22.

10.7K 211 106
                                    

Joehoe! Een extra lang hoofdstuk, omdat het best een tijdje geleden is... sorry

-----

De ambulance reed met vol gas het ziekenhuis terrein op. Isabelle kon haar ogen niet van Sophie afhouden. Ze zag er niet uit. Haar ogen waren opgezwollen, sporen van tranen liepen over haar wangen en hier en daar zaten flinke blauwe plekken op haar huid. Die kwamen door de val van de trap. Sophie had een zuurstofmasker op. Heel de weg had Isabelle haar hand vastgehouden. Ze kneep er soms in, maar er kwam geen reactie terug.

Iedereen stapte uit de ambulance. Ze liepen door het gangenstelsel van het ziekenhuis. Isabelle liep voorop met een van de ambulancebroeders. 'Uit de weg! Ga verdomme aan de kant!!' riep Izzy. De ambulancebroeder probeerde haar een beetje in toon te houden, zonder succes. Ze werd niet rustig, niet tot ze wist of het goed ging met Sophie of niet.

Sophie werd op de brancard door een paar klapdeuren geduwd. Izzy wilde haar volgen, maar werd tegengehouden door een zuster. 'Mevrouw, u mag hier niet door.' Isabelle keek haar verontwaardigd aan en zette haar resting bitch-face op. 'U gaat mij dus mooi NIET vertellen wat ik wel en niet mag doen. Excuseert u mij.' Ze duwde de zuster aan de kant en sprintte door de deuren.

'Houdt haar tegen!' schreeuwde de zuster in paniek. Izzy keek chaotisch om zich heen. Overal waren deuren. Overal waren artsen, die haar raar aan keken. Twee mannen kwamen de deur door stormen en renden achter Isabelle aan. 'STOP!' riepen ze. Isabelle keek een keer over haar schouder. Daardoor zag ze de arts die in haar weg stond niet. Ze botste volop tegen hem en vielen beiden op de grond. 'Oh sjesus zeg', mompelde de arts. Izzy probeerde zo snel mogelijk op haar blote voeten te staan. Maar het was te laat, de twee mannen die haar achtervolgde, hadden haar eindelijk ingehaald. Ze grepen beide een arm vast en trokken haar omhoog. 'NEE! Laat me los! Vieze, vuile klootzakken! Ik wil alleen m'n beste vriendin zien!' Ze probeerde haar armen los te krijgen. Maar de twee mannen hielden haar stevig vast. Ze deed nog een poging om een van de mannen te schoppen. Maar ze deed alleen haar eigen voet zeer.

'Jongedame, probeer eens rustig te worden', zei een van de mannen. Izzy keek hem recht aan. Haar ogen spuwde vuur. En toen ineens brak ze. Ze viel op haar knieën. Tranen vonden hun weg over haar wangen. 'Ik wil... alleen maar... mijn vriendin zien', snikte ze. De arts, die er nog steeds stond, ging door zijn knieën en tilde haar kin op. 'Het komt allemaal goed. Je vriendin is in goede handen.'

'Hoe weet jij dat nou weer?! Ze kan net zo goed hersendood zijn of zo!?' Zijn hand lag op haar wang en hij veegde een traan weg. 'Het komt allemaal goed. Ik heb er vertrouwen in. Kom, laten we naar de wachtkamer gaan om iets te drinken voor je te halen.' Isabelle wist niet wat haar bezielde, maar ze liep met de arts mee. Misschien kwam het door zijn geruststellende stem. Haar twee achtervolgers liepen nog steeds mee, totdat de wachtkamer in zicht was. Ze namen afscheid en wensten haar sterkte toe.

Isabelle en de arts namen plaats op twee stoelen. 'Kan ik iets voor je halen? Koffie, thee, water?' Ze keek naar zijn namenplaatje. "dr. N.A.F.T. de Vries". Zijn vraag kwam niet aan in haar hoofd. Hij kuchte uiteindelijk en haalde haar uit haar gedachten. Ze keek hem gedesoriënteerd aan.

'Doe maar een watertje', antwoordde Isabelle. De arts liep weg en Izzy bleef snikkend achter. Ze zag in haar ooghoeken allerlei mensen zitten. Een ding hadden ze allemaal gemeenschappelijk. Ze waren allemaal bezorgd. Ze hadden allemaal vragen. En ze waren allemaal rusteloos. Ieder persoon in de ruimte gaf op een andere manier vorm aan zijn of haar gevoelens. Sommigen waren aan het bidden. Anderen waren geliefden aan het troosten. En weer anderen liepen nerveus heen en weer door de ruimte. Na wat een eeuwigheid leek, kwam de jonge arts eindelijk aanlopen. Hij reikte haar het bekertje aan. 'Uw watertje, jongedame.'

Ze pakte het aan en knikte dankbaar. Hij verscheen een kleine glimlach op zijn gezicht en hij nam plaats naast haar. Er was heel even een awkward stilte. De arts onderbrak als eerste de stilte. 'Zou ik een vraag mogen stellen?'

Het Verlangen [18+]Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu