "Oh..." "Kun je al je hele leven vliegen?" "Nee, dat kon ik pas toen ik een elf werd, maar dat is een lang verhaal." Aurora knippert een paar keer met haar ogen om te kijken of ze dit droomt of dat het nu echt gebeurt. "Ik heb tijd", zegt ze en gaat op het houten bankje zitten dat achter hun staat. Peter is verbaasd dat iemand geïnteresseerd is in zijn levensverhaal. Een deel ervan in ieder geval. Hij gaat naast haar zitten en begint bij de messteek die hij van Kilian Jones had gekregen. Hij vertelt het haar in details en Aurora luistert. Af en toe knikt ze met haar hoofd als teken van begrip. Als Peter klaar is met vertellen, vraagt hij: " Vind je dit niet allemaal heel erg raar klinken?" "Ja wel, maar het lijkt alsof je de waarheid vertelt", antwoordt ze en glimlacht. Haar tanden en ogen glinsteren in het maanlicht. Ze zeggen niets en de enige geluiden die ze horen, zijn de wind die door de bomen waait en de voorbijkomende auto's. Peter is kouder gekleed dan Aurora, maar toch blijkt Aurora het kouder te hebben. Peter kijkt vanuit zijn ooghoeken naar Aurora die haar armen om zichzelf heen heeft geslagen. Ze bibbert en Peter wilt daar iets tegen doen, maar doet uiteindelijk niks. "Kun je me zo naar huis terugbrengen?", vraagt Aurora. "Oké", zegt Peter een beetje teleurgesteld. Hij kon hier nog best wel een tijdje blijven zitten. Hij steekt zijn handen in zijn zakken en maakt een gebaar met zijn hoofd. Peter staat op en Aurora volgt hem. "Gaan we niet vliegen?", vraagt ze en ze houdt haar handen achter haar rug. "Wil je dat?", vraagt Peter. Aurora knikt en Peter tilt haar op. Ze moet giechelen en Peter maakt een sussend geluid. Ze is gelijk stil en houdt haar lippen op elkaar.
Peter legt haar in haar bed neer. "Peter?" "Ja?" "Blijf je hier vannacht?" "Ik weet 't niet. Misschien is het beter als ik naar huis ga." Aurora kijkt betreurd en Peter ziet dat. "Maar ik kan nog wel eventjes blijven", zegt hij en knipoogt. Hij gaat naast haar zitten op haar bed. Ze zeggen beiden niets. Peter merkt dat ze hem aanstaart en kijkt haar ongemakkelijk aan. Ze buigt haar hoofd naar hem toe en Peter neemt een beetje afstand. Ze komt steeds meer dichterbij. Peter voelt haar warme adem en haar lippen raken de zijne.

A different Pan story...Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu