50.

223 20 2
                                    

Jenelle:

Ik word wakker met een knagend gevoel. Ik kan me gewoon niet meer herinneren waarom ik me heb aangeboden voor deze spelen? Ik had toch ook gewoon dat kleine meisje kunnen laten gaan? Dan had ik dit niet allemaal hoeven meemaken. Maar dat kon ik niet. Ik kon het gewoon echt niet.

Ik ben anders, anders dan alle mensen in het Capitool. Ik wil niet zeggen dat niemand gevoel heeft of zo, want dat is echt niet zo. Er zijn heel veel mensen die meevoelen met iedereen. Dat zag je elk jaar in de spelen. Iedereen had favorieten en voelde met ze mee als er iets gebeurde. Maar niemand zal zich vrijwillig aanbieden als tribuut. Niet dat ze daar voor dit jaar daar de kans voor hadden. Voor het jaar dat alles anders werd.

Ik had niks tegen het Capitool. Ik vond alles wat ze deden wel goed, maar de hongerspelen gingen voor mij een beetje ver. Het was wel goed dat ze iedereen herinnerde dat er rust moest blijven, maar niet door ze te vermoorden. Sinds de opstand weet ik ook dat ze daar helemaal geen eten kregen. Het Capitool vertelde ons altijd dat ze gewoon genoeg eten hadden. Ze verzwegen en logen dus een heleboel.

Maar het maakt ook allemaal niet uit. Het is zoals het is. Ik zucht. Waarom moet ik nou zo veel nadenken?

'Jenelle? Ben je al wakker?' hoor ik Anderson vragen.

'Ja ik ben wakker' mompel ik. Wat moet hij nou weer? Ik ben er een beetje klaar mee sympathiek en aardig te zijn. Kom op Jenelle, zeg ik tegen mezelf. Je hebt er niks aan om onaardig te zijn.

'Heb je even tijd ik wil even praten' hij kijkt me onzeker aan en ik gun hem een glimlachje. Misschien gaat hij zich daar wel beter door voelen. Ik knik naar de koude stenen naast me en onwennig gaat hij daar zitten. Ik verwacht dat er een heel verhaal komt over Austin en hoe hij hem mist maar zijn woorden verbazen me. Het is maar één korte zin maar hij heeft gelijk mijn aandacht. 'Misschien weet ik hoe we kunnen ontsnappen'

'Hoe?!' vraag ik terwijl ik opveer. Hij kijkt me grijnzend aan.

'Je dacht zeker daar komt die sukkel zeuren over zijn vriendje hè' Ik kijk hem beschaamd aan. Hoe kan hij dat nou doorhebben? Hij lacht terug.

'Maar wil je mijn plan nou nog horen?' vraag hij. Ik begin heftig te knikken. 'Oké, ik dacht dus dat krachtveld dat om de arena heen zit, dat kan toch niet helemaal door de grond heen gaan?' Hij kijkt me vragend aan en ik kijk nadenkend terug.

'Misschien wel' mompel ik, ik snap waar hij heen wil. 'Maar het is het proberen waard.'

'Je snapt wat ik wil doen?'  vraagt hij.

'Ja, we graven onszelf de arena uit.' glimlach ik.  

If we burn, you burn with us ~The Capitol games (NL) ~Finished~Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu