10

1K 63 1
                                    

Ik schrok wakker. Ik keek om me heen en zag dat  ik in mijn eigen kamer lag. Ik zwaaide mijn benen over de rand en wreef in mijn ogen. Ik had de kleding aan van gisteravond. Mijn shirt was gescheurd bij de schouders en mijn broek was gescheurd van mijn bovenbeen tot mijn knie. Mijn haar stond alle kanten op en er zaten tientallen klitten in. Een deel van mijn haar plakte aan mijn voorhoofd. Ik stond zuchtend op en liep naar de badkamer. Ik dacht aan gisteravond. Het laatste wat ik me kon herinneren was de pijn die door mijn lichaam schoot. Ik keek naar mijn nagels, ze waren even afgebeten als normaal. De lange nagels die ik gisteravond zag waren verdwenen. Ik keek in de spiegel en zag mijn verwarde gezicht. Er zaten wat bloedspetters op m'n gezicht. Ik besloot te gaan douchen. Ik draaide de kraan van de douche aan en kleedde me om. Ik deed mijn sokken uit en voelde de koude tegels onder mijn blote voeten. De warme stralen spoelden de bloedvlekken weg. Ik reikte net naar de shampoo-fles toen ik mijn benen onder me weg voelde glijden.

Ik struikelde naar achter en probeerde met mijn handen grip te vinden op iets. Ik voelde de kraan en probeerde het vast te pakken. Mijn hand gleed weg. Ik voelde mezelf neerkomen tegen de kraan, mijn achterhoofd deed zeer. Mijn ogen werden wazig door het bloed. Ik hoestte en hoorde snelle voetstappen op de trap. 'Claire! Claire! Oh God, meisje toch!' Ik zag mijn moeder voor me staan. Ze werd langzaam wazig. 'Mam.' Perste ik eruit. Het laatste wat ik zag was mijn moeders verschrikte gezicht.

Ik knipperde met mijn ogen tegen het felle licht. Ik deed mijn ogen half open en zag het kale plafond boven me. Ik had geen idee waar ik was. De lichten deden pijn aan m'n ogen. Ik draaide mijn hoofd moeizaam opzij en zag een vrouw naast me. Ik realiseerde me ineens dat ik op een bed lag. Ik voelde de zachte deken tegen mijn handen. Er zat een saturatiemeter om mijn vinger, het voelde raar aan. Ik hoorde de vrouw haar stem ver weg. 'Het komt goed.' Hoorde ik haar zeggen. Ik draaide m'n hoofd naar de andere kant en zag mijn moeder lopen. Ze jogde om mijn bed bij te kunnen houden. Ze greep mijn hand vast en wreef over mijn hand. 'W-wat gebeurt er?' Mompelde ik. 'Je hebt een gat in je hoofd, je wordt geopereerd.' Hoorde ik de vrouw zeggen. Ik schudde mijn hoofd. 'Nee, het gaat wel, echt.' Ik draaide mijn hoofd moeizaam naar de vrouw. Ze negeerde me en keek strak voor zich uit. Ik draaide mijn hoofd weer terug naar mijn moeder en zag dat ze werd tegengehouden door een mannelijke verpleger. Ik hoorde een hees geluid uit m'n keel komen. 'Ik wil bij haar blijven! Laat me los!' Schreeuwde mijn moeder. Ik zag dat de man haar stevig vasthield en haar meetrok. Ik keek haar moeizaam na.

Het bed rolde twee grote deuren binnen. De verplegers om me heen praatten druk met elkaar. Ik voelde mijn hoofd bonzen. 'Je gaat even slapen.' Zei een verpleegster. Ze stak een spuit in de lucht en testte of hij het deed. Ik schudde wild mijn hoofd. Mijn ergste angst was een spuit. Ik probeerde te gillen. 'Rustig maar, alles komt goed. Je gaat alleen maar even slapen.' De vrouw keek me vriendelijk lachend aan. Ze stak de spuit snel, maar voorzichtig in mijn arm. Ik voelde een kort prikje. Daarna voelde ik mijn oogleden zwaar worden. Ik probeerde ze in alle macht open te houden en knipperde ermee. Het lukte me niet, mijn ogen vielen dicht.

Ik stond in een grote brede tunnel. Het was er donker, maar verderop brandde een licht. Ik voelde dat mijn benen in beweging kwamen. Ineens begon ik te rennen. De duisternis leek me achterna te zitten. Ik hoorde fluisterende stemmen om me heen. 'We raken haar kwijt..'  Ik keek verschrikt om me heen en rende steeds harder. Het licht kwam dichterbij. Nog een paar stappen.... De fluisterende stemmen jaagden me op. 'Kom terug meisje!'  Ik schudde mijn hoofd en rende door. Het licht prikte in mijn ogen. Ineens stopte ik. Het licht was een paar centimeter van me verwijderd. Er kwam een persoon aanlopen. Langzaam werd zijn lichaam duidelijker. Het was Sebastian. Ik voelde mijn hart een sprongetje maken van opluchting. Ik probeerde naar hem toe te rennen, maar mijn benen werkten niet mee. De stemmen om me heen werden steeds harder. 'Opladen tot 100!'  Ik bleef naar Sebastian's gezicht kijken. Hij keek wanhopig. 'Claire, je moet hier weg.'  Zei hij. Ik schudde wild mijn hoofd. 'Ik wil met jou mee, ik ben hier niet veilig.'  Ik wees de duisternis achter me aan. Sebastian boog zijn hoofd. Hij kwam langzaam dichterbij. Ineens stond hij voor me. Hij leek wel licht te geven. Ik zag nu pas de twee prachtige engelenvleugels achterop zijn rug. 'Claire, je moet teruggaan.'  Hij keek me aan. Ik schudde wild mijn hoofd. 'Kom op! Kom op!'  Schreeuwde een stem achter me. 'Ga terug.' Sebastian's ogen stonden duister. Ik stapte langzaam naar achter. 'Sebastian...'  Hij schudde zijn hoofd en keek me aan. Zijn ogen stonden vol verdriet. 'Je moet weg Claire, ga weg.'  Hij stapte naar achter. Ik stapte nog verder van hem weg. Sebastian draaide zich om. Hij stond met zijn rug naar me toe. Ineens draaide hij z'n hoofd om en keek me aan. Er brandde vuur in zijn ogen. 'Sebastian...'  Zijn vleugels verkleurden. Langzaam werden ze donkerrood. Ik schrok. De kleur van vers bloed.. De donkerrode vloeistof droop op de grond van de tunnel. Ik voelde mijn benen in beweging komen en begon te rennen. Ik keek al rennend over mijn schouder. Sebastian vatte langzaam vlam. Ik gilde en voelde de tranen over mijn wangen glijden. Ik rende steeds sneller weg van het licht. Ik keek weer achterom. Sebastian zakte op zijn knieën. 'Kom meisje!'  Ik hoorde de stemmen om me heen gillen. Ik huilde. Sebastian ging dood, hij IS dood. 

'We hebben een hartslag!'  Ik knipperde met mijn ogen en keek recht in het gezicht van een vrouw. Ik hoorde mensen om me heen zuchtten. Ik probeerde overeind te komen en voelde mijn achterhoofd bonzen. 'Claire, blijf maar liggen. De operatie is fout gegaan. Je bent een uur lang helemaal weg geweest.' Ik trok mijn wenkbrauwen op. 'W-was ik dood?' Ik dacht aan Sebastian die al brandend op de grond lag. Ik voelde de paniek op m'n schouders drukken. 'Sebastian...., ik zag hem..., ik moet naar hem toe.'  Ik schopte de dekens van me af en wou overeind komen. De vrouw duwde me terug. 'Claire je moet echt even blijven liggen.' Ik schudde wild mijn hoofd. 'Nee, nee, ik moet naar Sebastian.'  De vrouw keek me al nee-schuddend aan. Ik werd boos. 'Het moet, laat me los.' De vrouw had mijn pols gepakt ze liet hem snel los. 'U moet echt even blijven liggen, anders-' Ik rukte de dekens van me af en sprong uit het bed. De vrouw greep mijn arm. Ik rukte me uit haar greep en rende de grote deuren van de operatiekamer door. Ik rende door de ziekenhuisgangen. Eindelijk zag ik de voordeur van het ziekenhuis. Ik duwde de deur open en snoof de buitenlucht in. Ik keek snel om me heen. Ik wist niet waar ik heen moest. Ik volgde mijn gevoel en rende naar Blackwood. De ziekenhuispyjama waaide over mijn benen. Ik voelde tranen prikken achter mijn ogen. Sebastian kon niet dood zijn, het kon gewoon niet... Maar hoe kon ik hem dan zien terwijl ik dood aan het gaan was?


Bitten by an Alpha #1Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu