Hoofdstuk 25

1 0 0
                                    

25 Noutolu

Er kwam een net over ons heen, en dat net was van metaal. We probeerden te zien wie het net had gegooid, maar de bovenkant van het net was potdicht, en de onderkant begon dicht te groeien, waardoor we van een net in een ijzeren kooi belanden. De kooi werd ijskoud van binnen, en toen werd alles zwart, met witte stippen. (Ik weet niet waarom ik zo raar flauwviel.)

Toen ik weer bijkwam zag ik dat ik in een bed lag. Mijn bed! Ik liep naar buiten, en zowaar, ik was op mijn eiland, terug thuis! Het was dus allemaal maar een droom! Er klopte alleen 1 ding niet, Denyr lag in de lucht, en Dirana was nergens te bekennen. Denyr werd wakker. "Hoi Denyr," zei ik. "Waarom zijn we bij mijn afgebrande dorpje?" "Huh?" "Dat is mijn afgebrande dorpje!" "Maar dit is mijn eiland. Dat kan toch niet, tenzij... dit een projectie is! Wie je ook bent, we hebben je door!" "Wat jammer. Ik was best trots op mijn projectie," zei een stem, waarna de projectie uitviel. Ze waren in een grijze kamer met 1 deur. "Laat ons hieruit!" riep ik. "Nee, jullie zijn mijn proefkonijnen." "Waar is Dirana?" "In de kamer naast die van jullie ligt ze dood te gaan." Ergens vanbinnen ging er iets verkeerd. "NEE!" riep ik. Bezeten door pure woede ramde ik door de deur en ging naar de kamer hiernaast. Die er niet was. "WAAR IS ZE?!" "Zeg ik niet." "WAAR IS ZE?!!!" "Dit levert geweldige data, weet je dat wel?" "IK VERMOORD JE!!!" "Kom het maar proberen, naar links, en dan de tweede deur rechts." Maar ik was, ondanks mijn woede, niet dom. Ik ging naar rechts, en toen de tweede deur links. Daar zat een kleine man, die bezig was knopjes in te drukken en videoschermen te bekijken. Toen ik binnenkwam draaide hij zich om. "Hallo Noutolu, Denyr is nog in de kamer?" Maar dat was het laatste wat hij zei. Geloof me, je wilt me niet tegenkomen als ik boos ben. De details zal ik je besparen, maar de man stierf. Nog steeds vol woede rukte ik deuren open en doorzocht kamers, Denyr deed helemaal niks, hij was nog bezig met bijkomen van alle schokken die hij had gekregen.

Uiteindelijk vond ik de kamer met Dirana. Ze lag vastgebonden op een tafel met een soort van installatie boven haar hoofd, uit die installatie kwam elke tien seconden een druppeltje water, die op haar voorhoofd viel. Praten kon ze niet, want haar mond was dichtgeplakt met plakspul. Ze keek me hopeloos aan. Ik probeerde haar los te maken, maar dat lukte niet. Uiteindelijk gaf ik het op en ging op zoek naar iets om haar los te maken. Ik kwam in een heleboel kamers, maar het enige bruikbare was een paperclip. Ik ging terug naar Dirana, die nog steeds vastgebonden op een tafel lag. Ik probeerde met een paperclip een slot te openen, maar dat lukte niet. Toen viel er ineens elke negen seconden een druppel water. Ik begreep dat hoe vaker ik faalde, hij sneller het water viel, en als ik tien keer faalde, overstroomde de bak onder Dirana en verdronk ze. Ik probeerde een ketting te breken met magie, maar ook dat faalde. 8 keer falen over. Er moest toch een manier zijn. Ik ging weer weg en zocht in nog meer kamers, er was nog steeds niets bruikbaars. Op een gegeven moment bedacht ik me dat ik ramen kon breken en dan de scherven kon gebruiken om in elk geval het plakspul te verwijderen. Dus ik brak een raam en verwijderde het plakspul. "Bedankt, dat is in elk geval iets. Help me alsjeblieft ontsnappen, ik weet niet hoeveel langer ik dit nog vol hou, dat water is een marteling." "Ik bedenk wel iets," zei ik, maar daar was ik niet zo zeker van. Opeens bedacht ik me dat ik een zwaard had, en dat die man dat zwaard ergens heeft verstopt. Ik ging nog meer kamers onderzoeken, het was alsof dit huis een miljard kamers had. Nadat ik alle kamers had gehad, had ik drie bruikbare dingen gevonden. Een kachel, smidspullen en een brok ijzer. Ik stak de kachel met magie aan, en begon met smidje spelen. Ik vormde het blok staal tot een tweekantig zwaard, met een handgreep in het midden. Ik ging terug naar Dirana. Toen ik weer binnen was ging de deur op slot. Kon er ook nog wel bij. Ik probeerde Dirana met mijn creatie te bevrijden, maar na 7 slagen had ik haar nog niet bevrijd, en druppelde er elke seconde een druppel water. Dit ging helemaal niet de goede kant op. Ik moest nog een klein stukje... en daarna nog vier kettingen. Nog meer slecht nieuws, als Dirana verdronk, stroomde de rest van de kamer ook vol, en verdronk ik ook.

Daar waren we dan, in een kamer die volliep met water als ik nog 1 fout maakte. "Noutolu?" "Ja?" "Als we dood gaan, wil ik dat je weet dat ik van je houd." "Ik hou ook van jou," zei ik, waarna ik haar kuste. De kettingen gingen ineens los, en de deur ging open. We waren vrij.

We haalden Denyr op, en liepen het gebouw uit. Maar wat we daar zagen...

Geen Vakantie (OnzinPower)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu