Celine Maria Finley

1.3K 58 8
                                    

Samantha en ik hadden nog een poosje gepraat, maar na een tijdje kwam een andere dienstmeid haar eraan te herinneren dat ze nog andere verplichtingen had. Sam bood nog snel aan om mijn kleding voor het diner uit te zoeken en klaar te leggen, maar ik wuifde haar aanbod weg en verzekerde haar dat het me zelf wel lukte.

   Tien minuten later zit ik nog steeds op mijn bed, met niks om aan te trekken. Dit is een tijd om te rouwen, niet om gezellig te gaan dineren met een monster. 

    Met een plof laat ik me op de vensterbank vallen. Ik kan ook gewoon niet opdagen. Nee, dan maak ik Riley alleen maar bozer. Als ik hier ooit weg wil moet ik hem te vriend houden. Als ik ooit de kans krijg om weg te komen met Rona en Rano in de buurt. 

     Ik kijk naar buiten, waar de zon achter de wolken steeds minder fel schijnt. Ze zullen me straks wel roepen. Ik leun tegen het raam aan en staar naar buiten. De doornstruiken bewegen in de tuin bij mijn slaapkamer, ook al is het windstil. Ze leven, letterlijk.

      Ondanks dat ik er tegen op zie, sta ik op en loop naar de de deur waarvan Samantha zei dat het mijn kledingkast was. Ze heeft het mis, dit is geen kleedkast, dit is een kleedkamer! Ik kijk naar de tot het plafond reikende planken vol hoeden, schoenen en andere accessoires. Lange rekken gevuld met jurken en blazers in de donkere kleuren van het kasteel.

     Stomverbaast neus ik door de rekken. Riley wil wel heel graag dat ik me op mijn plek voel. 

   Ik trek één van de vele veel te dure cocktailjurkjes uit de kast, een zwarte strapless met een tulprok. Voorzichtig leg ik de jurk over mijn arm heen, bang dat ik het peperdure ding scheur. Dit is belachelijk.

     Een snelle blik in de ouderwetse spiegel in de hoek van de inloopkast verteld me dat ik er niet uitzie. Mijn lievelings shirt mist een deel van zijn onderkant en mijn spijkerbroek is aan één kant helemaal opengescheurd. En dan heb ik het nog niet eens over mijn haar, een vieze warboel van donkerbruine krullen. 

     Ik open de deur naast die van de inloopkast en loop de badkamer in. Ik kijk naar het gigantische, ronde bad in het midden, die in de verhoging om hem heen is gegraven. Donkerrode en zwarte tegels geven het geheel een beetje een gothisch tintje. Een jasmijn achtige geur stijgt op uit het hete bad. 

      Voorzichtig trek ik mijn shirt uit, zodat ik niet over de striemen, veroorzaakt door de heg, ga. Nu weet ik dat het vluchten een verspilling van mijn tijd was. Ik had bij mijn ouders moeten blijven, bij mijn oom en tante, bij Simon. Ik had gewoon nooit een deal moeten maken met Satans zoon, dat is het. 

      Maar ik wou alleen maar wat extra tijd voor mijn broertje..

    Mijn snikken gaan verloren in het badwater, als mijn hoofd onderwater verdwijnt. Mijn achterhoofd knalt tegen de bodem, alleen weet ik niet waarom. Ik kan niet bovenkomen, ik wil niet bovenkomen.

    Minuten lijken te veranderen in uren. Mijn longen snakken naar adem, mijn hoofd naar een verzachting van de pijn. Het is mijn geweten die schreeuwt dat ik me niet moet verroeren. En dat doe ik ook niet.

     Boven me verschijnt het geschrokken gezicht van Samantha, omlijst door de zwarte vlekken die voor mijn ogen dansen. Is er soms iets mis? Ik wil van haar weg duiken, maar ik kan geen kant op en Samantha's handen klemmen zich om mijn bovenarmen. Haar nagels boren zich in mijn huid. Ik wil het uitschreeuwen, maar mijn keel is te ruw. 

       Hardhandig word ik uit het water getrokken. Happend naar adem leun ik tegen de badrand aan, maar die is veel te laag waardoor ik eroverheen kukel en op de zachte douchemat land. Mijn keel staat in brand! Kronkelend lig ik op mijn buik op de mat, snakkend naar de frisse, bloemgeurende lucht. 'Waarom?' schreeuwt Samantha bijna achter me.

1: Valse belofteWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu