Oranje bloemen

1.2K 54 1
                                    

De rest van de dag gaat als een roes aan me voorbij. Ralph neemt me mee voor een wandeling door een kasteel, die snel word onderbroken door een groep roodkappen die me staan op te wachten met in hun knuistjes messen en bijlen, Riley en ik eten samen met de andere leden van Rileys raad, die me zoveel mogelijk proberen te negeren, en ik staar naar mijn viool in mijn handen. Al dagen heb ik geen noot gespeeld, en ik heb er niet zo veel behoefte aan om Riley het te gunnen.

    Ik word verbaast wakker als de parlofoon aan de muur begint te kraken. 'Goede morgen.'

   Slaapdronken wrijf ik in mijn ogen. 'Samantha?' Het is even stil aan de andere kant van de lijn. 'Nee Celine. Ik heb ontbijt bij me.' Verrast ga ik rechtop zitten. Ze klinkt aarzelend, alsof ze bang is dat ik haar zal afwijzen. 'Kom binnen!' mompel ik.

    De deur gaat langzaam open. Celine's bruine ogen gaan langzaam door de ruimte voordat ze de deur verder openduwt. Op haar arm balanceren twee borden. De ene is volgeladen met croissantjes, ei en stokbroodjes die nog nadampen. Het andere bord is vrijwel leeg, op een boterham met... is dat Nutella? 

     In haar andere hand houd ze twee glazen vast. Eentje met sinaasappelsap en de andere met koffie. Celine ploft op mijn bed, zonder dat de vloeistof in de glazen ook maar beweegt. Ze zet de glazen op mijn nachtkastje en wipt het volgeladen bord van haar arm en zet het voor mijn neus neer. 

     Ik kijk onderzoekend van mijn bord naar haar terwijl ze afwezig aan haar brood knabbeld. Ze draagt haar korte haar in een slordige knot. Op haar hoofd zit een vliegersbril, die perfect past bij haar korset met meerdere riempjes. Ze draagt haar simpele, kniehoge laarzen, die overgaan in kniebeschermers die half verdwijnen onder haar groene jurk. En zoals ik al verwacht had heeft ze haar handschoenen aan. Ze lijkt uit een steampunk verhaal te zijn gestapt. 

      De koffie smaakt heerlijk, bijna lekkerder dan die mijn moeder altijd maakte. Ik verstrak. Zo mag je niet denken. Met een klap zet ik de koffie op het tafeltje. Celine houd me vanuit haar ooghoeken in de gaten, maar haar kauwende bewegingen gaan rythmisch door. Zonder iets te zeggen stop ik een stukje croissant in mijn mond. Hij smaakt opeens niet zo lekker meer.

     In stilte eten we ons ontbijt op, zij haar ene boterham en ik een paar dingetjes van mijn veels te volle bord. Celine lijkt net zo veel moeite te hebben met haar ontbijt als ik. Haar gezicht vertrekt iedere keer als ze slikt. Ik krijg medelijden met haar. 

      Als Celine eindelijk klaar is met haar broodje kijkt ze naar me op. 'Zullen we wandelen. Ik wil je iets laten zien.' 

    Wantrouwerig kijk ik haar aan. 'We gaan toch niet weer naar de roodkappen hé?' Lachend schud ze haar hoofd. 'Dan is het goed. Ik kleed me even om.'

     Terwijl Celine met de borden naar de keuken verdwijnt kleed ik me om. Een simpele jeans met trui. Celine zei dat het warm zou worden, maar ik weet zeker dat het voor mijn nog niet aangepaste lichaam vast vriest. Daarom pak ik een jas en prop ik een muts in mijn zak.

'Waar gaan we heen.' vraag ik. Celine loopt een stukje voor me uit, de perkamentrollen bungelen om haar middel. Ze heeft haar dolk niet mee. 

     Mijn vraag negerend slaat ze een pad in. Ik herken het. Het is de grote hal waar ik het kasteel binnenkwam. Bij de deuren blijft ze staan. 'Jullie kunnen gaan.' Haar ogen kijken dwars door me heen.

    Rano en Rona, die me als schaduwen overal naartoe volgen, komen achter de dikke pilaren vandaan. Rano zucht opgelucht, iets te overdreven. 'Zijn we eindelijk klaar, mensss?' Ze heeft het tegen Celine, die met toegeknepen ogen knikt en plotseling mijn arm grijpt. Ik schrik op. 'Mooi.' Ze glijden de zaal door, hun voetstappen zijn amper hoorbaar.

1: Valse belofteWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu