De koning is dood, lang leve de koning

392 55 10
                                    

Iedereen staart me de volgende morgen aan als ik met een bal linnen door de gangen loop. Mijn hoofd hangt laag en bloed is uitgesmeerd op mijn armen en gezicht. Ik zie eruit als een spook, en iedereen doet een stap voor me achteruit.

Veel wezens, vooral Vleermuizen, zinken op hun knieën als ik voorbij komt. Ik reageer niet en blijf mezelf naar voren slepen. Mijn stappen zijn traag, vermoeid. In mijn ooghoeken zie ik groepjes met Rileys hofhouding ineengedoken op de grond terwijl ze bedreigt worden door Vleermuizen met wapens.

Ik voel me niet machtig, of trots, of zelfverzekerd. Mijn lichaam voelt vanbinnen doods aan, weggerot tijdens de nacht. Het voelt niet aan zoals altijd, reageert niet op de schokken die door me heen gaan. Mijn vingers strijken over de linnen in mijn handen, en ik ril.

Voor me liggen de grote deuren naar de troonzaal. Aan de zijkant hangen de holle karkassen van de ogers. Ze zijn nog gekleed in hun harnassen en hangen naar me toe, de ogen achter de helmen leeg. Vleermuizen klimmen zich tegen de ogers op, op zoek naar dingen van waarde. Het verbaast me dat ze nog niet omgevallen zijn met de horde wezens die over hen heen krioelt. 

In mijn ooghoek zie ik een bekend gezicht, en ik dwing mezelf om om te kijken. Bijna meteen heb ik er spijt van, als ik recht in de ogen van Samantha kijk. De vampier ziet er gesloopt uit, alsof de hele nacht heeft gevochten. Bloed loopt in een straaltje uit haar mond, en haar kleding ligt aan stukken. Ik houdt haar blik vast en ze kijkt me somber aan, zelfs een beetje teleurgesteld. 

Commotie in de troonzaal zorgt ervoor dat ik mijn blik weer naar voren richt. Bijna meteen trek ik mijn schouders naar achteren en steek mijn kin in de lucht. Ik laat me niet kennen, na alles gun ik ze het niet dat ze me vertrappen onder hun schoenen. 

De Vleermuizenkoning ijsbeert rond voor de troon van botten. Bas staat achter hem, hand op de troon alsof hij niet kan wachten totdat hij het bestijgt. Zijn ogen lichten op als hij mij ziet, en zijn blik valt dan op de bal stof in mijn handen.

De koning draait zich naar me om, ogen groot van verbazing. Een klein glimlachje spreid uit over zijn gezicht. 'Is het gelukt?' Ik zeg niks en loop naar voren. Het is doodstil in de troonzaal als ik mijn armen uitstrek naar de koning. Iedereen kijkt naar ons.

Mijn lichaam lijkt opeens tien kilo extra te wegen als de koning de bal uit mijn armen tilt en het voorzichtig vasthoud alsof het een troffee is. Langzaam slaat hij de doeken terug, en ik zie donker haar door de opening steken. Mijn lichaam verstrakt. Er is nu geen weg meer terug, als er al ooit een weg was geweest.

De doeken vallen op de grond, en de koning houd Rileys hoofd beet bij zijn haar. Triomfantelijk tilt hij zijn arm op, zodat iedereen het kan zien. 'We hebben gewonnen!' Rileys hoofd bungelt hoog in de lucht, ogen naar achteren gerolt en mond een stukje open. Ondanks dat ik me ervan bewust ben dat hij dood is, heb ik het gevoel dat hij elk moment tot leven kan komen.

De boodschap verspreid zich razendsnel door het kasteel, en even later staat de hele zaal vol met Vleermuizen. De massa om me heen verstikt me, en ik hap naar adem. Ik hoor hoe ze voor de koning en mijn juichen, maar het geluid klinkt hol in mijn oren.

Dan klinkt er een hartverscheurende schreeuw door het kasteel, en ik sluit mijn ogen terwijl ik alles probeer buiten te sluiten.

Snel daarna wordt Bas gekroond als de nieuwe koning van Ergens. Hij grijnst breed als de kroon op zijn hoofd wordt gezet. Ik bal mijn vuisten langs mijn lichaam en kijk toe hoe een of andere Vleermuizen priester zijn zegje doet. Mijn ogen prikken, maar ik durf me niet te bewegen.

Diezelfde dag nog worden er grote feesten gehouden ter ere van de nieuwe koning. Vleermuizen dansen om in brand gestoken meubels, de voormalige hofhouding van Riley wordt behandeld als slaven en bloed wordt in grote maten voor mijn ogen gespilt.

1: Valse belofteWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu