Rasta hoofdstuk 5

100 5 2
                                    

Hoofdstuk 5

“Rasta. Rasta? word je wakker? Ik ben het, mama!”

“Wat een schatje, he?”

“Spitfire, wanneer kunnen we naar de weide? Ik lig hier nu al een dag. En voor Rasta wordt het wel eens tijd om naar de weide te gaan”

“Ik heb gehoord dat jullie vanmiddag naar buiten kunnen. Spot zou ook buiten staan.”

“Papa, mama, gaan we naar buiten?”

“Ja, schat.”

“Wauw, wat is het mooi, mama!”

“Ik weet het, Rasta”

“Ik blijf voor eeuwig bij jullie. Mama en papa. ik zal jullie nooit kwijt raken. We blijven voor altijd bij elkaar”

“Ja, Rasta… voor altijd…”

Voor altijd… altijd… eeuwig…

Ik schrik wakker. Het was een droom! Mama, papa. we zijn misschien niet bij elkaar… maar jullie houden een plek in mijn hart.

Ik begrijp dat ik mama en papa voor altijd ben verloren. Maar jullie blijven bestaan voor mij.

“Rasta… ik had een enge droom, mag ik bij jou slapen vannacht? Mama is er niet, en ik wil gewoon bij jou liggen.” Natuurlijk, Sierra…

“Ja, kom maar hier liggen.” Hij komt tegen me aan liggen. Dus zo voelt het om een kleintje bij je te hebben.

Behoedzaam blijf ik wakker. Wakker om op Timmy te letten. “Rasta? ik weet dat mama er niet meer is.” Er komt een droevig stemmetje uit Timmy’s mond. “Kan ik je mama noemen? Ik wil een mama hebben.”

“Natuurlijk mag dat, schatje.” En hij valt langzaam in slaap.

MustangWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu